13 Ziekteverzuim gezamenlijk aanpakken Functie classificatie draagt bij tot grotere openheid Vragen over cijfertjes Nuttige brochure over zaken die vanzelf spreken wat ander werk opzoekenOok bij de onderlinge verdeling van taken en func ties op iedere bank, in dit geval in het bijzonder de grotere banken, zou hier mee misschien rekening kunnen worden gehouden. Tryntsje de Boer, Rabobank Sneek Bij het voor de eerste maal verschijnen van het jaaroverzicht van de sociale ontwikke lingen bij de Rabo- banken werd mij ge vraagd een kort com mentaar te geven over het onderdeel ziekteverzuim. Uit de gegeven cijfers kunnen naar mijn mening weinig conclusies worden ge trokken omdat bepaalde percentages ongetwijfeld te zeer worden beïnvloed door langdurige ziektegevallen. Vooral in de hogere leeftijdsgroepen zal dit het geval zijn. Voorzichtig zouden we kunnen conclu deren dat gehuwden meer ziek zijn dan ongehuwden, terwijl het ziekteverzuim percentage bij vrouwen hoger ligt dan bij mannen. Huiselijke omstandigheden zullen hierbij mede van invloed zijn. Bovendien heb ik mij afgevraagd of de gegeven percentages gunstig of ongun stig afsteken ten opzichte van de ziekte verzuimpercentages in onze gehele be drijfstak. Het zou aardig zijn geweest deze cijfers te vermelden, wanneer ze tenminste bestaan. Aard en oorzaken van het ziekteverzuim bleven onvermeld. Ze zijn waarschijnlijk ook niet bekend, doch de zorg voor een in alle opzichten goed werkklimaat zal het ziekteverzuim ongetwijfeld gunstig beïnvloeden. Behalve voor beheerders, directies en Centrale Bank ook een taak van ons allen ten opzichte van elkaar. J. H. Derene, Rabobank Oud Gastel 'Het systematisch in onderlinge rangorde plaatsen van functies volgens vooraf vast gestelde criteria ten behoeve van indeling in functiegroepen', is geen novum in Nederland. Al kort na de tweede wereldoorlog is een systeem van functieclassificatie bij veel bedrijven ingevoerd, eenvoudig omdat er behoefte aan was. Ook biUj^Centntlt^tenl^ijn sinds enke le jarèn grote groepen personeelsleden via een functieclassificatie ingedeeld en in de naaste toekomst zullen ook veel personeelsleden van aangesloten ban ken met dit nieuwe systeem te maken krijgen. Men kan zich afvragen waarom deze verandering in het waarderingssysteem noodzakelijk geworden is. In de praktijk is gebleken dat de huidige omschrijving van functies en taken met het daaraan gekoppelde salarisschalen- systeem in vele gevallen niet meer doel matig is. Mede door de sterke groei en de uitbreiding van ons dienstenpakket, is het aantal functies de laatste jaren sterk toegenomen. Dit had tot gevolg dat vanuit de praktijk de behoefte is gegroeid om te komen tot een systeem waarin elke functie kan worden gewogen en via een puntensys teem kan worden gewaardeerd. U zult begrijpen dat het eerste toepas singsgebied van functieclassificatie dan ook de salariëring is. Daarnaast kan het ook een goede bijdrage leveren tot meer duidelijkheid in b.v. loopbaanplanning, promotie- en opleidingsbeleid. Al met al een ontwikkeling in het sociaal beleid die tot grotere openheid en dui delijkheid, ook op het vlak van salaris sen, zal leiden. Dus zeker onze aandacht waard. C.A. v. d. Berg, Rabobank Rotterdam-Capelle Statistisch materiaal dat deel uitmaakt van een nota of ver slag, heeft de eigen schap dat het onmid dellijk aanspreekt en aandacht trekt. Voor al als de gegevens betrekking hebben op terreinen die hem sterk aanspreken, gaat de lezer snuffelen, rekenen en ver gelijken. Mij verging het precies zo bij het doornemen van het eerste sociale jaarverslag voor de plaatselijke banken. Opvallend is dat slechts 350 personen (hoeveel dames, hoeveel heren?) in 1976 zijn doorgestroomd naar andere banken en de Centrale Bank, terwijl toch wekelijks een intern vacatureblad ver schijnt. Is de bereidheid door te stromen dan toch minder groot dan de vraag naar doorstromingsmogelijkheden doet vermoeden? Een overzicht van het per- soheelsbestand en personeelsverloop naar rato van het balanstotaal geeft mis schien een indicatie over de bedrijfsge bondenheid op grote en kleinere ban ken. Interessant zijn de vergelijkende cijfers over het ziekteverzuim. Voor de heren bij de aangesloten banken is het percenta ge 2,95; bij de Centrale Bank 5,3. In de toelichting wordt al aangegeven, dat het ziekteverzuim in kleine bedrijven gerin ger is dan bij grote. Misschien iets om rekening mee te houden bij fusies en uitbreidingsplannen. Een tip voor de Centrale Bank: geef de districtskantoren meer mensen en meer bevoegdheden voor een 'gezondere' organisatie. Een uitvoerige analyse zou zeer interes sant zijn, maar past niet in dit verslag. Een enquête onder allen, die bij onze organisatie werkzaam zijn, zou uitste kende aanvullende informatie op dit so ciaal verslag kunnen geven. Ben Bartholomeus, Rabobank Pey en Mariahoop Sociaal beleid - een ander woord voor ei- genlijk vanzelfspre kende zaken en voor een geheel van zeer goede arbeidsvoor waarden. Welke ver anderingen er zich voltrokken rond dit begrip stond uitvoerig vermeld in de pu- biikatie 'Aanbevelingen Sociaal Beleid bij de RabobankenEr werden daar een groot aantal zaken naar voren gebracht waarvan men zich zou kunnen afvragen of het nu werkelijk nodig is dit nog eens zo nadrukkelijk op te sommen in een brochure. De praktijk leert echter dat bij de plaatselijke Rabobanken inderdaad soms heel uiteenlopende situaties be staan. Verschillen in grootte kunnen een en ander zeer wel verklaren. Om een en kel voorbeeld te noemen: als een kleine bank ook maar enigszins goed functio neert is het probleem 'communicatie' een kreet waarvan zelfs de betekenis niet kan worden doorgrond. Bij een gro te bank is de communicatie een pro bleem van een dusdanige grootte dat men moeite heeft om een redelijke op lossing te vinden. Bij de kleine bank kent het personeel elkaar met alle familie- en gezinsomstandigheden. Bij een grote bank kan het voorkomen, dat perso neelsleden elkaar zelfs nooit ontmoeten. Uitersten bestaan er evenzeer op het vlak van leidinggeven binnen de banken. Jong of oud, flexibel of star, intelligent of minder begaafd, optimistisch of pes simistisch - ze zijn met alle tussenlig gende schakeringen vertegenwoordigd. Wanneer men dan gaat letten op onder werpen als promotiebeleid enz. is de conclusie dat op elk gebied alle uiter sten in onze organisatie mogelijk en aanwezig zijn. De genoemde brochure is geschreven met de bedoeling dat aan de hand van deze gegevens bij de banken intern wordt nagegaan of niet op één of meer terreinen sprake is van zaken waarover een bezinning nodig is. Niet genoeg kan worden aanbevolen deze stof nog eens grondig door te nemen en het spreekt vanzelf dat ook de samenstellers van het sociaal overzicht de brochure eveneens weer onder de aandacht brengen. S. Dotinga, Rabobank Zeist

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1977 | | pagina 13