Sleur en slordigheid bedreigen veiligheid RAS OP VOOR DEftrWBÉ- l/flUGiNG 'M EZE RABOBANK! {kenubh JULLIE In het topje van de Fellenoordtoren die het Eindhovense hoofdkwartier van de Centrale Rabobank herbergt, steekt af en toe een onbehaaglijk gevoel van mach teloosheid de kop op. Voor de zoveelste keer hebben hier, op de elfde verdieping, dan weer een paar mensen bewezen ge zien dat men hen volstrekt niet heeft weten te vinden of dat men hen alleen maar oppervlakkig kent. Het steekt hen, zonder dat die zucht naar bekendheid ook maar iets met ijdelheid heeft uit te staan. Als namelijk op de afdeling waar het om gaat steeds weer de vraag 'Ken nen jullie ons?' opduikt, dan gebeurt het met bijzondere bedoelingen. Het gaat om de groep specialisten die zich ver antwoordelijk voelt voor alles wat ook maar enigszins met beveiliging te maken heeft. Voor hun gevoel hapert er nogal wat aan de frequentie waarmee er een beroep op de afdeling wordt gedaan, en niet zo'n beetje ook. Met stelligheid bestrijdt men de consta tering dat het allemaal nogal meevalt, en vandaar ook dat vragen in de trant van 'Kennen jullie ons?' er steeds opnieuw weer worden bijgesleept. Voor de duidelijkheid en eerlijkheidshal ve dient bij dit alles één ding wel even te worden vooropgesteld: aan voorzienin gen die er op het punt van de beveiliging getroffen moeten worden, ontbreekt het door de bank genomen niet. Bij uitvoe ring van bouwplannen houden de Rabo- banken zich binnen de grenzen van het mogelijke als regel nauwkeurig aan een uitgebreide reeks van voorschriften. Daarna echter komen de problemen pas. Mensen moeten niet alleen op de hoog te gebracht worden van de spel- en ge dragsregels; zeker zo belangrijk is het dat ze zich ook dienovereenkomstig blij ven gedragen, want weldra zullen zich de eerste sleur- en slijtageverschijnselen gaan manifesteren. Het gevaar is dan niet denkbeeldig dat de zaak meer en meer versloft. Voor de veiligheidsspecia listen ligt daar de grootste zorg. Hoe vaak niet zien zij zich in hun dagelijkse werk geconfronteerd met situaties waar in er 'voor het gemak' werd afgeweken van instructies en voorgeschreven maat regelen? Achteraf bleek soms bij contro le of navraag dat problemen van prakti sche aard intern naleving van afgespro ken gedragsregels in de weg stonden. Veiligheidseisen leken tegenstrijdig aan de gebruikseisen. Ter oplossing van de gerezen problemen werd dan maar de hand gelicht met de naleving van sommige voorschriften. Het onbehagen bij de beveiligingsmen sen vindt hier zijn oorsprong. Zij zien er de duidelijke bevestiging in van de stel ling dat plaatselijke banken de afdeling beveiliging nog onvoldoende weten te vinden. 'Zou men ons wél kennen,' zo veronderstelt men er, 'dan zouden ban ken met problemen toch zeker niet aar zelen hier aan de bel te trekken. Juist in deze sector moetje heel nadrukkelijk doordrongen zijn van de dienstverlenen de taak die een Centrale Rabobank te vervullen heeft. Je bent gewend de hel pende hand te reiken, maar door gebrek aan mankracht kunnen er niet steeds van ons uit initiatieven genomen wor den. Het instellen van steekproeven hoe het plaatselijk is gesteld met de naleving van beveiligingsvoorschriften zou heel zeker preventief kunnen werken. Daar is tot nu toe echter nog geen sprake van geweest, zodat we - toevalligheden bui ten beschouwing gelaten - voornamelijk toch afhankelijk blijven van de vraag of een bank ons erbij betrekt.' Heel type rend, aldus de zegslieden, is ook de meermalen gehoorde vraag: 'Wat zijn we u schuldig?' of 'Wat moet er betaald worden per bezoek?' Als er door ons dan gezegd wordt 'U heeft al betaald' kijkt men verwonderd op. De beveiligingsmensen hameren bij voortduring op het feit dat het de plaat selijke banken behoren te zijn die actie ondernemen: het is hun verantwoorde lijkheid. Daarbij wordt ook iedere keer weer gewezen op het aankweken en in stand houden van een soort beveili gingsdiscipline. Wanneer er zich hier of daar een calamiteit voordoet, dan moet achteraf maar al te vaak geconstateerd worden dat menselijke nalatigheden of slordigheden - hoe verklaarbaar ook - gedeeltelijk de oorzaak vormen. Net als bij brandpreventie gaan de beveiligings specialisten er voortdurend vanuit dat personeelsleden op de hoogte gebracht en gehouden moeten worden van de ge dragsregels. Men realiseert zich dat het soms een probleem kan zijn de mensen gemotiveerd te krijgen en te houden. Bovendien valt het leven met beveili gingsvoorschriften lang niet altijd mee. De praktijk wijst het maar al te dikwijls uit. Daar is het verhaal van een plaatselijke Rabobank waar op zomerse dagen de temperatuur in de kasbox opklom tot bakovenniveau. Om aan de werkelijk on draaglijke hitte een eind te maken, be sloot men ('voor het gemak') de toe gangsdeur tot de kasbox maar geopend te houden. Dat bracht de gewenste ver koeling, maar- aldus de deskundigen in het Eindhovense hoofdkantoor van de Rabobank - met naleving van de voor schriften had die oplossing natuurlijk

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1979 | | pagina 21