CAAR-huis kan worden betrokken ^KIÊ^KÊÊÊÊÊÊÊÊÊIÊÊÊÊKÊBÊÊÊKIÊÊÊÊÊÊÊÊÊIÊÊÊÊM 12 Inderdaad, de totstandko ming van de Centrale Advies raad Arbeidsaangelegenhe- den Rabobankorganisatie vertoont opvallend veel gelij kenis met de bouw van een huis. Daarbij heeft echter het bouwrijp maken van de (me- dezeggenschapsjgrond de meeste tijd gevergd. Het bou wen en inrichten kostte veel minder hoofdbrekens. Begonnen in 1980heefthettot in het najaar van 198,2 ge duurd alvorens alle betrokke nen het erover eens waren op welke wijze het best vorm kon worden gegeven aan mede zeggenschap op organisatie niveau. De gekozen oplossing heeft het karakter van een compromis waarbij met name (een deel van de) onderne mingsraden enkele keren heb ben moeten slikken alvorens toe te zeggen loyaal mee te werken aan de totstandko ming en het functioneren van de CAAR. De eerste helft van 1983 was nodig om samen een aantal spelregels af te spreken. In het najaar kon de inrichting wor den voltooid: het kiezen van werknemersvertegenwoordi gers (via de regionale commis sies en de ondernemingsraad van Rabobank Nederland) en het benoemen van een aantal representanten van de werk gevers. Volgende week is het dan zo ver. Op 24 januari a.s komt de CAAR voor het eerst in voltallige zitting bijeen. On danks alle publiciteit tot nu toe blijkt nog onduidelijkheid te bestaan over plaats en func tie van de Centrale Advies raad. Af en toe hoor je de CAAR een soort Centrale On dernemingsraad noemen. Hoewel dit zowel naar positie als naar taak en bevoegdhe den onjuist is, mag de vergelij king voorlopig worden ge maakt. Werknemers mogen immers meedenken en mee praten over de wijze waarop het sociaal beleid binnen onze gehele organisatie het best ge waarborgd wordt. Inmiddels hebben bijeen komsten plaatsgevonden van de regionale commissies en hebben ook de werknemers- CAAR-vertegenwoordigers al een keer vergaderd. Daarin is een begin gemaakt met een aantal afspraken die betrek king hebben op het functione ren van de commissies en de werknemersfractie CAAR. Veel aandacht is ook al ge schonken aan de relatie tussen de fractie ende regionale com missies (en de OR van Rabo bank Nederland). Voor de werknemers-CAAR-leden bestaat geen twijfel over de uitgangspositie. De regionale commissies dienen een brug functie te vervullen tussen personeelsleden en onderne mingsraden van plaatselijke banken en de werknemersver tegenwoordigers in de CAAR. De werknemersvertegen woordigers wens te functione ren namens de regionale com missies en de OR van Rabo bank Nederland. Over con cretisering van dit principiële uitgangspunt zal ongetwij feld nog van gedachten worden ge wisseld met de overige CAAR- leden. Het aandachtsgebied van de CAAR is veelomvattend. Zij gaat, gevraagd en onge vraagd, advies uitbrengen over het sociaal beleid in de meest ruime zin. Alle advie zen die worden uitgebracht zijn openbaar en zullen via Raboband worden gepubli ceerd. Enkele opmerkingen tenslot te nog over de invloed van de CAAR op de beslissingen die in de toekomst m.b.t. (aspec ten van) het sociaal beleid ge nomen zullen worden. In for mele zin is de machtspositie van de CAAR zwak. Haar be voegdheid reikt niet verder dan het geven van advies. Dit advies kan degene, die het vraagt, naast zich neerleggen. Als de CAAR echter in staat zal blijken eensgezind te advi seren, dan zal elk advies aan kracht en invloed winnen. De relatie tussen Rabobank Ne derland en de aangesloten banken wijzigt in geen enkel opzicht. Dat betekent dat plaatselijke banken er volstrekt vrij in blij ven om ad viezen van de Raad van Be heer over te nemen, ook in dien dergelijke adviezen wor den gesteund door de CAAR Evenmin geldt een dergelijke gebondenheid voor onderne mingsraden van plaatselijke banken en die van Rabobank Nederland. Adviezen van de Raad van Beheer, al dan niet gesteund door de CAAR, zul len zij moeten blijven beoor delen en, daar waar de Wet op de Ondernemingsraden zulks vereist, zal gebruik blijven worden gemaakt van bestaan de bevoegdheden. Desondanks zijn alle betrok kenen het erover eens, dat aan deze nieuwe vorm van mede zeggenschap voldoende kan sen moet worden geboden om zich te ontplooien als een waardevolle toevoeging aan alle overleg waardoor onze organisatie zich kenmerkt. Dat voor iedereen een succes vol voortbestaan van onze or ganisatie als geheel maatge vend is, lijdt geen enkele twij fel. Over de wijze waarop dit wordt verzekerd zal regelma tig verschillend worden ge dacht. Dan zal moeten blijken of de (medezeggenschaps)wo- ning ook leefbaar zal blijken te zijn. P.Liebregts Het afgelopen jaar hebben bijna 600000 Nederlanders hun vakantie geboekt via de Rabobanken. Het betekent in een jaar tijd een stijging met 9 procent. De verdeling over de diverse catogerieen was als volgt: 86.000 vliegreizen, 82.000 busreizen, 27.000 treinreizen en 2.900 bootva kanties. Het aantal boekingen voor autovakanties bedroeg 92.000 met een reizigerstotaal voor deze categorie van 386.000 personen. De be langstelling voor vakantierei zen per touringcar groeide met 28 procent het sterkst. Opmerkelijk was daarnaast de (weliswaar geringe) groei van het aantal verkochte vliegvakanties. Elders is in de belangstelling voor vliegva kanties een daling waarneem baar. De stijging onder de Ra bobanken bedroeg altijd nog bijna 1 procent, en dat terwijl met name de stormloop op de touringcar als vakantiever- voer aangeeft hoe veel vakan tiebudgetten zwaar onder druk staan. Reisorganisaties die zijn gespecialiseerd in bus vakanties hebben hier profijt vanToch zij n ook in deze sec tor allerlei invloeden merk baar, aldus een woordvoer der. Het beeld dat touringcars vooral bedoeld zijn voor ou dere mensen verdwijnt. 'Ook is de opvatting achterhaald dat busreizen onvermijdelijk gepaard gaan met de bekende Greet-pak-'m-beet-sfeer. Juist de generatie jongeren ziet ons als simpele vervoer ders. Op de plaats van bestem-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1984 | | pagina 12