nancieringsprojecten waar ze zelf nogal sceptisch tegenover stonden, maar die in de praktijk wonderwel bleken te draai en. Daarentegen vallen eraan diezelfde praktijk ook voorbeelden van 'rotposten' te ontlenen waarbij een bank ondanks alle reserves toch besloot te verstrekken met alle nare gevolgen vandien... Indringende vragen Ten Hove: 'Soms laten banken.('die on dernemer is niet alleen goed voor zijn mensen, maar ook voor zijn geld') zich leiden door volstrekt onjuiste motieven en overwegingen van een zeer vreemd kaliber. Terwijl het in dit werk toch voor al aankomt op objectieve maatstaven. Ik begrijp ook wel dat het niet altijd even gemakkelijk is. Voor een kredietadviseur is het vaak heel moeilijk opereren. Je moet zo nu en dan heel indringende vra gen stellen. Daar is lang niet iedereen van gediend. Maar waar gaat het om? We zijn met elkaar toch zeker op zoek naar een basis om verantwoord te kun nen beslissen. Het kan betekenen datje je in bepaalde gevallen harder gaat op stellen. Juist met het oog op verliesrisi- co's die er toch ontegenzeglijk zijn.' Roefs: 'Door inzage te vragen in allerlei financiële en boekhoudkundige gege vens roep je incidenteel wrijving op, ja zeker. Banken denken dat het hun be staande relatie met zo'n cliënt weieens kan verstoren. Maar doen we zoiets om dat wij zo nieuwsgierig zijn? Nee, dat ze ker niet. Je merkt ook wel dat banken er moeite mee hebben op hun aanvanke lijke ideeën terug te komen indien een nader onderzoek verlangd wordt. Men durft dat dan niet, vreest gezichtsverlies. Ik begrijp het allemaal best. Maar er ko men ook gevallen boven water waarbij je uit beleidsoverwegingen geen andere keus gelaten wordt. Aanvragen vol duis terheden komen ter behandeling, waar bij op basis van de beschikbare gege vens alleen maar een afwijzing mogelijk is. Soms ontdekken we bij nader onder zoek nog wel wat lichtpuntjes, of kan er met een iets andere financieringsopzet toch nog wel een akkoord bereikt wor den. Gezamenlijk kom je er meestal wel uit. We krijgen veelvuldig te doen met banken die als wij hen vragen om ophel dering spontaan toegeven als iets aan hun aandacht is ontsnapt of wanneer ze een bepaalde complicatie niet hebben onderkend.' Marktaandeel Ten Hove: 'Dit werk wordt er ook niet gemakkelijker op door bepaalde eigen tijdse ontwikkelingen. Bedrijven, met allerlei werkmaatschappijen opgetuigd, kiezen soms voor zeer ingewikkelde juri dische structuren. Je hebt er als finan cieringsinstelling maar doorheen te kij ken. Daarbij krijg je de tijdsomstandig heden nog eens. Vergroting van markt aandelen... het klinkt natuurlijk aanlok kelijk. Maar zorg er intussen wel voor dat je zicht blijft houden op de ontwikke lingen. Je moet het allemaal wel eerst zorgvuldig commercieel afwegen. In sommige gevallen kan het heel verstan dig zijn uitsluitend te streven naar be houd van het marktaandeel; een goed beheer van bestaande posten en bege leiding van bestaande relaties kan van minstens zo groot belang zijn. Door het eigen marktsegment slagvaardig via een betrouwbare dienstverlening af te scher men kan er een hechte band groeien tussen bank en relaties.' Extra dimensie Het sectorhoofd heeft een belangrijke taak toegewezen gekregen bij de regio nalisatie. In het verleden werd gewerkt met een beperkt aantal teams, met vol op gelegenheid onderling te 'klankbor den'. De regionalisatie heeft aan het werk van de kredietadviseur extra di mensies toegevoegd. De verdeling van de kredietadviseurs over de 9 regiokan toren heeft daarbij het sectorhoofd de gelegenheid geboden zijn 'scharnier functie' nog meer gestalte te geven, waarbij hij tevens inzicht blijft behouden in de kwaliteit van het werk. Ten Hove: 'Er moet coördinatie en kwali teitsbewaking blijven, ook communica tie en overleg tussen de adviseurs on derling. Zij moeten zich niet gaan voelen als een roepende in de woestijn. Binnen de HNI-sfeer kennen we zeker wel 30 verschillende types van bedrijven. De ene adviseur is vooral thuis in het trans portwezen, een ander kent de bouwwe reld van haver tot gort. Terwijl hij het zegt doemt even weer het beeld op uit de aanhef van dit artikel. Vaardige handen, tastend over de klavie ren, terwijl de voeten tasten naar het juiste pedaal... Bewogenheid Beide sectorhoofden - door hun vroege re loopbaan kennen ze het werk dat de kredietadviseur verricht 'van binnen en van buiten' - beseffen dat de betrokkene zich vaak in een penibele situatie be vindt. Een plaatselijke bank neemt hem in de arm, bijvoorbeeld om met een be paald ondernemer de financiële conse quenties van diens investeringsplannen nader te bezien. Je zou zeggen dat niets beter is dan een oriëntatie ter plaatse. 'Je kunt je een beeld vormen. Maar,' al dus beide directoraatswoordvoerders, 'er kan ook een zekere bewogenheid ontstaan waardoor het moeilijk wordt te komen tot het nuchtere en objectieve oordeel dat van jou als adviseur wordt verwacht. Cijfers blijken soms een zaak te mooi voor te stellen. Een andere keer weer kom je op zo'n bedrijf dat er toch best aardig uitziet. De ondernemer zelf is bij alle goede wil en prima bedoelingen toch niet altijd in staat een objectief en betrouwbaar beeld te verschaffen. Ook de plaatselijke bank staat in een bepaal de vertrouwensrelatie tot die cliënt. Onze ondernemer vergaat het precies eender. Hij heeft zich al helemaal vast gebeten in zijn uitbreidings- en investe ringsplan. Opvallend is hoeveel bedrijven uitsluitend omzetgericht zijn. Men denkt in termen van groeien en groeien. Al met al zijn plannen bij het bezoek van een kredietadviseur vaak al zo gerijpt dat het uiterst moeilijk is ze nog om te buigen. Of er dan indien nodig afgeremd wordt hangt af van de vraag hoe sterk de man van de bank in zijn schoenen staat. Be halve diens gezag en overtuigingskracht speelt ook het inzicht van de onderne mer een rol. Misschien wordt hij aan het denken gezet. Maar lang niet iedere on dernemer is 'in' voor zo'n temporiserend advies. Jammer eigenlijk, want je moet de invloed van iedere investering toch wel degelijk projecteren op de toekom stige rentabiliteit.' Ten Hove: 'Kijk, met de komst van zo'n kredietadviseur laat je toch wel het no dige inzicht en branche-ervaring los op zo'n onderneming. Het gaat erom of de voorgestelde financieringsopzet en de investeringen die eraan ten grondslag liggen wel passen bij dat bepaalde be drijf. Is datgene wat zo'n ondernemer wil, onverantwoord voor de man plus diens gezin en... voor de bank dan kan de veelvuldig geadverteerde goede raad van de Rabobank er soms uit bestaan geen geld te verstrekken.'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1980 | | pagina 9