Profiteren banken te weinic
Het februarinummer van Raboband is goed en wei verspreid onder
het Rabobankpersoneel a/s op een ochtend vroeg de telefoon al
gaat. De dag geurt volop naar aftershave en de eerste kop koffie.
Vooruit dus maar. Meer en meer collega 's hebben de voorbije jaren
ontdekt waar ze de redactie kunnen bereiken met ideeëntips, be
richten of op- en aanmerkingen. Een verheugende ontwikkeling is
het en het zoveelste bewijs dat Raboband gelezen wordt. Ditmaal -
wie had anders verwacht eigenlijk? - heeft het artikel over de ko
mende vacaturebank iemands aandacht getrokken. Geen kwaad
woord over de strekking van het bewuste verhaal. Dat zit wel goed.
Maar iets moet de stem aan de andere kant van de lijn toch kwijt.
Even nadien blijkt het om een regelrechte hartekreet te gaan.
Sollicitant op
1 dood spoo*.
'Maar wel graag een verzoek vooraf. Laat
indien mogelijk mijn naam er helemaal bui
ten. Anders wordt hier bij mij op de bank
ten onrechte alvast geconcludeerd dat ik
wel weinig zin meer in mijn huidige werk
zal hebben en dat er dus maar subiet ge
probeerd moet worden mij elders onder de
pannen te krijgen. Hoe eerder ze me kwijt
zijn des te beter. Onzin natuurlijk, maar ik
vraag me wel af of je als oudere werknemer
werkelijk wat aan zo'n vacatureding hebt.
Personeelsleden van middelbare leeftijd
bedoel ik dan, mensen dus met al een be
hoorlijke staat van dienst en een brok erva
ring dat er niet om liegt. Ik betwijfel in de
grond van mijn hart of zo'n vacaturebank
voor hen iets kan gaan betekenen. Je kunt
er wel kiekeboe over spelen, maar wat
schieten we daar mee op?
Opgebrand of op zoek naar
uitdaging?
Persoonlijk ben ik, wijs geworden door er
varing, tot de voorlopige slotsom gekomen
dat men je niet meer moet. Je doet niet
meer mee, bent opgebrand... Je geldt
botweg als een te groot risico. Dat maakt
iedereen huiverig. Een potentieel in mij
geïnteresseerde bank bedenkt zich nog
wel tweemaal eer ze me aanneemt. Ik kost
zo'n bank teveel, tenminste als ze alleen