rug lijkt te krabbelen wanneer puntje bij
paaltje komt. Dergelijke situaties, vroe
ger niet ongewoon, zullen indien moge
lijk toch dienen te worden vermeden.
Waarborgen
Om brokken te voorkomen moeten er
anderzijds natuurlijk waarborgen zijn
voor wat betreft de beoordeling van alle
financieringsverzoeken. De daarvoor gel
dende objectieve maatstaven moeten
wel in het oog worden gehouden. Het
geldt juist nu de lucht boven de vader
landse economie hier en daar betrekt.
Niet voor niets voorspellen de deskun
digen depressies en zwaar weer.
Sectorhoofden
Het directoraat Bedrijven, deel uitma
kend van het werkgebied aangesloten
banken van de Centrale Rabobank, heeft
zich recentelijk bezonnen op de vraag
hoe men de vroeger wel aanwezige
communicatiestoornissen zo goed mo
gelijk zou kunnen verhelpen, daarbij te
vens een vlotte afwikkeling van financie-
ringsaanvragen beogend. Resultaat van
het interne beraad is de aanstelling ge
weest van een achttal sectorhoofden,
gelijk verdeeld over de activiteiten FAB
en HNI. Onder de sector Noordoost res
sorteren de regiokantoren Groningen,
Leeuwarden en Zwolle. De regio's Arn
hem en Haarlem vormen te zamen de
sector Midden-Nederland. Rotterdam en
Bergen op Zoom maken deel uit van de
sector Zuidwest, terwijl de regiokanto
ren Eindhoven en Roermond het rijtje
sluiten. Gezamenlijk vormen zij de sector
Zuidoost.
Aan het gesprek over de eerste indruk
ken en ervaringen met de nieuwe opzet
namen de heren J. ten Hove en J. Roefs
deel als afgevaardigden en woordvoer
ders namens het directoraat bedrijven.
Eerstgenoemde treedt op als sector-
hoofd HNI-Noordoost, terwijl collega
Roefs tot hij deze maand afzwaaide in
het kader van de VUT-regeling, coördi
nerend werkte als FAB-sectorhoofd voor
Midden-Nederland.
Procedure
Voor degenen onder onze bank-
werk(st)ers die zich nou niet bepaald da-
gelijks zien geconfronteerd met financie-
O ringsproblemen uit het bedrijfsleven
eerst maar even een stukje theorie. Zo
lang de financiële reikwijdte bepaalde li
mieten niet te boven gaat, wikkelen
plaatselijke banken een financierings
zaak zelfstandig af. Onder andere met
het oog op het afsluiten van een soms
noodzakelijke kredietverzekering of wan
neer er aanzienlijke bedragen mee zijn
gemoeid is het nodig andere goedkeu-
ringsaanvragen in te dienen bij de Cen
trale Rabobank.
Zo'n aanvraag kon en kan rechtstreeks
ingediend worden bij de activiteit Goed
keuringen in Eindhoven. In bepaalde ge
vallen bestaat de mogelijkheid een kre
dietadviseur in te schakelen op het
dichtstbijzijnde regiokantoor. Gebruik
makend van soms zeer specifieke vak
kennis met betrekking tot uiteenlopende
branches (garages, de horeca, aanne
mersbedrijven... noem maar op) wil hij
de banken aldus behulpzaam zijn bij het
bepalen van een verantwoord standpunt
over de te volgen financieringskoers.
Ondanks de prettige sfeer waarin zich
als regel de telefonische contacten tus
sen medewerkers op de plaatselijke ban
ken en de kredietbeoordelaars in Eindho
ven afspelen, kan men de kans op fric
ties natuurlijk nooit helemaal uitsluiten.
Het is niet ondenkbaar dat het goedkeu
ringsapparaat binnen de Centrale Rabo
bank meer toelichting of informatie
wenst of dat men zich zelfs tamelijk te
rughoudend opstelt ten aanzien van het
hele financieringsplaatje. Ten Hove:
'Door de banken wordt deze Eindhoven-
se benadering soms als afstandelijk er
varen en aanvaringen zijn dan ook niet
altijd te vermijden. Gelukkig blijven der
gelijke incidenten zeer beperkt doordat
men op de plaatselijke bank meestal wel
begrip kent voor de moeilijke positie van
de kredietbeoordelaar. En 'Eindhoven'
aan de andere kant beseft ook heus wel
dat werken 'aan het front' niet altijd
even gemakkelijk is. Mochten er deson
danks toch fricties ontstaan dan zullen
de sectorhoofden actie ondernemen om
in, vaak persoonlijk, overleg met de be
trokken bank tot een afwikkeling te ko
men. Zo vervullen zij een scharnierfunc
tie tussen de plaatselijke banken en het
goedkeuringsapparaat.'
Ook scholing
Een veelvuldig contact met de regiodi
recteuren is voor de sectorhoofden een
van de mogelijkheden bij te dragen aan
een gestroomlijnde gang van zaken. Ook
worden er wel inleidingen gehouden tij
dens ondernemersseminars om aldus in
die kring informatie te verstrekken over
actuele ontwikkelingen, zoals investe
ringsregelingen en de problematiek rond
de bedrijfsopvolging. Men kweekt zo
goodwill of verduidelijkt het standpunt
van de 'geldschieter'. Ten slotte wordt er
een beroep op hen gedaan als het om
scholing gaat. Ten Hove: 'Wij worden in
toenemende mate ingeschakeld bij dit
werk. Er is een groeiend besef van de
noodzaak tot scholing op financierings-
gebied. In voor- en najaar doet het direc
toraat Bedrijven royaal mee aan confe
renties waar het financieringsbeleid cen
traal staat. Ze trekken honderden deel
nemers, een verheugend teken en het
bewijs dat de banken het belang van de
materie beseffen.'
Roefs: 'Begrijpelijk, je praat daar als be
drijf en met bedrijfsgenoten per slot van
rekening over je uitzettingen, over je risi
co's. Als sectorhoofd zie ik het als mijn
voornaamste taak dingen kort te sluiten.
Daarnaast heb je de zorg voor een stukje
kwaliteitsbewaking. Als een bank bij
voorbeeld rechtstreeks zonder tussen
komst van een kredietadviseur een fi-
nancieringsaanvraag ter goedkeuring
heeft opgestuurd, en deze aanvraag
blijkt toch gecompliceerder te zijn dan
was verwacht, dan zal het sectorhoofd
in overleg met het hoofd Goedkeuringen
er bij de bank op aandringen dat alsnog
een kredietadviseur wordt ingescha
keld.'
Ijsberg
Vooropgesteld: het is een grove misvat
ting te menen dat de sectorhoofden zich
met iedere goedkeuringsaanvraag voor
een financiering zouden bemoeien. Bij
de gewenste snelheid van handelen,
waar letterlijk iedereen zo op aandringt,
zou het een averechts effect hebben in
dien men bedenkt dat er op jaarbasis
17 000 FAB-aanvragen en minstens
25 000 HNI-aanvragen over tafel gaan.
FAB-woordvoerder Roefs met een oog
opslag in de richting van diens collega:
'Wij zien alleen het topje van de ijsberg.
Van de 100 aanvragen die binnenko
men worden er 85 behandeld door de
activiteit goedkeuringen (die echter
daarvan een behoorlijk deel afwijst en
op dat moment voor de banken eerder
lijkt op een activiteit afwijzingen). De
resterende aanvragen belanden recht
streeks bij de kredietadviseurs!'
Wat opvalt is dat beide gesprekspart
ners er niet in het minst op uit zijn een
indruk van persoonlijke onfeilbaarheid te
vestigen. Tot tweemaal toe komen ze tot
de uitspraak: 'Wij hebben ook niet altijd
gelijk. Gelukkig maar.' Ze doelen op fi-
