Het gevoel iets te betekenen voor
iemand
Kolk rept zich naar het archief. Laat zien
dat er van alle pleegouders aparte dos
siers bestaan, compleet met afschriften
van de correspondentie met hun pleeg
kind. In het voorbijgaan laat hij de bedrij
vigheid in de postkamer van het Amster
damse hoofdkantoor zien. 'Een giganti
sche uitzoekerij. Er werken hier drie
man. Daarnaast zijn er nog eens 125
mensen gratis voor ons in de weer. Als
vertalers van de post. Per pakketpost
gaan er verzamelzendingen naar alle
plaatsen waarde organisatie met hulp
programma's bezig is. Je bent wel ge
dwongen te kiezen voor centrale verzen
ding. Er komt niets van rechtstreekse
toezending terecht door de gebrekkige
postbestellingen. Maar bovendien be
staat de kans dat hele dorpen bedelbrie
ven gaan versturen als de contacten niet
via onze kantoren lopen.'
Een bliksemonderzoek tussen de ter ver
zending aangeboden post toont aan dat
de Nederlandse bevolking veel en en
thousiast stuurt. Kolk: 'Hartverwarmend
is het te zien wat voor leuke dingen de
mensen doen. Kleine briefjes, tekenin
gen, foto's van hun hond of kat. Het be
wijst dat mensen met volledige inzet
deelnemen aan het pleegouder-project.
Je leest eraan af wat zo'n adoptie bete
kent. Volgens mij hebben de meeste
deelnemers heel nadrukkelijk het besef
er iemand bij te hebben waar ze wat
voor doen, voor wie ze wat betekenen.
Dat wederzijdse contact is een oersterke
pijler, een van onze belangrijke draag-
kurken. Die contacten blijven
gebrekkig natuurlijk. Schrijven,
corresponderen, behoort niet tot
het cultuurpatroon van de
meeste mensen in ontwikkelings
landen.
Als je een Nederlands
kind vraagt wat te schrij
ven, dan kost dat al moeite
tie, hebben we altijd nog zestien procent
nodig van wat er hier binnen komt. We
hoeven ook wat dat betreft niets te ver
schuilen. Ik kom er rond voor uit dat ik in
een goed pand wil zitten. Zo is er ook
een vuistregel dat }e per duizend pleeg
ouders een kracht nodig hebt in vaste
dienst. Gewoon een vereiste. Om datge
ne wat je stelt ook waar te kunnen ma
ken. Ervaring leert me dat mensen, zeker
Nederlanders, best bereid zijn te geven.
Maar dan willen ze wel controle. Je
moet elke voorkomende vraag afdoende
kunnen beantwoorden.
genoeg. Naarmate kinderen groter wor
den gaat zoiets wel beter lopen, ver
wacht ik. Nu al bezoeken jaarlijks zo'n
1000 pleegouders hun adoptiekind. Die
mensen, dat leert de ervaring, raak je
nooit meer kwijt als ze er één keer zijn
geweest. Laat een ding vooral duidelijk
zijn, het is ons er niet om begonnen zo
veel mogelijk geld bijeen te schrapen.
Pleegouders krijgen en ze behouden,
daar gaat het om.'
Tijdens zijn rondleiding in sneltreinvaart
is Hein Kolk inmiddels aangeland bij een
rek vol margarinedozen. Elke doos heeft
betrekking op een plaats of streek waar
voor het Foster Parents Plan een hulp
programma ontwikkelde. Per doos ko
men er tientallen foto's tevoorschijn van
kandidaat-pleegkinderen. Papieren met
hun personalia, de gezinssamenstelling
etc. zijn bijgevoegd. Kolk: 'Hier hebben
we het wezen van ons werk. Als het Fos
ter Parents Plan ergens in actie komt,
dan betekent het dat we in een gemeen
schap minimaal duizend gezinnen we
zenlijke hulp gaan geven. Ze worden in
geschreven, en dan zien wij via onze
kantoren pleegouders te vinden. Pas als
dat is gelukt, zeggen wij "ga je gang".
Vanaf dat moment begint dus de daad
werkelijke hulpverlening.'
Niet alleen de groep die het zich kan
veroorloven
Dozen vol namen van mensen dus die
nog op de wachtlijst staan. Kolk legt uit
hoe het komt dat het doorgaans even
duurt alvorens een pleegkind wordt toe
gewezen. 'Sommige mensen een klei
ne groep overigens - maakt bij de aan
melding bepaalde voorkeuren kenbaar.
Ze hebben graag een jongen of een
meisje van een bepaalde leeftijd, of