jes
dat/es
Vrijgezel
in financiële
nood
j
Weddenschap met
gevolgen
Wat goede arbeidsverhoudingen be
treft komt de Rabobankorganisatie
bepaald niét achteraan. Toch is het
verstandig, dat de Centrale Kringver
gadering eind augustus besloten heeft
daarvoor een commissie in te stellen.
Er liggen namelijk een aantal actuele
vragen, waarop we zelf vanuit ons
coöperatief-zijn en vanuit onze
eigen-aardige structuur een antwoord
moeten vinden.
Denk maar aan de totstandkoming
van de arbeidsvoorwaarden. De één,
de centrale bank, is aangesloten bij de
Bank-CAOde andere - de aangeslo
ten banken - echter niet. Is dit verschil
wel zo gewenst? Of is het voor de
organisatie beter dat we allemaal on
der dezelfde CAO vallen? En moet je
dan denken aan de Bank-CAO of aan
een aparte Rabobank-CAO? Die CAO-
gedachte lijkt op het eerste gezicht in
de lijn te liggen van de onder ons al
heel ver gevorderde harmonisatie van
arbeidsvoorwaarden, maar er zitten
genoeg haken en ogen aan, die goed
bekeken moeten worden.
Dan zijn er de ondernemingsraden,
met hun wettelijke bevoegdheden tot
medezeggenschap. Wij kennen ze nu
nog slechts bij een klein aantal (ca. 12)
van onze banken, maar in de toekomst
zullen ze waarschijnlijk veel meer
voorkomen.
Ten slotte is er de heel belangrijke
vraag hoe bij ons, gelet op onze
coöperatieve structuur, de werkne
mers meer ingeschakeld kunnen wor
den bij de beleidsvoorbereiding en
-uitvoering. Dit is de bekende kwestie
van democratisering binnen de onder
neming met kernwoorden als mede
zeggenschap, bevoegdheid en verant
woordelijkheid van de medewerkers.
De grote NV's en BV's hebben op dit
terrein reeds hun Structuurwet, maar
de grote coöperaties vallen daar tot nu
toe buiten. Recente uitlatingen uit
onze kring wijzen er op, dat deze nieu
we vorm van democratisering ons ze
ker aanspreekt. We zitten er echter
mee, hoe we dat dan moeten doen.
Een NV met haar aandeelhouders is
immers heel wat anders dan een
coöperatieve vereniging met haar le
den. De Structuurwetregeling kun je
niet zo maar overnemen.
De nieuwe commissie krijgt in ieder
geval een stel interessante kluiven
voorgezet. Het is eigenlijk een studie
over intern-organisatorische aangele
genheden. Werknemersvertegen
woordigers als zodanig hebben ook
geen zitting in de commissie. Het gaat
er nu immers om dat onze organisatie
in haar positie van werkgeefster tot
een standpuntbepaling komt.
In ieder geval, het is een goed voor
beeld van bezinning en voorbereiding
op 'sociale ontwikkelingen', waarop ik
de vorige keer doelde. Ik denk, dat ve
len straks belang zullen stellen in de
bevindingen van de commissie. We
kunnen er zelfs nu al voor ons zelf wat
over gaan denken!
Kubrie
21
<D(
Itt bcth'y rijke 'i"g' t°nge-
*aP«aui 1 l'2n *an eè„ ?appe Jon
C r,n"b"1k"kr
H.'"g
lub-
Ste>n *°ur d,
"'Wn „h
Ditjes Datjes, de Rabobandrubriek voor gratis advertenties, bevatte in februa
ri bovenstaande opmerkelijke bijdrage van Hans Lubbers. Niet één van zijn col
lega's bij de Rabobank te Limmen dacht dat Hans het lef zou hebben de tekst in
te zenden. Bovendien verwachtte men niet dat de annonce voor plaatsing in
aanmerking zou komen. De sceptici kregen echter ongelijk en de bedenker van
het stoutmoedige plan won op slag zeven zakken drop met de afgesloten
weddenschap.
Maar het mooiste van alles was de stroom reacties die het 'schertstekstje' ople
verde. Terwijl juist dit een kant van de zaak is die zich normaal gesproken aan
de waarneming van de rubrieksamenstellers onttrekt, gaf Hans Lubbers de
Rabobandredactie een uitvoerig inzicht. Spontaan stelde hij bijgaand relaas sa
men van zijn voornaamste wederwaardigheden. Een vrijgezel in financiële nood
geeft opening van zaken.
JRH
Hans Lubbers en Jacqueline Foppen,
het tweetal dat de aanzet gaf tot een
uitwisseling tussen Harderwijk en
Limmen.
Mijn collega's die het altijd zo druk heb
ben (op hun manier dan) hadden zelfs
nog geen kans gezien een blik in de Ra-
boband te werpen toen de eerste telefo
nische reacties binnenkwamen. Vandaar
dat diegenen die in het prille begin bel
den een misschien vreemd antwoord
hebben gekregen.
Helaas was ik op dat moment (echt)
ziek. Geen smoes dus, zoals enkelen ver
moedden. Eén (van de velen) die mijn -
privé - telefoonnummer kregen heeft in
derdaad gebeld, eveneens vanwege een
weddenschap om zakken drop; van de
anderen heb ik nooit iets gehoord.
Daar hield het echter niet mee op. Brie
ven kwamen binnengestroomd, waaron
der vele die ik niet voor mezelf wil hou
den. Een kleine greep hieruit volgt hier
onder. Allereerst een zekere 'Miep' uit
Lent, die schreef:
'Hier een brief van een rijke jonge dame
met flinke borsten en een sexy achter
werk. Zoals je merkt ben ik nu niet erg
bescheiden, maar wat moet je anders,
zo'n toffe meid. Ik meen te voldoen aan
de door jou gestelde eisen, daar mijn
saldo niets te wensen overlaat. Deze in
komsten krijg ik door veel te kussen met
mijn collega's. En jij? Ben jij ook sexy?'
Tot zover Miep, die zoals later bleek, niet
echt bestond. Een meisje uit Mill, een
zekere Annabelle schreef: 'Ik ben een
dochter van een beroepsmiljonair en be
zit een eigen huis, auto en jacht. Ik deel
je ook mede dat ik vier kinderen heb,
waarvan 2 uit het eerste en twee uit het
tweede huwelijk. Tevens moet ik je ver
tellen dat ik tweemaal schuldloos ge
scheiden ben. Ze zeggen dat ik een knap
gezicht heb, alleen krijg ik soms nog wat
moeilijkheden met mijn houten benen.'
Mej. R.D. (Rijke Dame) hield haar echte
naam geheim tot een nadere persoon
lijke kennismaking. Zover is het nooit ge
komen. 'Zij' bleek later trouwens een
'Hij' te zijn. Een hele harem werd mij
aangeboden door de Rabobank uit
's-Heerenberg. Maar liefst 13 dames be
weerden 'zeker erg knap te zijn en meer
dan vijf nullen te hebben.' Later kreeg ik
nog een brief waarin zij vaststelden dat
wij samen de eerste echte harem in Ne
derland vormden. Zelfs ene Anton Hey-
boer kan wat grootte betreft niet aan