'Je streeft ook voor zo'n kind naar een zo normaal mogelijk bestaan. Maar waar moetje op letten, wil alles zo normaal mogelijk verlopen? Daarbij gaat het niet alleen om me dische aspecten. Kleding, speel goed, onderwijs, recreatie, opvoe ding, alles wordt anders. Een handi cap werkt door op alle levensgebie den. En dus heb je op al die terrei nen behoefte aan deskundige infor matie. Artsen doen hun best, revali datiecentra, consultatiebureaus en kruisverenigingen ook. Maar ook hun terrein blijft toch beperkt. Nie mand kan alles overzien. Neem een arts. Hij kan van sommige handi- zinsleden moeten daar rekening mee leren houden. Ook het kind zelf moet leren omgaan met z'n handi cap. Zo zijn er veel factoren. Wordt er door onwetendheid niet op inge speeld, dan is er het risico dat zo'n kind een achterstand in z'n ontwik keling oploopt die nauwelijks meer valt in te halen. De beste jaren gaan misschien verloren, of bepaalde vermogens raken zelfs totaal ge blokkeerd. Een heel ander gevaar schuilt in te grote behulpzaamheid van de des kundigenkant. Er dreigt dan bij de ouders gemakzucht te ontstaan. Ze krijgen de neiging de verantwoor- paald. Behalve dat het over een veel zijdig informatiepakket beschikt zal het centrum ook fungeren als ont moetingsplaats. Er is onder meer gedacht aan een zogenaamde pro- beerruimte, waar allerlei voor ge handicapte kinderen aangepast speelgoed door de gebruikers zelf getest kan worden. De verwezenlijking van het project, met hulp van de Stichting Steun door Rabobanken, is mogelijk gemaakt dank zij geld dat in 1979 werd bi jeengebracht als geschenk voor de zeventigste verjaardag van koningin Juliana en giften van een aantal grote fondsen. Alles anders De vraag of er echt behoefte aan zulk een centraal informatiepunt be staat, kan niet beter beantwoord worden dan in een gesprekje met ouders van gehandicapten. Beter dan wie ook kunnen zij de proble men schetsen. Beter dan wie ook we ten zij hoe vaak men van het kastje naar de muur gestuurd wordt. Beter dan wie ook ten slotte kunnen zij aangeven wat er zoal allemaal ver andert zodra men de zorg krijgt over een gehandicapt kind. caps ook nauwelijks iets weten, een voudig omdat hij in zijn praktijk maar zelden vragen op dat terrein behoeft te beantwoorden. Toch is het van belang dat hij goed verwijst, zonder omwegen. Ontwikkelings stoornissen moet je al heel snel on derkennen. Een gehandicapt kind verwerft allerlei vaardigheden nu eenmaal moeilijker. Ouders en ge- delijkheden weg te schuiven in de veronderstelling dat er voor hen wordt gedacht. Ze durven dan bij wijze van spreken een kind amper nog aan te raken wegens vermeen de ondeskundigheid. Is een kind eenmaal doorverwezen, dan komen verwijzende instanties er ook vrijwel nooit toe na te gaan of de >nd je alleen...'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1981 | | pagina 21