8
Een nachtelijke brand in het winkelcen
trum De Gordiaan te Lelystad was vrij
dag 14 april hot news voor een menigte
kranten in binnen- en buitenland. Uren
gingen de helse vlammen tekeer. Het
draaide uit op wat men in verzekerings
kringen een total loss noemt: achttien
winkels werden volledig in de as gelegd.
Ruwweg geschat bedroeg de totale
schade een 35 miljoen gulden. Een week
later steeg er nog rook op uit de trooste
loze, geblakerde puinhopen. Pas zes we
ken naderhand konden de puinruimers
inrukken. Al die tijd hadden ze nodig om
de zaak plat te krijgen. Intussen opende
even verderop een eerste kruidenier al
weer zijn poorten in een noodwinkel ter
grootte van 3500 vierkante meter. Op de
vertrouwde manier bracht Lelystad de
zegswijze 'Geen woorden maar daden'
weer eens in de praktijk.
Tussen alle trammelant door had vrijwel
geen mens in de gaten dat op hetzelfde
front een prestatie van groter formaat
geleverd werd. De plaatselijke Rabobank
zorgde dat er in precies acht dagen tijd
een geheel nieuw kantoor kon draaien.
Ook een kantoor van de Rabobank Fle
voland ging namelijk als onderdeel van
het winkelcentrum volledig in vlammen
op. De ruimte van duizend vierkante me
ter waar twaalf personeelsleden bezig
waren het nieuwe centrumkantoor van
Lelystad op te bouwen, moest als volko
men verloren worden beschouwd. Maar
inplaats van moedeloos bij de pakken te
gaan neerzitten, besloten de Flevolan
ders met vereende krachten het verloren
gegane terrein met bekwame spoed te
heroveren. En jawel hoor, exact acht
werkdagen na de calamiteit kon er een
nieuw kantoor in gebruik genomen wor
den. Op een steenworp afstand van de
brandhaard en uitgerekend in het kan
toorpand waar de collega's van de Amro
Bank reeds geruime tijd doende waren
met het inrichten van hun onderkomen,
wist de Rabobank slagvaardig beslag te
leggen op ruim 500 vierkante meter
vloeroppervlak in een net voltooid com
plex.
Terwijl nog niet eens bekend was dat
daar de getroffen Rabobank tijdelijk on
derdak zou kunnen krijgen was er al be
slag gelegd op een restantpartij tapijtte
gels. Op vele fronten moesten er spijkers
met koppen geslagen worden. Er diende
nieuw meubilair te komen, een vervan
gend machinepark. Van honderden for
mulieren was nieuwe voorraad nodig.
Zoals gezegd, acht werkdagen na de
brand kon alles weer draaien. De twee
loketmachines stonden op hun plaats,
maar ook de acht rekenmachines, de
acht schrijfmachines, de kopieerappara-
tuur, de beide imprinters, de valutama
chine, de fichelezer, de beide muntsor-
teerders. En de huishoudelijke dienst kon
- alsof er niets gebeurd was - weer ge
bruik maken van de stofzuiger, en het
koffiezetapparaat. Letterlijk aan alles
was gedacht: er waren bloemen en plan
ten maar in het streven naar volledigheid
had 'algemene zaken' zelfs de kleinste
kleinigheid niet over het hoofd gezien.
De heren Segaar (links) en Schram bekijken de tussen het puin opgedolven nachtkluis
Iemand die op de openingsdag om een
punaise vroeg, kon op zijn wenken be
diend worden.
Waarom zoveel doortastendheid, waar
om al die slagvaardigheid? De heer
Schram, een van de onderdirecteuren uit
'de polder' grijnst eens breed. 'Kijk. In
ons hele bedrijfsgebeuren was De Gordi
aan een belangrijk kantoor. Je kunt na
zo'n gebeurtenis de armen wel moede
loos langs de stoelleuning laten hangen,
maar daar word je ook geen snars wijzer
van. We hebben ons toen dus maar
vastgeklampt aan de uitdrukking dat on
der hoge druk alles vloeibaar wordt
Sinds de opening van dat winkelcen
trum, in mei verleden jaar, waren wij de
enige bank die er mensen kon ontvan
gen. Het publiek was gewend om al win
kelend meteen die bank bij de hand te
hebben. En dan brandt zo'n zaak ineens
af. Terwijl stiekemweg weer veertig mid
denstanders in fase twee van De Gordi
aan hun winkeldeuren ontsluiten en het
centrum als geheel net lekker begint te
draaien.
Gegeven die omstandigheden zal het
duidelijk zijn dat wij ons door zo'n tegen
slag niet zomaar uit het veld wilden la
ten slaan. Besluitvaardigheid spreekt de
mensen hier wel aan. Dat het er dan
misschien af en toe wat primitief aan toe
gaat, nemen ze graag voor lief. Men is
gewend te pionieren. Aanvankelijk zaten
we hier met die Gordiaan nog echt in de
prairie, ledereen liep met winkelkarretjes
door het mulle zand te sjouwen. In de
dagen na de brand bleek het gemis.
Mensen stonden letterlijk in de rij om
een kilo suiker te bemachtigen. Het leek
wel oorlog.'
Waardering voor de getoonde doortas
tendheid ondervond de Rabobank Flevo
land met name op de dag van de her
opening: een afvaardiging van de Rijks
dienst voor de IJsselmeerpolders was de
eerste klant die op de stoep stond, com
pleet met een reusachtig bloemstuk. De
deputatie betrad een bankhal die er wer
kelijk onberispelijk uitzag en waar de
laaiende vlammenzee nog slechts in een
paar symbolische herinneringen voort
leefde. Aan de hand van enkele strate
gisch geplaatste plakborden met fotore
portages kon de nieuwsgierige bezoeker
zich een beeld vormen van de troostelo
ze puinhopen. En dan was er die won
derlijke collage aan de muur. Flevo
land-directeur Segaar kwam er op de
bewuste dag persoonlijk mee aanzetten.
In een van de creativiteitsvlagen die het
personeel van hem is gewend, vervaar
digde hij het werkstuk. Geblakerde res-