Natuur IN HET SPIONNETJE Wie verkoopt er nu een fraai huis in een welvarend deel van ons land om er een pri mitieve boerderij in Wales voor terug te kopen. Hoe kom je er toe een goede baan op te zeggen om daar schapen te gaan fok ken? Een paar weken geleden vertelde iemand mij over een gezin, bestaande uit man, vrouw en drie tienerkinderen, dat die be langrijke beslissing genomen had. Toen ik toevallig langs hun lege huis kwam en de kale ramen zag, moest ik er toch wel aan denken. Als je zo fijn woont, in een mooi ruim huis met een grote tuin, wat geeft je dan aanlei ding om dat allemaal achter te laten en in een boerderij zonder comfort een heel nieuw leven te beginnen. Een leven zonder luxe. Een gril? Nee, deze mensen hebben er lang over nagedacht en er met de kinderen heel veel over gepraat voor ze zeker wisten dat ze dit wilden. Ze hadden sterk het gevoel dat ze in hun luxebestaan steeds verder af kwamen van het wezenlijke in het leven. Ik heb eens gelogeerd in het gedeelte van Wales waar zij nu wonen. Het is er prach tig, heel stil en wijd. Ik kan mij voorstellen dat de afstand tot het huis van hun naaste buren zo groot is, dat ze het nauwelijks zien kunnen. Ze zullen genieten van de rust, de zuivere lucht en de mogelijkheden om volop paard te rijden, want daar hou den ze van. Maar hoe zal het zijn te moeten leven van de opbrengst van een schapenfokkerij en hoe is het daar in de winter als de sneeuw je belet de boerderij te verlaten? En hoe zal het met die tieners gaan, die twee jongens en dat meisje? Het besluit van deze mensen intrigeert me hevig, misschien wel omdat we allemaal toch wel het gevoel hebben dat het leven in onze welvaartsmaatschappij toch niet zo veel bevrediging geeft. De behoefte om weg te trekken naar een plekje waar je in een eenvoudige omgeving jezelf kan zijn leeft bij veel mensen, al zoekt niet iedereen het zo ver. De vorige week had ik een interview voor de radio met een echtpaar, dat bijzonder actief is op velerlei terreinen. Omdat ik het veel boeiender vind een dergelijk gesprek op de band op te nemen bij de mensen Mien Holthuizen thuis dan in een steriele studio, maakte ik een afspraak met hen. Ze noemden een kleine plaats ergens in Drente. Door mijn werk zwerf ik nogal veel door het land, maar ik moest toch even nadenken voor ik wist waar dat ge hucht lag. Het viel helemaal niet mee te ontdekken waar deze uit Haarlem afkom stige mensen nu wonen. Een dorp. een weg tussen de heidevelden, dan een heel smal pad, waar mijn auto overheen hotste en ja, daar liep een hond. Daar zouden dus ook wel mensen wonen. Even later zat ik aan de koffie, genietend van het uitzicht. Het was er zo stil. Ik pro beerde er achter te komen waarom ze hun mooie huis in Haarlem verlaten hadden. Hun huis hier, buiten het kleine dorp, was ook aardig, maar was het niet te stil? Nee, nee en ze hadden hier een veel grotere tuin, waarin ze alles kweekten wat ze aan groen te en fruit nodig hadden. Heerlijk zo, maar het had wel moeite gekost want er moest heel wat aan de grond worden gedaan voor die voldoende opbracht. De trek naar het platteland. Toch ook weer de trek van het platteland terug naar de stad. Het valt niet altijd mee om een nieu we levenswijze vol te houden. Het lijkt zo mooi, dat terug naar de natuur, maar is het wel zo romantisch en ontspannend als we verwachten? Een aardig boerderijtje in de polder, wat wil een mens nog meer? Maar als het nieu we van de andere manier van leven af is blijft er vaak niet veel meer over dan een huisje met slechte leidingen, muren die vocht doorlaten en een donkere slaapka mer met schuine wanden. De vreugde van het buitenleven blijkt dan vaak niet stand vastig. Maar de mens is dualistisch: het ja en nee blijven tegenover elkaar staan. De rust, de stilte trekken toch. Met de kreet 'terug naar de natuur' in gedachten, las ik on langs het enige jaren geleden verschenen en nu uitverkochte boek 'Opnieuw Begin nen' door Jacques Massacrier nog eens door. 'Weg uit de consumptiemaatschappij' staat er op de achterflap. 'In velen sluimert het verlangen naar een ander leven, met ach terlating van vrijwel alles wat men in de maatschappij verworven heeft.' En onder het kopje 'zelf doen': 'Hoe men kan leven van wat de moestuin biedt, met de grootst mogelijke variaties in smakelijk gekruide gerechten, hoe men zelf kruiden droogt, zelf jam maakt, boter en kaas, wijn, de ech te azijn, yoghurt, krenten, sojamelk, aman delmelk en vele andere zaken.' Springt uw hart toch op? Terug naar de natuur. Onder de druk van de economi sche omstandigheden zullen we eenvou diger, zuiniger moeten gaan leven, ons meer bewust van wat we al bezitten. Blij zijn met weinig. De mensen, die de oorlog hebben meegemaakt weten nog dat de meest simpele zaken toen oprechte vreug de konden geven. Het kan ook best nuttig en plezierig zijn om zelf dingen te maken. Zelf weven, boekbinden of je huis schilderen, het maakt je meer bewust van de materialen, die je omringen. Dichter bij de natuur. Het is natuurlijk fijn zelf eens iets te kweken. Onbespoten sla uit eigen tuin mag dan niet zo fraai ogen als die uit de winkel, de sla smaakt naar sla. Ook is het een feit dat we het contact met de natuur zo ver hebben losgemaakt dat het echte buitenzijn er alleen nog maar is voor zon- en feestdagen. Maar als ik dan in 'Opnieuw Beginnen' lees dat men eerst een put moet hebben om de waarde van natuurlijk water te beseffen, dan begint mijn geestdrift al te slinken. En als er onder het kopje 'wc' staat: 'In huis is vooral 's winters de traditionele hygiëni sche emmer de beste oplossing. Doe een beetje water op de bodem voor het gebruik en leeg hem iedere ochtend op de mest vaalt', dan zie ik mij dat nog niet doen. Terug naar de natuur. Er zit wat in, zeker, maar dan wel met mate.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1980 | | pagina 17