JA
Bankleiders
illustreren werkstijl
■■aMMBBMHHHBHi
De heer P. W. J. Corstjens
De heer M. Gras
Al zolang er ondernemingen en bedrijven
bestaan, zijn er mensen geweest die ze
leiden. De wijze waarop zij zich kweten
van die taak was lange tijd voor discus
sie niet vatbaar. Daar dacht men niet
over. ledereen handelde zo'n beetje naar
eigen goeddunken en volgens bevind
van zaken. Hoogstens aan de borreltafel
werden er incidenteel weieens wat erva
ringen uitgewisseld of problemen ter ta
fel gebracht. Tegenwoordig ligt dat wel
even anders.
Het leiding geven als zodanig staat in het
middelpunt van de belangstelling. Veel,
heel veel wordt er gepraat over de meest
doeltreffende stijl van leiding geven. Bij
de Rabobanken is het al niet anders. Ook
daar bestaan uiteenlopende opvattingen
over de manier waarop een bankdirec
teur inhoud aan zijn functie kan geven.
Wie om zich heen ziet ontdekt een bonte
verscheidenheid in de benaderingswijze.
Het directeurschap blijkt bij uitstek een
functie waar mensen hun persoonlijke
stempel op drukken. Karakterverschillen,
generatieverschillen - het zijn nog maar
twee van de factoren die aardige en op
merkelijke verschillen teweeg kunnen
brengen. Soms ook spelen regionale ver
schillen qua herkomst of werkgebied een
bijkomende rol. In het ene geval laat ie
mand niet de geringste twijfel over de
vraag wie ter plaatse de lakens uitdeelt,
terwijl voor een collega even verderop
die autocratische instelling niet zo hoeft.
Op zijn beurt gedraagt hij zich als een
democraat die afwacht en begeleidt,
maar de omgeving alle ruimte verschaft
tot het ontplooien van initiatieven. Wel
licht dat weer een ander desgevraagd te
kennen geeft zich toch wel prettig te ge
voelen bij het bestaan van een zekere af
stand tussen directeur en personeel, of
schoon hij benadrukt niet bewust erop
uit te zijn die afstand te creëren.
Van etikettenplakkerij houdt de Rabo
bank niet zo, maar toch leek het de re
dactieraad een goed idee eens aan de
hand van een tweetal schetsjes een glo
baal beeld te verschaffen van uiteenlo
pende stromingen die er bestaan in de
aanpak van het management bij een
plaatselijke bank. Christoph E. ten Houte
de Lange, die als personeelsfunctionaris
van de Rabobank Zeist zitting heeft in de
begeleidingscommissie van Raboband,
ging op bezoek bij een paar representa
tieve gesprekspartners in verschillende
delen van het land. leder afzonderlijk kre
gen ze eerlijk de gelegenheid hun per
soonlijke opvattingen en ervaringen van
uit de eigen werksituatie weer te geven.
Hierbij het verslag van de bevindingen.
Het is een wat grauwe dag als ik vanuit
mijn woonplaats Zeist via 's-Hertogen-
bosch en langs de Zuid-Willemsvaart
richting Someren rijd. De bedoeling is,
dat ik een gesprek zal hebben met de di
recteur van de Rabobank aldaar. Een ge
sprek over de directeur en zijn personeel.
Wat zal het onderhoud opleveren, vraag
ik mij af.
Directeur P. W. M. Corstjens ontvangt
mij vriendelijk. Omdat hij wil voorkomen,
dat er misverstanden ontstaan, vraagt hij
of het goed is als zijn secretaresse bij het
gesprek aanwezig is. Uiteraard bestaat
daartegen geen bezwaar; tekenend voor
de voorzichtigheid van bankman Corst
jens is het wel.
Strakke teugels
Er ontspint zich een geanimeerd gesprek,
waarbij ik onder meer hoor dat mijn ge
sprekspartner stamt uit een Limburgse
ondernemersfamilie. De heer Corstjens
blijkt een man van het oude stempel te
zijn, die zijn bank met twee bijkantoren
en in totaal 30 medewerk(st)ers met
strakke teugels leidt. Het is duidelijk, hij
beschouwt de bank Someren echt als
'zijn' bank. Hij wekt de indruk van een di
recteur die goed is voor zijn mede-
werk(st)ers, die volstrekt geen tweede
directeur naast zich zou kunnen verdra
gen en die volgens zijn zeggen nauwe
lijks van een eenmaal ingenomen stand
punt is af te brengen.
De functieclassificatie komt ter sprake.
Een verrassend felle reactie is het ge
volg. Corstjens ziet er volstrekt geen heil
in en verwacht zelfs, dat het systeem op
den duur tot salarisverlaging voor de me-
dewerk(st)ers van de bank zal leiden.
Hoewel ik mijn duidelijk andere ver
wachtingen naar voren breng, volhardt
de Somerse bankdirecteur in zijn stand
punt. Ook nu. De aanbevelingen voor het
sociaal beleid bij de plaatselijke banken
liggen tussen een stapel paperassen op
zijn bureau. Hij blijkt nog geen tijd gehad
te hebben het toch wel omvangrijke
werk door te nemen. Daarom dus voorlo
pig geen commentaar.
Zakelijk
Na een intermezzo met koffie en koek
komen de secundaire arbeidsvoorwaar
den aan bod. De tekst daarvan ligt voor
alle medewerk(st)ers bij de directeur ter
inzage. De sfeer binnen de bank lijkt me
goed, vrij zakelijk. Volgens directeur