Begeleiding in
huidige en
toekomstige
functies
doelstelling
4
Werknemers van de organisatie zullen op systemati
sche wijze worden begeleid in hun huidige en toekom
stige functies. Hierbij zal vooral worden gelet op ge
schiktheid, belangstelling en de mogelijkheden binnen
de organisatie, zodat een optimale afstemming wordt
bereikt tussen personeels- en organisatiebeleid.
Zowel ten behoeve van een voortvarende invoering
van functieclassificatie als met het oog op de nog
steeds groeiende behoefte aan begeleiding door per-
soneelsadviseurs, is van de zijde van de centrale rabo-
bank onlangs besloten er naar te streven dat in de loop
van 1978 meer personeelsadviseurs beschikbaar zullen
komen voor de advisering aan de aangesloten banken.
Op deze wijze is een antwoord gegeven op verzoeken
die onder meer in de Adviescommissie Sociaal Beleid
Rabobanken werden gedaan over de advisering aan de
aangesloten banken op het totale terrein, dat het soci
ale beleid omvat.
Tot nu toe ligt het accent van de advisering nog vrij
sterk op het begeleiden van reeds ontstane problemen.
Door de veelheid daarvan is de ontwikkeling van een
benadering die problemen voorkomt nog minder ver
gevorderd dan wenselijk is. Het streven is erop gericht
juist aan dit laatste aspect extra veel aandacht te
schenken.
Aldus ontstaat tevens de mogelijkheid een vertrou
wensrelatie tussen de leiding en de personeelsleden
van de bank enerzijds, en tussen de leiding en de per-
soneelsadviseur anderzijds te realiseren.
De bovengeschetste bezetting lijkt de ruimte te bieden
om het takenpakket te kunnen uitvoeren, ook al wordt
van elke personeelsadviseur de nodige aandacht en
tijd gevraagd voor de voortgang van het functieclassi-
ficatieproject.
TOELICHTING Ten aanzien van de reeds in
dienst zijnde medewerkers richt het beleid zich
op de begeleiding in de huidige en eventueel
toekomstige functie. Dit om een zo goed moge
lijke afstemming te verkrijgen tussen wat de
organisatie vraagt en de mogelijkheden van de
medewerkers - dus wat de medewerker biedt -
waarbij ook de belangstelling van de medewer
kers in de beschouwingen wordt betrokken. Het
is immers in ieders belang, wanneer het werk
beantwoordt aan de verwachtingen van de lei
ding, cliënten, collega's enzovoorts.
Hier gaat het gezegde op: 'het streven naar de
juiste man of vrouw op het juiste moment op de
juiste plaats'.
INTENSIVERING BEGELEIDING In 1975 werd
besloten tot intensivering van de begeleiding van de
aangesloten banken op het gebied van de personele
vraagstukken over te gaan. Er werden twee perso
neelsadviseurs aangesteld die enkele zuidelijke en
noordelijke districten als hun werkgebied hebben.
Spoedig bleek dat in een concrete behoefte werd voor
zien en dat de vraag naar deze vorm van advisering,
voorlichting en begeleiding nog aanzienlijk groter
was dan die, welke met de beschikbare specialisten
kon worden geleverd.
Daarom werden in de loop van 1977 wederom enige
personeelsadviseurs aangesteld. Hierdoor werd bereikt
dat tegen het einde van het jaar 6 specialisten bij
evenzovele districtskantoren waren gestationeerd.
Bovendien werd één functionaris aangetrokken die
speciaal werd belast met de begeleiding van de aange
sloten banken bij invoering van functieclassificatie.