Banken
tonen eigen
gezicht
15
\S\STKLI1\M KN IlOL j Co\s l'KCTl' s KX V,\ K|.( y
«i SS n. vW - SLOOT KT rKLOMII VKKStfS \iv. J"VI'EU
„V» *'1-r«> .„SSAMAMyi K,.,,.,
«SP
I K SI
In het werkgebied dat door de Rabobank
Pey en Mariahoop bestreken wordt, be
waart menigeen een blijvende en tastba
re herinnering aan de heropening van het
verbouwde bankgebouw te Pey en de
plaatsing van een caravan-kantoor in het
buurdorp Sint Joost. Charles Hajenius en
Karin Deneer, twee jonge plaatselijke
kunstenaars die de Maastrichtse Jan van
Eyck-academie doorliepen, legden in op
dracht van de bank een karakteristiek
plekje op tekening vast in elk van de zes
kernen die behoren tot het werkgebied.
Een krantje, huis-aan-huis verspreid door
de feestende bank, bevatte een waarde
bon die recht gaf op een kosteloze repro
naar keuze uit de serie prenten. Tien da
gen duurde de actie totaal. Maar al met
een bij de presentatie liep het storm. De
belangstellenden stonden in de rij, met
als gevolg dat nog diezelfde dag de tota
le oplage (400 stuks) van een der teke
ningen werd uitgereikt. Het betrof hier
een afbeelding waarop de genadekapel
te Schilberg stond, een welbekend bede
vaartsoord in de streek. Overweldigende
belangstelling bestond er eveneens voor
de tekening van de kloosterboerderij bij
de trappistenabdij Lilbosch. Om mensen
die voor meer dan een reprotekening in
teresse toonden tegemoet te komen,
werden de zes tekeningen ook per stuk
of als totale serie verkrijgbaar gesteld.
De opbrengst van deze verkoop - bij het
opmaken van de eindstand bleek het te
gaan om de som van ruim 3 500 gulden
bestemde de bank voor het werk van
de plaatselijke missionarissen. De initia
tiefnemers zelf hadden zulk een omvang
rijke respons op geen stukken na ver
wacht.
Achteraf bezien verklaart men de verras
sende toeloop uit het feit dat veel men
sen de attentie erg waardeerden omdat
ze er iets in terugvonden van de eigen
woon- en leefomgeving. Diverse teke
ningen uit Pey en omstreken vonden
reeds hun weg naar emigrantengezinnen
in Canada en Nieuw-Zeeland die aldus
ook in het bezit raakten van een originele
herinnering aan hun geboortegrond.
Belangstelling van heinde en ver onder
vond ook de Rabobank in Amster
dam-noord bij de heropening. Toen zij
met de heruitgave van een fraaie prent
verwees naar het rijke verleden van de
streek, was de stroom gegadigden ver
rassend groot. Zelfs vanuit Overijssel
wisten voormalige Amsterdammers van
boven het IJ de Rabobank te vinden. Het
verhaal over de verkrijgbare facsimi
le-uitgave ging als een lopend vuurtje
rond. Bankdirecteur Vastenhouw had
dus ruimschoots eer van zijn gesnuffel in
het hoofdstedelijke gemeentearchief
waar hij na veel wikken en wegen zijn
keuze bepaalde op een fraaie historische
tekening die de glorie van het rijke
streekverleden ook in alle luister af
beeldt. De Latijnse spreuk die het hele
tafereel min of meer bekroont, betekent
zoveel als 'Gesigt uyt het Y tussen Am
sterdam en 't Tolhuys te sien naar
Buyk-sloot'. Op de voorgrond van de
zeer levendige tekening stroomt, precies
zoals het er vroeger uitzag, een nog on
gebonden IJ. De jolleman zet mensen
over van de zuidelijke naar de noordelijke
IJ-oever, de parlevinkersboot is ook van
de partij en driftig laverend bewegen de
stoere vrachtvaarders zich over het rui
me sop. In een roeiboot met stuurman
begeven zich matrozen naar een forse
driemaster die gereed ligt om nar verre
landen en vreemde stranden te varen.
Op de achtergrond zijn de contouren
waarneembaar van het schiereiland de
Volewijck met het solide tolhuis dat niet
alleen de tolgaarder en diens gezin tot
onderkomen dient maar dat ook ten
dienste staat aan reizenden die er willen
toeven voor een maal of voor de nacht.
In schril contrast met dit boeiende aan
zicht van een stukje verleden staan de
hedendaagse werkelijkheden: inhammen
die gedempt zijn en opgeofferd als
woon- en werkgebied. Het IJ is door dij
ken versmald, en aan banden gelegd
door de bouw van de Oranjesluizen. En
lieflijke dorpjes van weleer zijn geworden
tot onderdeeltjes van een metropool.
Maar hun hedendaagse bewoners koes
teren in stille ogenblikken vertederd toch
nog wat graag de schaarse overblijfselen
die gedachten oproepen aan tijden van
weleer.