Schrijf
y maar op
Muziek
Korte tijd geleden zagen de banken
zich geconfronteerd met het ver
zoek op (muziek)scholen propagan
da te bedrijven met een brochure
waarin het belang van de symfonie
orkesten centraal stond. Hoe prettig
is het te ervaren dat onze organisa
tie deze muziekvorm kennelijk een
zo goed hart toedraagt dat kosten
noch moeite worden gespaard. Toch
veronderstel ik dat het initiatief ook
hier en daar wel een wat wrange
smaak zal achterlaten, zeker bij de
genen die net als ondergetekende
zich een paar jaar geleden beijver
den voor een eigen muziekkorps
van Rabobankmensen. Vol verwach
ting klopten destijds onze harten.
Vreemde musici moeten er nu blijk
baar aan te pas komen om ons te
vertellen en te laten horen wat mu
ziek is en wat instrumenten zijn. We
weten het, het zijn stuk voor stuk
vaklieden. De muziek die wordt ge
bracht, streelt onze oren. Bij derge
lijke orkesten streeft men naar het
volmaakte, dit tot genoegen van een
zeer beperkte (boven)laag van onze
bevolking.
Onze organisatie kon zich destijds
niet veroorloven risico's te nemen
over het wel of niet slagen van een
eigen orkest. Nu heeft men gekozen
voor een risicoloos symfonieorkest.
Aan deze vaklieden kan men eisen
stellen. Rustig kunnen wij stellen dat
de harmonie- en fanfareorkesten
eveneens volmaaktheid nastreven.
Destijds wilden wij ook dit genre sti
muleren. De genoegdoening zou
een bredere laag bereiken. Daar
naast zou men het tanende vereni
gingsleven vooral ten plattelande
op muzikaal gebied kunnen berei
ken.
Immers ieder dorp heeft behalve
een Rabobank ook wel een muziek
gezelschap. Wil men een symfo
nieorkest zien en horen, dan moet
men naar de stad.
Velen zullen het met mij eens zijn,
dat men de oude en vertrouwde
goede volksmuziek op de korrel had
moeten nemen.
Hoe goed ook allemaal bedoeld, ik
verwacht dat het symfonieorkest te
weinig zal aanspreken bij de door
snee RaDomensen en aaarom als
nog de wrange smaak, dat men des
tijds zo weinig geduld heeft ge
had met een orkest in oprichting dat
wel gedragen had kunnen worden
door de hele organisatie, dat eve
neens wel in staat was geweest
zijn eigen gezicht te laten zien bij
bijvoorbeeld een Prom-concert.
Wat zou ik graag willen weten wie
mijn gedachten deelt.
G. van Heuckelum,
Rabobank Haaften
Baliewerk
Naar aanleiding van het artikeltje in
Raboband nr. 81/5 onder de titel 'Is
baliewerk kwestie van gevoel?' wil
ik u het volgende niet onthouden.
Op een rustige middag kwam een
moeder met een klein kind de bank
binnen, het kind werd op de balie
gezet. Door omstandigheden werd
de cliënt niet meteen geholpen,
waarop de kleine dreumes op luide
toon zei: 'Mam, ze blijven allemaal
zitten...'
De moraal is natuurlijk duidelijk:
probeer altijd onnodig wachten
voor de cliënt te voorkomen en als
het toch moet, laat dan zien dat je
met hem of iemand anders bezig
bent, zodat hij niet het gevoel heeft
dat hij voor niets wacht.
Ton Rosenberg,
Rabobank Alp hen en Riel
Goedkope stroom
De behoefte aan energie en het den
ken er over begon niet in 1945. Het is
een probleem van alle tijden. Wat is
er al niet uitgedacht om een aanvul
ling van menselijke spierkracht te
vinden? Dieren-draagvermogen van
water-mensen-wind-enz.
Voortdurend is de mens op zoek ge
weest naar een energiebron om een
andere energiebron te voeden, en
de laatste moest dan een hoger ren
dement geven.
Het gebruik van vuur en de uitvin
ding van het wiel drukken voor altijd
een stempel op de samenleving.
Toen er nog maar weinig mensen in
Nederland woonden (laten we zeg
gen 2 miljoen) waren mens en natuur
in evenwicht. Alles kwam van na
tuurlijke hulpbronnen. Geen afval,
geen vervuiling, iedereen blij, en
voedsel voor iedereen. Dat laatste is
natuurlijk onzin. De strijd om het be
staan was hard en moeilijk. Oorlo
gen waren niet van de lucht. Voedsel
was schaars en een dagelijkse zorg.
Dit is een oud verhaal, maar de ken
nis en de ervaringen uit het verleden
brachten ons naar de samenleving
waar we nu in leven. Niet langer is de
ioescniKDare menselijke energie
toereikend en dus roepen we het
menselijk vernuft te hulp om aanvul
lende energie of spierkracht te vin
den.
Elektriciteit is zo'n bron. We kopen
'spierkracht'. Waar vroeger door
mensenroof of samenlevingsstruc
turen van slaven gesproken werd,
kunnen we nu spreken van 'ener-
gieslaven' en dat is een zegen voor
de samenleving.
Daarom is de produktie van elektri
citeit van zo groot belang geworden
voor ons allen. De primaire energie
voor het maken van elektriciteit is
water en brandstof. Water is er vol
doende (het is nog altijd hetzelfde
water vanaf het ontstaan der aarde).
Over de brandstof maken we ons
zorgen.
De techniek maakt het ons nu moge
lijk kolen, olie en gas boven de
grond te halen. Dank zij elektriciteit
komt water en gas in onze huizen.
Onze samenleving is alleen moge
lijk met een goede elektriciteits
voorziening. Daarom is het zoeken
naar een goede brandstof voor de
elektriciteitsfabrieken een 'koorts
achtig bedrijf' geworden. Sluiting
nu van de met kernbrandstof aange
dreven centrales doet een gat in de
stroomvoorziening ontstaan, daar er
geen centrales met een andere
brandstof gestookt, klaar staan. Het
zijn de paar procenten extra die ons
verzekeren van voldoende betaal
bare elektriciteit. Er zijn jaren voor
nodig om, zo we dat willen, de met
kernbrandstof gestookte centrales
te vervangen door andere. Het blijft
dus zoeken naar een oplossing.
Een van de problemen bij het produ
ceren van elektriciteit is het niet
precies kunnen afstemmen van pro
duktie en afname. Het zoeken naar
een goede manier om elektriciteit
op te slaan lijkt mij dan ook een zeer
nuttige studie. Wanneer we kans
zien evenveel energie in de vorm
van elektriciteit op te slaan in een
jerrycan, als de energie die een jer
rycan benzine kan leveren, dan zou
dat een geweldige stap vooruit zijn.
Overtollige produktie van de cen
trales, fabrieken en windmolens
kunnen we dan gemakkelijk op een
later tijdstip en voor andere doelein
den gebruiken. Hierbij denk ik aan
de glasvezelbuis. Deze vondst staat
nog in de kinderschoenen.
Maar waarom zou deze buis alleen
te gebruiken zijn om elektriciteits
impulsen te vervoeren en niet voor
opslag van elektriciteit en het ver
voer hiervan. Ik ben ervan over
tuigd, dat de genialen onder ons de
weg zullen vinden naar een aan
vaardbare energievoorziening. Het
zou me niets verbazen indien dit een