vakantie -impressies
't Is zomer en toevallig mooi weer. Je
hebt vakantie en trekt op een dag de
duinen in. In de verte hoor je de zee klot
sen in eindeloze deining. Je loopt een
beetje te grasduinen op zoek naar een
geschikte duinpan, om van de zon te ge
nieten. De gekste figuren kom je tegen
in zo'n duinlandschap. Staat daar ineens
by dit bord mag iki
met rele andere dieren wonen:
alstublieft, vjerjaag ons me.
Broer Konijn. Hij maakt je attent op een
mededeling: of je op de paden wilt blij
ven. 'Voorbij dit bord mag ik met vele
andere dieren wonen: alsjeblieft, verjaag
ons niet.'
Je bent ook de beroerdste niet en bo
vendien: Broer Konijn vraagt het vriende
lijk. Je blijft op het rechte pad en ziet
links en rechts vele diersoorten in de
meest begeerlijke duinpannen huppelen
en springen. 'Alsjeblieft, verjaag ons
niet.'
Eindelijk, na lang lopen, vind je een plek
waar je zelf weer mag recreëren. Een
goede duinpan is snel gevonden en je
verbrandt behoorlijk die dag. 's Avonds
terug naar huis. Je kleedt je aan en klau
tert naar het pad. Hé, daar heb je Ekko
van de Rabobank. Hij kijkt nogal boos en
wijst naar iets. 'Moet dat nou?', vraagt-
ie, doelend op een grote hoeveelheid
troep. Je bloost een beetje, loopt terug
naar de plek, waar je de dag hebt door
gebracht en verzamelt je rotzooi.
Dictatuur der dieren, denk je onwillekeu
rig, terwijl je weer langs Broer Konijn
loopt. Geeft niets, schijnt deze te den
ken, als 't maar helpt.
De foto's van de twee onnatuurlijke die
ren in het wild zijn afkomstig uit het va
kantie-album van dr. Roderkerk uit Over-
veen. Zijn tastbare vakantieherinnerin
gen bestaan uit meer dan de onvermij
delijke familie- en landschapskiekjes.
Hetzelfde geldt voor Seije Loonstra,
werkzaam bij de Rabobank Surhuister-
veen. Ook in zijn album treffen we uitge
kiende en compositorisch evenwichtige
prenten in plaats van toevallige treffers
en misdrukken. Een mooi voorbeeld is de
boom van Seije. Ergens in Friesland
staat deze trotse, veelvingerige wilg. Als
een bevestiging van een Oudnederlands
spreekwoord: de bomen groeien (nog
steeds?) tot aan de hemel.