Plan TN HET SPIONNETJE Kort geleden was ik mijn agenda kwijt. Ik had er nog even tevoren in gekeken, maar toen ik een telefonische afspraak wilde ma ken was het ding nergens te vinden. Zoe ken dus. Alle papieren op mijn bureau wer den opgetild, la open, la dicht, stoel opzij, papiermand omgekeerd. Wég. Ik voelde druppeltjes op mijn voorhoofd want je kunt nog beter je huissleutel kwijt zijn dan je agenda. De afspraken voor die zelfde dag stonden me nog wel helder voor de geest, maar de dag daarop, de week daarnaPanisch begon ik het hele ritueel opnieuw. Papieren opzij, la open, prullen mand omver. Ontzettend, mijn levenska meraad, mijn volle agenda liet het afweten. Ik vroeg collega's of zij misschien een zwarte agenda van een overbekend merk hadden gezien en ik werd wanhopig van hun achteloze nee-schudden. Iemand wilde grappig zijn en zei: 'Och, zijn nu al je plan netjes in de war?' en ik wenste nijdig dat hem hetzelfde zou overkomen. Mijn ochtend werd verspild met zoeken en ik ging ten slotte moe en humeurig lun chen, in mijn eentje, want dat leek me toch maar beter. Toen ik terugkwam was er een wonder gebeurd want koel en zakelijk lag daar mijn agenda midden op mijn bureau. Wat was er gebeurd? Had iemand hem bij vergissing meegenomen, had ik het boekje ergens laten liggen of had ik mijn anders zo onafscheidelijke vriend zorgeloos op de gang verloren? Niemand zal het ooit we ten. Maar tijdens zo'n wanhopig zoekritu- eel besef je hoeveel plannen je maakt. Voor morgen, de volgende week, de volgende maand. Wie leeft er nog zonder agenda? Mensen die niets te plannen hebben. Werklozen misschien, hoewel er mensen zijn zonder beroepsarbeid die 'volle' dagen hebben. Oude mensen dan? Ik probeerde onlangs een afspraak te maken met een mevrouw van tachtig. Ze zei: 'Wacht u even, dan haal ik even mijn agenda.' Welk mens kan er zonder zo'n plannenboekje? We maken allemaal plannen. Als u de ko mende winter naar de wintersport wilt, dan moet dat nu gepland worden. Naar welk land, met de auto of het vliegtuig, in een hotel of een huisje huren. Er zijn mensen die hun hele leven plannen. Z\j (Vreemd, we hebben er niet eens een goed Mien Holthuizen Nederlands woord voor want plannen ma ken dekt niet helemaal de betekenis.) Ik heb eens een jongen van twintig ontmoet die precies wist wat hij met zijn leven van plan was. Zwart op wit. Gymnasium, rech ten studeren, ergens juridisch adviseur worden, trouwen, twee kinderen, een vrij staand eigen huis. Hij is al aardig op weg. Tot nu toe verloopt alles volgens plan, maar misschien komt er een moment dat het leven zelf een groot kruis zet door al zijn keurig samengestelde blauwdrukken. Ik vroeg hem eens of hij dat nu plezierig vond, dat nauwkeurig uitstippelen van zijn levensweg en hij antwoordde dat het hem verloste van veel kopzorgen over wél of niet. 'En de totaal onverwachte mogelijkhe den die het leven soms opeens aanbiedt?' vroeg ik hem. 'Ik houd mij aan mijn le vensplan.' zei hij resoluut. 'Ik heb een doel en daar werk ik naar toe.' Het klinkt lo gisch. Nu is er natuurlijk wel een verschil tussen het maken van afspraken of het plannen van een vakantie en het uitstippelen van je leven. Toen ik een paar maanden geleden in Engeland was, ontmoette ik bij de Britse omroep een programmamaker, die heel veel succes heeft. Oorspronkelijk had hij geschiedenis gestudeerd, was getrouwd en kreeg een keurige baan als geschiedenisle raar aan een middelbare school. Hij volgde trouw zijn huisje-tuintje-gezinnetjespa troon. Toen vroeg iemand hem aan een te levisieprogramma mee te werken. Het was een vrij onbelangrijke bijdrage, maar hij kwam in gesprek met een van de leidende figuren, die hem een baan als producer aanbood. Opeens lag zijn keurig geplande leven overhoop. De collega's raadden hem een dergelijke stap ten sterkste af onder het af gezaagde motto 'je weet wel wat je hebt, maar niet wat je krijgt'. Doen? Niet doen? Hij deed het. Op het ogenblik is hij met enthousiasme aan het werk en ik denk dat hij een andere man is geworden dan wanneer hij zijn le- raarsbaan had gehouden, waarmee ik na tuurlijk niets ten nadele van het leraar schap wil zeggen. Hij accepteerde de char me van het onverwachte mét de bijbeho rende risico's. Ik moet opeens denken aan een meisje dat op de lagere school bij mij in de klas zat. Ze was erg ambitieus. Ze maakte altijd keurig haar huiswerk en was niet tevreden met alleen maar een voldoende. Wat werk te dat kind! Haar schriften zagen er altijd onberispelijk uit en haar ouders zullen nooit verontwaardigd over haar luiheid van een ouderavond zijn thuisgekomen. Ik was een flodderaar. Huiswerk was voor mij het meest afschuwelijke aspect van het schoolleven en ik was zielstevreden als ik met mijn meestal slordig afgesleten hakken over de sloot naar de volgende klas ging. Eline wist precies wat ze later wilde gaan doen. 'Jij wordt nog wel eens professor,' zeiden we sarderig, niet in het minst onder de indruk van haar verheven levensdoel. 'Dat denk ik ook,' antwoordde ze zelfver zekerd, 'let maar eens op.' Onlangs was ik op een receptie en wie kwam ik tegen? Juist, Eline. Ze woonde in Duitsland en wat denkt u dat ze daar deed? Ze was als hoogleraar aan een van de universiteiten verbonden. We zullen allemaal eens oud zijn. Hoe zul len we dan op al die jaren terugkijken? Zullen we dan van mening zijn dat we ons leven nauwkeuriger hadden moeten uitstip pelen of hadden we juist meer het onver wachte met open armen moeten binnenha len? Helaas zullen we het dan niet meer kunnen overdoen en daarom is het misschien niet zo gek om ons zelf nu die vraag eens te stellen. Of we nu twintig zijn of vijftig, zo lang het leven ons gegeven is kunnen we plannen maken. Eigenlijk is het besluit een grote plaats in je leven in te ruimen voor het onverwachte ook een plan.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1980 | | pagina 20