Verslechtering betalingsmoraaL routes om de zaak af te handelen.' En juist aan die betalingsbereidheid schort het nogal eens. In het algemeen is men in ban kierskringen niet zo erg te spreken over de betalingsmoraliteit. Compleet in elkaar ge zakt, zegt de een ronduit. Rekbaarder ge worden, zegt de ander wat voorzichtiger. Ook mevrouw Elgersma constateert dat veel mensen die bij haar komen geneigd zijn de banken en financieringsmaatschap pijen verantwoordelijk te stellen voor hun problemen. Een dergelijke houding is van groot belang voor de bereidheid de schul den af te lossen. 'In een vroeg stadium is die wil, die goede moraal, er nog wel,' zegt mevrouw Elgersma, 'maar die zakt in met het toenemen van de problemen. Ik zeg dan altijd tegen de mensen: Kijk eens, op zo'n bank werken ook loonslaven. Als nie mand meer zou betalen, zouden ook daar ontslagen gaan vallen.' Terechte beschuldigingen De SWOKA-onderzoekers stellen het pro bleem van de schuldvraag wat voorzichti ger: 'Zonder dat de respondenten de feite lijke schuld bij de banken en dergelijke leg gen - men gaat er over het algemeen van uit zelf vreselijk dom te zijn geweest en in moeilijkheden te zijn gekomen die in feite met wat meer eigen inzicht te voorkomen waren geweest - leggen de meeste res pondenten toch een zekere verwondering aan de dag omtrent het gemak waarmee geld te lenen is.' De onderzoekers stellen vast dat de pure verkrijgbaarheid van de le ning en de snelheid waarmee over het geld kon worden beschikt belangrijke aspecten waren voor diegenen die zij over hun finan ciële problemen aan de tand hebben ge voeld. 'Meestal,' zo staat in het rapport te lezen, 'lijkt men de beslissing omtrent het afsluiten van de lening als het ware te heb ben uitbesteed aan de kredietgever: het lijkt alsof men er grotendeels van uit is ge gaan dat de lasten van de lening geen enkel probleem zouden kunnen geven, juist om dat men de lening überhaupt heeft kunnen krijgen.' Het zijn ernstige beschuldigingen die aan het adres van de financiële instel lingen worden geuit. Zijn ze terecht? In financierskringen sluit men de ogen be slist niet voor de realiteit. Er zijn in het ver leden - en dan praten we over de jaren ze ventig - wel te vlot leningen verstrekt, die een zeer groot risico inhielden. Er zijn fou ten gemaakt in het acceptatiebeleid en er is agressief geadverteerd, waarbij de nadruk sterk werd gelegd op de snelheid en het gemak waarmee leningen konden worden afgesloten. Bankiers pleiten zich wat dat betreft niet vrij. Mr. J. M. Vullings, directeur van onze financieringsmaatschappij De Lage Lan den en voorzitter van de Vereniging Finan cieringsondernemingen in Nederland (VFN) zegt hierover: 'In de jaren zeventig stond de zon hoog aan de economische hemel, leder jaar kenden we een flinke salarisstijging, relatief gezien was er een hoge inflatie. Kopen op krediet was geen slechte zaak, je groeide er van zelf in. Maar de tijden zijn veranderd. De in komens stijgen niet meer, de inflatie is af genomen. Kortom er is een nieuwe situatie onstaan.' Met andere woorden: niemand heeft kunnen voorzien dat de economische situatie zich zo snel en zo drastisch zou wij zigen. Ook in de financiële wereld heeft men zich hierop verkeken. Maar om nu een wetenschappelijk ant woord op die 'schuldvraag' te krijgen is er in de jaren 1980-81 een onderzoek ge daan naar het consumptief krediet ge drag van particulieren. Het werd uitge voerd door de eerder genoemde SWOKA en gefinancieerd door overheid en be drijfsleven. Al jarenlang immers werd er gekissebist over de vraag wie nu precies schuld had aan het ontstaan van financiële schuldsituaties, terwijl er ook steeds weer felle discussies oplaaiden over de vraag hoeveel mensen exact door het aangaan van consumptieve leningen in de moeilijk heden raakten. De ene organisatie sprak over een 60 000 probleemgevallen, terwijl een andere het getal 250 000 realistischer noemde. Duidelijkheid was dringend ge wenst en die is uiteindelijk ook verkregen. Realistischer beeld De onderzoekers konden - met strenge garanties voor de privacy van alle betrok kenen - grasduinen in de dossiers van de kredietverleners en kregen bovendien toe gang tot het bestand van het Bureau Kre dietregistratie (BKR) in Tiel, waar nage noeg alle kredieten worden geregistreerd. Daarnaast werden zo'n 900 kredietnemers geïnterviewd. Nadrukkelijk moet worden vermeld dat bij het onderzoek niet betrok ken werden: kredieten bij postorderbedrij ven, huurschulden, onderhandse leningen,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1983 | | pagina 22