in ander situaties in en daar richt je de kerstboodschap op.' Vind jij als Calvinist echt, dat het Kind voor iedereen gekomen is? 'Ja, wis en waarachtig. Het is uitgezon den in de kerstnacht: in de mensen, van Gods welbehagen.' Dat betekent toch: mensen, die van goe de wil zijn? 'Nee, het gaat om alle mensen en niet om een geselecteerd gezelschap. Om al lemaal.' Ook als ze niet van goede wil zijn? 'Er zijn natuurlijk mensen, die het niet op prijs stellen, die er dwars tegen ingaan, maar niettemin is het kerstgebeuren be stemd voor iedereen, zonder uitzonde ring. Midden in de troep van de wereld laat ik horen en zien dat wij de mensen mogen worden die we zijn: koningskin deren. Ik wijs daarbij de weg. Ik geef daarbij aan, hoe we als koningskinderen gaan leven. Wat mij betreft, ga je dan een kerstboom versieren en echt een feestje bouwen. Hardstikke leuk.' (Hij praat nu op een toon, die geen tegen spraak duldt.) 'En dan uit volle borst zin gen: Gloria, in Excelsis Deo en Ere zij God. Dus niet- zoals veelal gezongen wordt heel zacht: Vrede op aarde. Nee, dat moet eruit galmen. Ik ken een spas tisch vrouwtje, een aangeschoten vogel tje - dat zo blij meezingt, zo echt blij is, dat het hartverwarmend is. Zij draagt de vreugde en de vrede en' (z'n wijsvinger onderstreept als het ware ieder woord) 'dat komt eruit. De betrokkenheid van het evangelie met de aarde, met de maatschappij is het kenmerk van wat jij het „stijle calvinis me" noemt. Ik noem de betrokkenheid van wat met Kerst gebeurt, de incarnatie van het woord. Het wordt omgezet in werkelijkheid. Daarom is ieder Kerst feest anders.' Als jij tweede Kerstdag 's avonds naar bed gaat, zeg je dan: Goddank nog 355 nachtjes voor het weer zover is? 'Ja, soms krijg ik zoveel van het goede, dat ik erg blij ben, dat het weer voorbij is. Je hebt maar een beperkte verwer- Lijdt je gezin eronder? 'In bepaalde dingen komt het gezin te kort. Een van de kinderen wilde graag thuiskomen, maar dat kon niet, want ik moest een kerstmeeting leiden. M'n vrouw gaat vaak mee - niet altijd.' Vier je thuis nog Kerst? Het blijft even stil. Dan, voor zich uitsta rend: 'Kerstnacht. Als ik dienst heb, gaan we met de hele club. Anders gaan de kinderen. Ik niet. We hebben het daarna erg feestelijk met elkaar. Een maaltijd - een fijn gedekte tafel - met krenten brood en noten. We drinken een glas wijn. Er komen verhalen over van alles en nog wat.' Je doet mee aan de gewoonte om tij dens de Kerstdagen extra lekker te eten? 'Dacht jij, dat dominees niet van lekker eten houden? Dan heb je het goed mis! Natuurlijk houd ik ervan en mijn vrouw maakt er iets echt feestelijks van' - zachter pratend - 'Echt feest is het voor mij pas, als de spanning voorbij is. Ik heb op eerste Kerstdag 's morgens om zeven uur m'n preek nog omgebouwd. Ik was niet tevreden en ik ben er toen nog aan gaan werken; voor zover ik het kan be oordelen, kwam wat ik wilde zeggen goed over.' Hoe komt het dat de kerken zo vol zijn met Kerst? 'Jeugdsentiment bij velen. Oude liede ren, versierde kerken - het Kind ontroert. Maar ik vind: hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Het hoeft niet onecht te zijn. Ge voelens mogen meespreken. Je hele ge voel doet mee, net zo goed als je ver stand. Je hebt alles nodig om het begrip 'vrede' in de samenleving tot uitdrukking te brengen: verstand, gevoel, creativiteit, inzet, kracht, capaciteit, inventiviteit.' Heeft de kerstboodschap nog merkbare invloed op de wereld van iedere dag? 'Ja, ik ben blij, dat er nog altijd mensen in beweging zijn. Het blijft aanspreken. Gooien ze het morgen weg? Ik weet het niet. Ik probeer ze te vertellen, ze te la ten ontdekken, dat het juist morgen moet. Of dat lukt, weet ik ook niet. Op den duur zal de actie uitwerking heb ben.' Dat wordt ai 2000 jaar geprobeerd. 'En als je ziet, dat iedere dominee nu een auto heeft, hebben we het ver geschopt, want het is met een ezeltje begonnen.' (Hij lacht luidkeels!) 'Of bedoel je dat niet?' Diep serieus gaat hij verder. 'Er zijn en worden grote fouten gemaakt. Een glo rieuze kerk gaat kapot. Op het moment van grote macht en rijkdom kwamen de Waldenzen, kwam Franciscus. Zij besef ten dat dit een dieptepunt van de Kerk was. De Kerk moet dienstbaar zijn, bezig zijn met de mensen.' Bezig zijn met mensen, dat doe ik op de bank ook. Lijkt ons werk wat op elkaar? Nadenkend. 'Ja, - ja, zeker in de Rabo- bankorganisatie. De Rabobank is duide- particuliere geldleners, die misbruik maakten van de omstandigheden en mensen uitbuitten. Ik voel me aan Raif- feisen verwant. Ik vraag me overigens af, of de Rabobank trouw zal blijven aan wat Raiffeisen voorstond.' Je hebt de laatste jaren veel narigheid meegemaakt. Heb je zelf iets wezenlijks van de kerstboodschap ervaren, toen je in de ellende zat? 'De narigheid komt dag voor dag. Je weet van tevoren niet, wat er allemaal komt. De ernstige ziekte van mijn zoon heeft diep in het leven van mijn vrouw en mij ingegrepen. Ook toen mijn hart mij bijna in de steek liet en ik geopereerd moest worden, wa ren er grote spanningen. Toch heb ik in die tijd niet meer gebeden dan anders. Ik geloof in een persoonlijke contactmoge lijkheid met God - in een gesprek als met een vriend - een vriend, die je niet met je zorg alleen laat staan. Geloof me, religie is realiteit.' Bedankt Jan. Ik wil nog een paar foto's van je hebben. Een mooie, in je toga in de Sint-Jan, en een paar in je gewone pak. 'Je mag foto's maken, maar m'n toga trek ik niet aan. Ik hou niet van dat opge prikte. M'n werk gebeurt vrijwel altijd zonder dat kledingstuk.' Dan lacht hij bij na vals en zegt: 'Ik wens je sterkte met je verhaal.' Een hand en weg gaat hij. Jan Bergman - dominee. Ik dacht hem te kunnen strikken voor een sfeervol kerstinterview. Sfeervol op mijn manier. Maar het verhaal werd zijn verhaal. Ik weet niet helemaal wat ik er mee moet - ik weet eigenlijk helemaal niet, wat ik er mee moet. Wat ik wel weet is, dat ik het een voor recht vind een vriend te mogen zijn van iemand met zo'n intense, hartverwar mende belangstelling voor de ander. Daarom laat ik het maar, zoals het hier boven staat. Misschien is het toch nog een beetje het verhaal van een 'beroepskerstfeestvier- der'.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1978 | | pagina 6