Riet ei. Pijp als postzegel Het komt echter zelden voor dat er een ga ve pijp uit de grond te voorschijn komt. Meestal is de steel van de kop afgebroken. Het is daarom misschien beter om van een pijpekoppenverzameling te spreken. Maar deze koppen kunnen een echte verzame laar in een ware extase brengen. 'Het me rendeel van mijn collectie bestaat uit glad de pijpen. Het mooiste is natuurlijk wan neer je een bewerkte kop vindt. En wanneer die dan nog helemaal gaaf is, dan is dat schitterend. Echt, ik kan wel janken wan neer ik zo'n mooie versierde kop vind, die stuk is,' vertelt Riet, die hieraan een stukje geschiedenis toevoegt: 'Tegenwoordig wordt er een speciale postzegel gedrukt wanneer er iets belangrijks is gebeurd. Vroeger werd een belangrijke gebeurtenis zoals een kroning of een vorstenhuwelijk, op de pijpekop afgebeeld.' Riet herinnert zich de vondst van haar eer ste bewerkte pijp nog als de dag van giste ren: 'Ik was aan het zoeken op een vrij steile helling. Ineens zag ik een klompje aarde, waarin een pijpekop zat. Ik voelde dat het geen gladde, maar een bewerkte was. Ik lag daarop mijn knieën dat ding te zoenen. Er zat allemaal aarde aan mijn snuit. Och, wat was ik gelukkig.' Aan de hand van dergelijke afbeeldingen zijn echte pijpologen in staat om de ouder dom van een pijp te weten te komen. Maar er zijn meer kenmerken op grond waarvan verzamelaars pijpen kunnen dateren. Riet: 'Vroeger had je honderden pijpenmakers gilden, die allemaal hun eigen merk had den. Dat merk stempelden ze in de hiel van de pijp.' Zo is het mogelijk om een collectie pijpen aan te leggen op jaartal, vorm, gilde of onderwerp. Net als bij postzegels. Valse bescheidenheid Er bestaat zelfs een vereniging van pijpolo gen, die met elkaar ruilen, speciale bijeen komsten organiseren en catalogi uitgeven. In één van die catalogi staat ook een bij zondere pijp van Riet. Echt waar, op pagina 52 van het Europees pijpenprentenboek van Niels Augusin. Zelf is Riet - nog steeds - geen lid van de pijpologische kring. 'Ik ben erg laks, eigenlijk helemaal niet zo fel als ik dacht. Bovendien kom ik altijd tijd te kort. Voorlopig verzamel ik maar gewoon. Later als ik niet meer werk en meer tijd heb wil ik het allemaal gaan uitzoeken. Ja, en misschien denk ik straks wel: waarom heb ik al die rotzooi bij elkaar geraapt. Ach, dat zie ik dan wel weer. Nu denk ik wel eens, is het wel zo interessant om het allemaal te catalogiseren? Wat heb je er aan? Nee, ik ben maar een piepklein amateurtje en dat wil ik ook blijven.' Volgens kenners getuigt deze uitspraak toch wel van een al te grote bescheiden heid, want de collectie pijpen van Riet Hel sloot wordt in die kringen als uniek om schreven. Er zijn musea die de verzameling dolgraag zouden willen hebben. Toen een klein gedeelte van haar collectie bij Fokker werd tentoongesteld, werd er een verzeke ring van 30 000 gulden afgesloten. Dan rijst natuurlijk onmiddellijk de vraag waar om Riet Helsloot zich zoverbeten heeft ge worpen op het verzamelen van dergelijke attributen. Zij noemt zelf haar hebzucht en haar verzamelwoede: 'Ik kan niet ophou den met vergaren. Ik heb het altijd al ge daan, ook met postzegels en sigarenband-_ jes.' Maar het zoeken in de aarde, het ten zijn geeft aan het verzamelen van pen toch wel een extra dimensie, het heerlijk om buiten te zijn. Zo vergeet je alles om je heen, je komt in een heel andere

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1982 | | pagina 21