17
Iemand zou zich onder kunstken
ners eens moeten laten ontvallen
dat hij kort tevoren de Nacht
wacht heeft zien hangen boven
het dressoir in een Culemborgs
rijtjeshuis. Je moest dan die ge
zichten eens zien verschieten. Is
de spreker wel goed bij zinnen, of
ziet hij ze vliegen? Zijn laconieke
mededeling grenst puur aan hei- I
ligschennis. Zo'n onnozel zinnetje
brengt werkelijk ongehoorde op
schudding teweeg. Want Rem-
brandts beroemde schilderij hoort
in het Amsterdamse Rijksmu
seum thuis, en daaralleen. De
aanwezigheid van het eeuwenou
de meesterwerk in Culemborg
doet een verzwegen kunstroof
vermoeden of anders een geheim
regeringsbesluit om het doek op
een veilige bergplaats te vrijwa
ren voor mogelijke aanslagen.
Maar de feiten zijn onweerleg
baar. Het gaat daar in Culemborg
wel degelijk om de Nachtwacht
en met zijn afmetingen van
1,50 x 1,85 meter reikt Rem-
brandts befaamde werk vrijwel
tot de zoldering. Na deze uit
spraak kan (Gijs) Bert(us) van
Santen een lachje niet langer
meer onderdrukken. De twintigja
rige administratieve kracht bij de
plaatselijke Rabobank poetst dan
de geamuseerde glimlach echter
weer snel van de lippen, want de
kern van de zaak blijft ernstig en
serieus. Niettemin zullen de echte
Rembrandtkenners, aldus Culem-
borgse Bert, bij het horen van de
opgegeven maten ogenblikkelijk
opgelucht adem gehaald hebben,
in de wetenschap dat het dan on
mogelijk kan gaan om DE Nacht
wacht.
Bert: 'De Nachtwacht zoals Rem-
brandt die vervaardigde is ge
schilderd op een stuk canvas
waarvan de maten 3,63 x4,37
meter zijn. Dat weet iedereen die
ook maar een beetje geïnteres
seerd is in dit schilderij dat offi
cieel geregistreerd staat als Het
Korporaalschap van Kapitein
Frans Banning Cocq en luitenant
Willem van Ruytenburgh'.
Het personeelslid van de Culem-
borgse Rabobank mag wis en
waarachtig wel gerekend worden
tot de intieme bewonderaarskring
van het schuttersdoek uit het
Rijksmuseum. Vader en moeder
Van Santen weten zich nog als de
dag van gisteren te herinneren
hoe zoon Bert reeds als begin
nend scholier opveerde bij het ho
ren van de naam Rembrandt van
Rijn. 'Hij had het gedurig over
Rembrandt, en op school onder
de geschiedenisles was het on
derwerp voor een werkstuk ook