r De kerstpot staat er weer en ook de heilsoldaat staat heel kordaat storm, sneeuw en regen te trotseren, om op deze manier goed te doen aan de anderen. Ik loop er langs het schaamrood vliegt me naar de kaken: Durf ik zo staan te waken, zo in het openbaar, dat iedereen je ziet, nee, zoiets durf ik niet. Ik grijp mijn beurs, gooi wat in de pot niet om het eigenlijke doel maar meer omdat, omdat ik mij beschaamd voel en het op deze wijze goed wil maken. Wéér kom ik langs deze pot en het valt mij op dat dezelfde persoon, dezelfde van zoéven daar nog steeds staat in storm, sneeuw en regen. En ineens ik weet niet hoe het komt stap ik op hem af, met kloppend hart en vraag heel zacht Zal ik, ja zal ik een tijdje voor u staan? Misschien kan u zich dan wat warmen gaan? En even later had ik dat ooit gedacht sta ik, ja sta ik zélf daar op wacht in storm, sneeuw en regen en het aller, aller-vreemdste is ik voel me diep, diep gelukkig en tevreden. M. B. (uit: gedichten van jongeren)

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1977 | | pagina 2