e©^
heid van het administratieve proces ver
hoogd, terwijl ook de administratieve af
werking aan het einde van de dag wordt
vereenvoudigd. Alle transacties worden
immers onmiddellijk door de computer
verwerkt. Een druk op de knop aan het ein
devan een verwerkingsdag en er verschijnt
een overzicht op het scherm van wat er
zoal is gemuteerd en verwerkt aan de balie.
Maximale ondersteuning
KIK is - zo wordt het in wat ambtelijke taal
geformuleerd - een produkt dat beoogt
een maximale ondersteuning te geven bij
het afwikkelen van balietransacties, terwijl
deze tevens direct ten behoeve van KTS
worden vastgelegd.
'In essentie,' zegt Peter van Hees, 'heb je
aan de balie twee taken. In de eerste plaats
heb je daar een commerciële functie: je
helpt er de cliënt. In de tweede plaats moet
je er de transactie afwikkelen. In wezen is
dat laatste maar bijzaak. Die bijzaak wordt
nu door de terminal en computer overge
nomen. Het apparaat heeft al die detail
kennis over de administratieve afwikke
ling. Dat hoefje als baliemedewerker dan
niet meer te weten. Je kunt je volledig
richten op een goede benadering van de
klant. Invoering van KIK zie ik daarom be
slist niet als een omlaaghalen van de taak
aan de balie. Integendeel, automatisering
betekent geen verenging, maar juist een
maximale ondersteuning van die zaken, die
eigenlijk aan de balie behoren te worden
gedaan.'
Het is mogelijk om op den duur alle be
staande bankdiensten in de computer te
stoppen, er zijn genoeg 'gaten geboord'
om het apparaat ook bij puur commerciële
activiteiten behulpzaam te laten zijn. Maar
het is natuurlijk ondoenlijk om alles in één
keer te automatiseren. Daarom is er be
wust gekozen voor een gefaseerde aanpak
van KIK. De eerste fase, KIK-release I ge
noemd, is het opzetten van een program
ma dat alle huidige apparatuur voor kwite
ring, voorsignalering en vreemde valutabe
rekeningen gaat vervangen. Deze fase is nu
gestart.
Naast het totale produkt KIK wordt ook ge
keken wat in de praktijk de organisatori
sche en sociale consequenties zijn. Op ba
sis van die gegevens kan de tweede fase,
KIK-release II, in werking treden, waarin
het automatisch fiatteren van de rekening
courant is opgenomen, terwijl tevens een
algemeen kosten/baten model ten behoe
ve van de aangesloten banken kan worden
opgesteld. Naar verwachting kan KIKvanaf
medio 1983 op grote schaal op de banken
worden ingevoerd, afhankelijk van ervarin
gen van cliënten en baliepersoneel. Daar
zullen we binnenkort op terugkomen,
Over de betekenis van het periodiek me
disch onderzoek (PMO) zijn de meningen
nog steeds verdeeld.
In de kring van de 'gebruikers'haalt men te
leurgesteld voorbeelden aan van mensen
die tijdens het PMO als gezond bestempeld
werden, maar die korte tijd nadien een ern
stige ziekte kregen.
In de kring van artsen vraagt men zich af ot
men mensen die totaal geen klachten heb
ben, bij toevallig tijdens een PMO gevonden
afwijkingen door een verwijzing naar het
ziekenhuis, wel meteen tot patiënten mag
bombarderen. Spottend wordt gesteld dat
alleen diegene gezond is die nog geen PMO
heeft ondergaan.
Historisch gezien is het PMO vanuit de Ver
enigde Staten overgewaaid. Daar was de
generaI check-up' al zo'n 15 jaar geleden
tot statussymbool verheven.
In Nederland bestond het PMO aanvankelijk
alleen in een vorm die gericht was op extra
in hun gezondheid bedreigde groepen, zoals
mijnwerkers, glasblazers, werkers met gifti
ge stoffen etc.
Ruim 10 jaar geleden boden een aantal gro
te Nederlandse bedrijven hun oudere staf
medewerkers de mogelijkheid zich perio
diek te laten keuren. Tegenwoordig heeft
vrijwel ieder groot bedrijf dit als servicever
lening in zijn arbeidsvoorwaarden opgeno
men.
Door deze snelle verspreiding is ook het mis
verstand in de hand gewerkt dat een gunsti
ge uitslag van een PMO een garantie zou
zijn, dat de manier waarop men tot dan toe
met zijn gezondheid omsprong, de juiste
was.
Men onderging kritiekloos de kilometer
beurt en ging ongestoord verder met roken,
drinken, te veel eten en te weinig beweging.
Het kan niet genoeg benadrukt worden, dat
een gunstig onderzoeksresultaat geen vrij
brief is voor de toekomst.
Een PMO is een momentopname.
Het is een onderzoek naar het tot en met het
huidige moment voorkomen van lichamelij
ke of geestelijke aandoeningen.
De uitvoerige vragenlijst en een gedegen li
chamelijk onderzoek, dienen er garant voor
te staan dat op dat moment bestaande af
wijkingen gevonden worden.
Vanuit de momentopname kan men zich
ook richten op voorkomen van voor de toe
komst gezondheidsbedreigende bevindin
gen.
Als risicofactoren voor het optreden van
hart- en vaatziekten staan nog steeds over
eind: roken, het hebben van een verhoogde
bloeddruk, overgewicht, verhoogd choleste-
'olgeha/te, stress en te weinig lichaamsbe
weging.
Wat er ook van wordt beweerd, het is beslist
zinvol deze symptomen door een verande
ring in de levensgewoonten en eventueel
met medicijnen te bestrijden.
De kans op het optreden van hart- en vaat
ziekten neemt er zeker door af.
Zij die een garantie willen dat een normale
bloeddruk, een normaal gewicht en choles
terolgehalte, voldoende lichaamsbeweging
en het slechts in normaal gedoseerde porties
ondergaan van stress hen zal vrijwaren van
een hartinfarct, vragen echter teveel.
In de toekomst zal het PMO steeds duidelij
ker betekenis gaan krijgen als meetinstru
ment voor de totale lichamelijke, psychische
en sociale beleving van het werk.
Het zal zich ontwikkelen tot handvat om met
de individueel en afdelingsgewijs verzamel
de informatie gezondheidsbedreigende pro
cessen en veranderingen vanuit de BGD te
benaderen.
In onze huidige PMO-vragenlijst staan nu
ook al een aantal vragen over beleving van
de arbeidsomstandigheden. Dit aspect zal in
de toekomst nog verder ontwikkeld worden.
Alles vanzelfsprekend op basis van vrijwil
ligheid en onder strikt medisch geheim.
Samenvattend kan men stellen dat het PMO
een zich ontwikkeld contactmedium is tus
sen de mensen in de organisatie en de BGD.
Het is een momentopname die wel degelijk
iets zegt over de huidige stand van de ge
zondheid. Zo nodig geeft het aanleiding voor
sterk aan te raden veranderingen van de le
vensgewoonten en steeds duidelijker zal het
een meetinstrument worden voor de bele
ving van het werk.