itoor
iaar?
Het Jaaroverzicht Sociale Ontwikke
lingen Aangesloten Banken is weer
verschenen. Geen schokkend nieuws
misschien, maar toch beslist eens
doorkijkenVoor ieder personeelslid
moet er bij de bank een exemplaar zijn.
Mij intrigeren die tabellen over het
ziekteverzuim. Jammer, dat er geen
toelichting bij staat of conclusies uit
getrokken worden. Dat moeten de sa
menstellers een volgende keer toch
eens doen. Op eigen houtje er naar kij
kend viel mij in ieder geval een merk
waardige statistische openbaring op.
Het ziekteverzuim stijgt naarmate een
bank meer personeelsleden heeft. Er is
zelfs een ononderbroken stijging over
de categorieën waarin de banken naar
aantal personeelsleden zijn ingedeeld.
De kleinste banken (t/m 10 perso
neelsleden) hebben het percentage
2,87, dat oploopt tot 4,87 voor de
grootste categorie (100 en meer perso
neelsleden). Nog interessanter wordt
het als je kijkt naar de tabel over de
duur van het verzuim en naar het aan
tal ziektemeldingen. Wat de korte
duur betreft, gesplitst in 1 t/m 2 dagen
en 3 t/m 5 dagen, is de kleinere bank
weer duidelijk 'gezonder' dan de gro
tere bank, maar, eigenaardig, voor de
langere - ik neem aan de ernstiger -
ziekte is er procentueel maar nauwe
lijks verschil!
Wat zit daar achter? Werk je op een
kleinere bank gelukkiger, met meer
voldoening dan op een grotere? Een
tiental personeelsleden meer of min
der is in ieder geval statistisch al te
merken. Hoe komt dat? Zou het mis
schien onbewust de mens meer span
ningen geven als hij in een grotere
groep verkeert? Geeft dat meer onlust
gevoelens, die zich bij sommigen in
korte lichamelijke ongemakken uiten?
Zijn die één, twee en drie dagen ziek
zijn een verkapte uiting van 'baalda-
gen?' Opmerkelijk is dat het korte ver
zuim meer dan twee keer zoveel voor
komt bij de grote als bij de kleine bank.
Het verschijnsel, dat mij uit die tabel
letjes opviel, is ook elders in het be
drijfsleven al lang bekend. Men tracht
er ook wat aan te doen. Ons sociaal
verslag spreekt ook niet voor niets
over zaken als 'sociale begeleiding',
'opleiding', 'werkplek en gezondheid'
e.d. Dat lijkt me heel nuttig en nodig.
Maar ik denk toch, dat het beste mid
del om een sfeer te krijgen, waarin je
prettig werkt en 'gedijt', is dat je met
z'n allen zo'n sfeer ziet te scheppen.
Dat lukt makkelijker en vlugger in een
kleine groep, maar ook bij een grote
bank moet dat kunnen. Daar bestaat
het personeel meestal uit verschillen
de groepen van mensen, die nauw sa
menwerken. Als elke groep binnen die
eigen kring begint, zal dat - dacht ik -
op den duur doorwerken zelfs over de
hele grote bank. ledereen heefter per
soonlijk belang bij - je wilt een goede
werksfeer, voor jezelf en voor de an
der. De clou is, dat dat laatste eigen
lijk een voorwaarde is voor het eerste.
En daar kan iedereen zelf wat aan
doen! JRH
Weinig mensen zullen kunnen zeggen, dat ze geen verslavingen kennen. Zo kan de
een z'n krantje niet missen. Een ander wordt gek wanneer hij of zij de dagelijkse por
tie alcohol niet nuttigt, terwijl een derde tegen de muren opvliegt als er niet regel
matig een sigaret gepaft kan worden. Hoewel elke verslaving gevaren in zich bergt,
zijn er tussen de diverse vormen toch een aantal kenmerkende verschillen. De man
of vrouw, die avond aan avond aan de beeldbuis zit gekluisterd, raakt op den duur
afgestompt maar heeft slechts zichzelf daarmee. Een alcoholist echter, die in de
auto stapt en brokken maakt, berokkent misschien ook z'n medemensen schade.
De meest gebruikelijke vorm van versla
ving, die je op de werkplek tegenkomt, is
het roken. Voor het groeiend aantal niet-
rokers een blijvende bron van ergernis.
Zij mogen (vaak ongevraagd) meegenie
ten van de sigaret, sigaar of pijp van hun
collega's en gesprekspartners.
Dit is vroeger wel eens anders geweest,
want in de vorige eeuw was het streng
verboden onder werktijd te roken in de
kantoren. Onder invloed van de maat
schappelijke veranderingen werd dit ver
bod op een gegeven moment opgehe
ven, waarna het gebruik van tabakspro-
dukten ook op kantoor schering en in
slag werd.
Momenteel voltrekken zich ontwikkelin
gen op dit gebied, die op termijn onge
twijfeld ook op het roken op kantoor hun
invloed zullen doen gelden.
In Noorwegen hebben fanatieke actie
voerders gemeten dat het binnenska
mers roken aardig wat vervuiling teweeg
brengt. Daar kunnen enkele sigaretten
qua vervuiling al veel meer teweeg bren
gen dan wat verkeer en industrie plaat
selijk in de buitenlucht aanrichten. On
derzoek heeft uitgewezen dat bij de
luchtverontreiniging in het centrum van
Oslo het gehalte aan zwevende vuildeel-
tjes zelden meer bedraagt dan 200 mi
crogram per kubieke meter. De gemid
delde verontreiniging daar ligt op 50
eenheden. Maar in een normale kamer
met een vloeroppervlak van 20 vierkante
meter zorgen twee sigaretten al voor cir
ca 1000 eenheden aan zwevend vuil. Op
het moment dat zo'n cijfer op tafel komt,
ga je van schrik even recht overeind zit
ten. Maar lang duurt het niet, of ieder
een gaat over tot de orde van de dag en
alle rokers vervallen weer in hun oude
sleur.
De doos met rokertjes
voor representatieve
doeleinden is ook binnen
de Rabobank een
alleszins bekend
verschijnsel.
In vergader
ruimten bij de