lingsverkeer' ging de bank Utrecht gebruik maken van de gangbare bankgiro-formulieren binnen de Rabobankorganisatie. Tot dan stelde de bank Utrecht aan alle klanten voorgedrukte giro kaarten beschikbaar voor even tuele betalingen aan rekening houders bij de postcheque- en girodienst. Aan de achterzijde van de kaarten stond niet alleen een volledige lijst van de Utrechtse Rabobankkantoren vermeld, maar de indeling was zodanig dat de kaart tevens gebruikt kon worden voor het opnemen van contanten bij de bank. 'Je had een formulier dat voor twee doeleinden ge bruikt kon worden. Behalve doel matig was het ook kostenbespa rend' verduidelijkt de Utrechtse bankdirecteur. In 1964 presenteerde de bank Utrecht een kantorenplan dat heel de stad bestreek. Het is in middels realiteit geworden. De di verse vestigingen verschillen on derling sterk qua karakter. Het kleinste kantoor met kogelweren de balie meet nog geen 20 m2; de ligging in de nabijheid van enkele rusthuizen voor bejaarden, maakt er een beheerder nodig met tijd en geduld voor iedere klant. Bij een ander kantoor nemen buiten landers 30 procent van de kas- posten voor hun rekening. De dui delijke centrumkantoren hebben zich ontwikkeld tot pure geldwin- kels waar het publiek snel en rati oneel geholpen wil worden. Als kroon op het kantorennet fun geert sinds kort een vestiging in het winkelcentrum Hoog Catharij- ne. Driftig rammelt er de beurs- telex. Pot: 'Je moetje presenteren op het drukste punt van Neder land.' De warme belangstelling voor het bedrijfsleven komt bij de interne organisatiestructuur van de bank tot uiting in een afzonderlijk di rectoraat bedrijven naast de sec toren 'particulieren' en 'interne zaken'. De behoefte aan specifie ke deskundigheid en vakkennis voor dit werk brengt met zich mee dat het nu 10 personeelsle den tellende directoraat bedrijven bij de bank Utrecht nog dit jaar tot tweemaal de bestaande om vang moet worden uitgebouwd. Het aantrekken van krachten met voldoende scholing en ervaring zal ook nu wel het probleem zijn, vreest Pot. 'We hebben op een bestand van 245 mensen doorlo pend zo'n 15 vacatures.' Forse groei is een wezenskenmerk voor het geheel van de Utrechtse bank. In 1962 bij de fusie van de beide coöperatieve banken die destijds opereerden binnen het grondgebied van de gemeente Utrecht, was er een balanstotaal van ongeveer f3,5 miljoen. Vandaag de dag scoren 24 Rabo bankkantoren, verspreid over heel de stad, een totaal van 410 mil joen gulden. Pot: 'Er gold een vuistregel dat er voor iedere mil joen gulden balanstotaal een per soneelslid stond. Tegenwoordig rekent men al met gemak ander halve kracht per miljoen. Daar komt nog eens bij dat ons balans totaal om het zo te zeggen nogal bewerkelijk is door de aanzienlijke betekenis van de particuliere sec tor.' Je wilt als bank toch immers graag meer zijn dan een soort salaris administrateur voor particulieren. Je moet dus in de opbouw van je relatiebestand een circuit zien te creëren, waarbij naast de particu lier ook de bedrijven waaraan die particulier betalingen verricht, hier een rekening aanhouden.' Hij vertelt over de aanloopmoei lijkheden die er waren. 'Een sterk verloop. We werken voornamelijk met jonge mensen. Oudere krach ten waren door hun hogere sala rissen en pensioenpremies ge woon te duur voor ons in die aan looptijd. Een leeftijdsgemiddelde van 25 jaar hebben we gekend. Heel jonge mensen deden hier verantwoordelijk werk. Wij gaan verder, zeiden die na verloop van tijd. Geef hen eens ongelijk. Ze werden gretig afgenomen door andere banken. Bewust zijn we vervolgens zelf kader gaan kwe ken. Dat bracht rust.' Slagvaardigheid ziet de Utrechtse bankman als voornaamste reden voor de groei en het succes. De den improvisatietalent en eigen zinnigheid de rest? Pot grijnst. Pas het afgelopen jaar toen er een nieuwe mijlpaal werd gezet op weg naar een 'bijlage-loos beta-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1979 | | pagina 8