schrijf maar op Voetballen Naar aanleiding van het artikel over de 'voetbaldagen' in Utrecht en in Valkens- waard in Raboband nr. 3 wil ik gaarne een kleine correctie zien. Het gaat over de reglementaire 5-0 nederlaag welke de mannen van de FC Wanhoop (Meppel- Koekange) volgens u opliepen, daar ze te laat verschenen. Dit is volstrekt onjuist. Wel kwamen de spelers van de FC Wan hoop op het allerlaatste moment en kwamen de meesten buiten adem op het veld, maar nog wél op tijd. De wedstrijd tegen Eemsmond werd met 2-1 verloren. Ondanks dit slechte begin werd de FC Wanhoop toch poolwinnaar door bij de andere wedstrijden beter aan de start te komen. In de achtste finale werden wij uitgeschakeld door IJmuiden e.o.; wat als plezierig geaccepteerd werd, want nu konden wij eindelijk onze dorstige kelen eens smeren. R. Steenbergen, leider en coach FC Wanhoop. Leve de Javaanse jongens In het vorige nummer van Raboband probeert de heer Visser ons het roken af te leren. Een nobel streven, maar heeft hij de gevolgen daarvan ook overwogen? De vent, die in 50 jaar 35 mille uitgaf, heeft hiermee tevens 50 jaar een bijdra ge geleverd aan de instandhouding en het levensonderhoud van de sigarenboer op de hoek. Hij heeft in die tijd f 23 333,33 tabaksaccijns betaald aan de Nederlandse regering, die daar mee een heleboel nuttige en nog meer onnuttige dingen doet als bijvoorbeeld steun geven aan Cuba, zodat Fidel Castro nog grotere sigaren kan roken en kan zorgen dat wij geen koffie meer krijgen uit Angola. Hij heeft een belangrijke bij drage geleverd aan de wereldvrede, want: een tevreden roker, is geen onrust stoker. Hij was minder prikkelbaar, minder ner veus, gezelliger in de omgang met huis genoten, collega's en andere medemen sen. Was hij inderdaad gestopt met ro ken, wat dan??? Dan beg°nnen z'n handjes misschjen wwe' te b'"bjberen fan de de senuwe En daarom koop ik elke week 2 pakjes Javaanse jongens, met vloei, en voel me meestal happy. Trouwens, heeft Visser ook wel eens gedacht aan de arme ta- baksboeren die toch ook moeten leven, en op al die beste grond toch geen spi nazie kunnen gaan verbouwen. Het hon- gerprobleem in de wereld is m.i. veel meer een kwestie van onvoldoende know how in betreffende gebieden, en (maar dat mag je natuurlijk eigenlijk niet zeggen) in vele gevallen fatalisme. Wan neer de ontwikkelingshelpers van het eerste uur, te weten de missionarissen en zendelingen bij hun pionieren dezelf de financiële steun genoten hadden die hier thans voor wordt uitgetrokken, dan had het wereldbeeld er waarschijnlijk ge heel anders uitgezien. Maar goed, er wordt aan gewerkt, en wat me goed doet, onder meer door de gerichte projecten van de Rabobank. Het artikeltje over die geldverslindende cliënt verderop in hetzelfde blad is wel een goed bewijs hoe je je vol vertrouwen tot de Rabobank kan wenden. Het zou weieens interessant zijn, wanneer in uw blad eens beschreven werd, wat alle maal onder 'goede raad' valt. Van de NMB-collega's hier is bekend, dat hun meedenken zelfs bestaat uit het voeden van je parkeermeter. Maar welke goede raad hebben wij allemaal in voorraad? Wij wachten af. G. H.J. Verkerk, Koelmansstraat 19, Hoonhorst. Hoe is het gesteld met de positie van de vrouw in het plaatselijke bankge- beuren? Dringt zij door tot de directie kamers of blijven leidinggevende posi ties in het bankwezen louter aan man nen voorbehouden? In dit verhaal de uitkomsten van een bescheiden onder zoek. Voornaamste conclusie: de ge meenschappen waar een vrouw zich geplaatst ziet aan het hoofd van een Rabobank blijken uiterst dun gezaaid. Vlijtig speurwerk leverde welgeteld vier directrices op met als tekenende bijzonderheid dat een van hen op dit moment al behoort tot de categorie der oudgedienden. Genietend van een welverdiend pensioen, maakt zij dat het als uitganspunt gedachte klaver tje-vier nog slechts drie blaadjes telt. Zolang het duurt tenminste, want in diverse gesprekken dook het woord pensioen veelvuldig op. Hoe verging het deze vrouwen in hun contacten met cliënten? Welke kansen geven ze seksegenoten op een carrière? Was hun eigen loopbaan in het bankbedrijf eep kwestie van welbewust kiezen of een door de omstandigheden bepaald besluit? Hoe reageerden mannelijke personeelsleden op het feit dat hun chef een vrouw was en bovenalom welke persoonlijkheden en karakters ging het? Op deze pagina's een bloem lezing uit openhartige antwoorden die de betrokkenen gaven op talrijke vra gen. 'Ze moeten me niks zeggen ten nadele van de gehuwde werkende vrouw. Ik heb er genoeg meegemaakt in mijn loop baan, en heus, er zaten hele flinkerds tussen. Alleen, je weet niet hoe het leven gaat. Door het uitblijven van kinderen verkeerde ik mijn leven lang eigenlijk in de positie dingen te doen waarin ik me kon uitleven. Maar een kind vergt aan dacht. Met een werkkring daarnaast krijg je vast schuldgevoelens dat zo'n kind te kort wordt gedaan. Een leidinggevende

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1977 | | pagina 6