Amsterdamse kinderen
schrijven over
hun huis en buurt
fc.
'Ik vind de buurt waarin ik woon aansjo-
saal. Als je op boere kleine landjes komt
zeggen ze je tenminste nog gedag maar in
de buurt waar ik woon is er geen gijn an.
Maar wat ze wel goed tegenmekaar kun
nen is grote monden geven tegen iedereen
en dat platpraten is ook zo vervelend. Ik
wil terug naar mijn ouwe buurt maar dan
ons huis meenemen, ik vind het hier een
nare rod buurt.'
Dit is een stukje uit een opstel van de tien
jarige Erna uit de Amsterdamse nieuw
bouwwijk Osdorp. Samen met 41 schooi
en leeftijdgenootjes zette zij op papier wat
zij vindt van haar huis, haar buren, haar
wijk. Zij deden dat op verzoek van de soci
aal-cultureel pedagoge Mar van Spreeuwel,
die wilde onderzoeken of kinderen in een
nieuwe wijk plezieriger wonen dan in een
saneringsbuurt. Daarom vroeg zij ook 52
kinderen in de Kinkerbuurt een opstel te
schrijven over hun woonervaringen.
Mevrouw
Van Spreeuwel.
Hoe beoordelen kinderen in een sane
ringsbuurt hun huis en hun speelmogelijk-
heden en hoe reageren leeftijdgenootjes in
een nieuwe arbeiderswijk op hun omge
ving? Als er verschillen zijn, hoe liggen die
dan? Kinderen in nieuwe wijken hebben
speeltuinen, maar vermaken zij zich beter?
Zij hebben nieuwe huizen, maar zijn zij te-
vreden? Hebben zij meer behoefte aan pri-
Voor de saneringsbuurt viel haar keus op
de 19de-eeuwse Kinkerbuurt, die zowel
qua bevolkingssamenstelling, kwaliteit van
de woningen en de woonomgeving karakte
ristiek is voor een Amsterdamse afbraak
buurt. Tachtig procent van de huizen daar
staat officieel als bouwvallig genoteerd.
Voor de arbeiderswijk koos zij een ruim
tien jaar geleden gebouwd deel van Os
dorp, waarvan de huizen en de situering
(bijna) geheel voldoen aan de eisen van de
gemeentelijke bouwverordening. Deze
deelwijk is karakteristiek voor een Amster
damse nieuwe en goedkope buurt.
Zijn de kinderen in de nieuwe wijk geluk
kiger met hun huis?
'Neen,' zegt mevrouw Van Spreeuwel. 'In
de Kinkerbuurt bleek 83 van de kinde
ren tevreden met de woning, tegen 71
van de kinderen uit Osdorp. Je kunt je af
vragen of dat hoge percentage positieve
waardering te maken heeft met de leef- en
speelwereld van de kinderen in deze buur
ten. Zij zijn gewend buiten te spelen. Dat
leidt er misschien toe dat zij gauwer zullen
zeggen dat hun huis goed, leuk, mooi en
fijn is en dat zij meer kritiek hebben op de
wereld waarin zij dagelijks leven, dus de
straat en de speelplaats. Het is ook moge
lijk dat deze kinderen leven in een wereld
die is opgebouwd uit 'twee keuzen'. Zij
proberen er van te maken wat er van te
maken is.'
Waarderen kinderen in een nieuwe wijk
hun straat en buurt positiever dan kinde
ren in een afbraakbuurt?
'Dat is ook niet zo. De Kinkerbuurt lever-
61 tegen 47 uit Osdorp. De negatieve
waardering voor beide buurten was vrijwel
gelijk: 31 en 33 procent.'
Stellen kinderen in een nieuwe arbeiders
buurt privacy meer op prijs dan hun leef
tijdgenootjes in een volksbuurt?
'Sociologen, sociaal-pedagogen en andere
deskundigen neigen er nogal eens toe om
deze vraag met ja te beantwoorden. Maar
hun veronderstelling is fout. Het percenta
ge dat de wens naar privacy uit, is voor
beide buurten bijna gelijk: 50% voor de
Kinkerbuurt en 56 voor Osdorp. Erg
opmerkelijk is dat de wens naar een eigen
kamertje heel vaak wordt genoemd, terwijl
daar in de opdracht niet op is gezinspeeld.'
Gaan kinderen in een volksbuurt plezie
riger met hun buren om dan in een arbei
dersbuurt het geval is?
'Ik ben geneigd daar ja op te zeggen. Een
oude buurt wordt vaak een grotere sociale
binding toegedacht. Daar heet de buur
vrouw immers tante en de melkboer is een
ome. Het valt me op dat een hoog percen
tage (35 van de Osdorpse kinderen de
burenrelaties verfoeit. Die klachten werden
spontaan geuit en dan geven ze wel wat te
denken.'
Mevrouw Van Spreeuwel bespeurde ook
dat de kinderen uit de nieuwe buurt opval
lend materialistischer zijn ingesteld. Zij
willen steeds meer. In hun speeltuin heb
ben zij de mooiste dingen, maar er moeten
toch nog een glijbaan, een schommel en
een draaiton bijkomen. En thuis willen ze
graag een kleuren-tv en een groter bad.
'Komt dit verlangen naar meer en mooier
voort uit het grauwe fantasieloze dat zoveel
nieuwbouwbuurten kenmerkt - luxe din
gen dus als vervanger voor een saai be
staan?' zo vraagt mevrouw Van Spreeuwel
zich af.
Tot zover enkele uitkomsten van het on
derzoek. De uitspraken van de kinderen
zijn ook veelzeggend - en bovendien erg