Personeelsverloop compenseren Geen kleuter Rene den Boer als VPR-voorzitter had de Diverse VPR-afgevaardigden hadden er trouwens weinig behoefte aan te rede twisten over de belangen van vakorgani saties en de VPR. Iemand bracht het al dus onder woorden: 'Waar de schuld ligt, daar gaat het mij niet om. Ik consta teer slechts dat er een heel groot terrein voor ons open ligt.' Weer een ander had zo z'n eigen gedachten over de ont staansgrond voor de VPR: 'De vakbon den hebben gewoon geen oog voor wat er leeft aan de basis en van de dingen waar wij ons zorgen om maken. Dat ver klaart alles.' In dit verband kreeg Nico van der Stel flink de wind van voren met betrekking tot zijn kritiek op het bestaan van de VPR. 'Als u zich kant tegen de VPR als zodanig, waar haalt u die kritiek dan vandaan? Het lijkt me minstens ge nomen voorbarig. Want voor zover mij bekend is er op dit punt nooit om de me ning gevraagd van de leden, de CNV- achterban, onder het bankpersoneel.' Het aanzienlijke verloop van personeel in dienst van de Rabobankorgani- satie vereist voor de Vereniging Personeel van Rabobanken een voortdu rende activiteit op het terrein van de ledenwerving. Alleen al handhaving van het huidige ledenbestand op circa 4000 mensen betekent dat jaarlijks ruim 500 nieuwe personeelsleden zich als VPR-lid moeten melden. Door het maandelijkse VPR-blad Raborama (postbus 336, 3900 AH Veenen- daal) zoals onlangs gebeurde in een nieuw en fris jasje te steken, hoopt de vereniging steeds meer interesse voor de inhoud te wekken. Daarnaast streeft de VPR er zoveel mogelijk naar bij iedere plaatselijke bank te kun nen beschikken over een contactpersoon. Momenteel is dat nog slechts bij de helft van de banken het geval. Meer nog dan in het verleden wil de VPR daarnaast streven naar regionale contactbijeenkomsten tussen de leden. Met name in de regio Roermond worden dergelijke bijeenkomsten reeds met veel succes gehouden. Behalve dat er lezingen worden gehou den over diverse bedrijfsaspecten zoals opleidingen, gezondheidszorg etc., ontlenen de contactavonden ook een deel van hun betekenis aan de informele contacten die ertussen collega's worden gelegd. Om de leden zoveel mogelijk t€f betrekken bij de verenigingsactiviteiten heeft de VPR bovendien een viertal werkgroepen in het leven geroepen, bestaande uit VPR-leden van allerlei komaf. Ze buigen zich over problemen rond oplei ding, functieclassificatie, ondernemingsraden en verzekeringen. Binnen kort legt de laatste werkgroep in een rapport een aantal bevindingen neer op basis van een opiniepeiling die is gehouden onder assurantiemedewer kers bij de banken. Er kwamen 360 reacties binnen naar aanleiding van de verstuurde vragenlijsten. taak te proberen zoveel mogelijk de eindjes van een uitvoerige duscussie sa men te knopen. Tussen de bedrijven door fungeerde hij bovendien mede als gangmaker voor de gedachtenwisseling met uitspraken als: 'Voor het realiseren van onze doelstellingen is een onderge schikte rol in allerlei overlegposities on voldoende. Met vrijblijvende contacten zijn we niet gebaat, er moet gestructu reerd overleg zijn. Geen derderangsposi tie. We hebben niet voor niets gezocht naar een eigen gezicht. De rol van de be dremmelde kleuter die een plaatsje aan tafel vraagt past ons niet. Afgezien van de strikte CAO-kwesties hoeven wij niet met minder genoegen te nemen dan de overige overlegpartners.' Dat er binnen de Rabobankorganisatie in het verleden alleen maar bankdirecteu ren zitting kregen in uiteenlopende over legcommissies en -organen is - zo bleek tijdens de VPR-ledenraad - een zaak waar men wat aan wil doen. VPR-secre- taris Stronks: 'De samenstelling van di verse overlegcolleges weerspiegelt on voldoende de werkelijkheid van dit mo ment. De vraag is nu of je bestaande structuren aan kunt passen aan je over- legdoelstellingen.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1980 | | pagina 7