Vakantie mijmering M >5 r mm m Rafaele, een naam die men niet zegt maar zingt en die voor ons gezin - we waren juli 1975 met vakantie aan het Gardameer- onverbrekelijk verbonden is met een ravenzwart, tenger, berooid en horizonloos pizzabakkertje, dat van dag tot dag door het leven fladderde, grap pend, lachend, vrijend en soms zelfs, als de baas van het campingrestaurant met een ontslagbriefje begon te zwaaien aan het werk ging bij z'n oven: pizza met funghi (paddestoelen), met pesce (vis) of riso (rijst) maar in elk geval bereid en ge bakken met z'n daverende lach, z'n gek ke fratsen, z'n romantische liedjes die al tijd barstensvol liefde en zon en eindelo ze zorgeloosheid zaten. Rafaele, dat brok Italië, werd daar met gejuich in de steeds groeiende vrienden kring binnengehaald. Men lachte zich een kramp om z'n verhalen en imitaties, z'n steenkool-engels dat hij gebruikte om al te hoge taalbarrières te nemen. Hij sproeide een ongekunstelde uitbundig heid rond die niemand onberoerd liet en Rafaele vond het allemaal prachtig. Hij vegeteerde op een slok vriendelijkheid en wijn, even mateloos in z'n levenslust als de zon boven Peschiera die alle we ken door evenmin van ophouden wist Maanden nadien kwam er een ansich- kaart uitRome: saluti di Rafaele. En met tussenpozen volgden de kaarten el kaar op: Venezia, Nürnberg, Lugano vlinderend door Europa. In een november-weekend waarin regen en storm het beste humeur naar het le ven stonden meldde hij zich 's avonds laat aan ons adres, een brede grijns in een kletsnatte tronie, een verontschul digende zwaai van z'n armen. M'n doch ters trokken hem uitzinnig van verrassing en blijdschap naar binnen en ik bracht z'n haveloze plunjezak in veiligheid: een bundeltje textiel, zoals later bleek, 'n paar afgetrapte sandalen, scheergerei, 'n portefeuille vol onduidelijke paperassen, 'n foto van z'n moeder in Bari én een fles wijn, die hij trots m'n echtgenote aan bood. Het kon niet missen: in een mum van tijd wisselden wij binnenshuis van sei zoen en was het lachen geblazen, o mia bella Napoli, o sole mio! De volgende dag kreeg Rafaele op zijn verzoek ruim baan in de keuken waar hij met onna volgbare handigheid een verrukkelijke spaghetti a la Bolognese in de pan goochelde. En toen, ja toen werd het toch wel tijd naar de reden van zijn onverwachte be zoek te vissen, wat ook weer niet zo moeilijk was want zelfs Rafaele kan niet zonder lires of andere valuta het hoofd in de zon houden. 'Zou er in Amsterdam iets voor mij te verdienen zijn of in Kopenhagen?' De vraag werd zo argeloos gesteld dat wij vergaten te lachen, maar ik wist toch het nogal wilde idee uit zijn hoofd te pra ten: 'Ons Mokum', antwoordde ik, 'is ruim vergeven van pizzabakkers en de Kopenhaagse horeca zit bij m'n beste weten niet om een pizzeria te springen.' We probeerden in de loop van zaterdag de sollicitatie bij diverse Italiaanse bars in Tilburg uit, maar tevergeefs. Derhalve stelden wij 's zondagsmiddags Rafaele langs een van de zuidelijke uit valswegen op, alle duimen omhoog, na dat wij gezamenlijk (vals schuldgevoel van 'n 'capitalista'?) heimelijk een beetje geld in z'n portefeuille gefrommeld had den. Rafaele had geluk: een passerende Duitser gaf hem een lift en toen klonk het mille grazie en arriverderci en werd er gezwaaid tot de Mercedes in de verte verdween. Wij hoopten allen dat hij met zijn pogin gen in Eindhoven en Maastricht meer geluk zou hebben, maar twee maanden later ontvingen wij een kaart uitBrin- disi, onderaan de 'hak' van Italië! En nu mag sinds vele maanden Joost weten waar de zwerver uithangt. Het ga hem goedVroeg of laat springt hij opeens weer uit het niet te voorschijn even zeker als een Italiaans voorjaar vol bloeiende mimosa, oleanders en camelia's Wat doet de Italiaanse economie nu met zo n dwaas uitroepteken, zo'n bijna zielig anachronisme als Rafaele? Niet zo bar veel natuurijk maar wij vakantiegangers 1977 mogen toch niet schouderophalend aan het verschijnsel voorbijgaan. We kunnen immers minstens proberen een maal per jaar uit onze dikhuidigheid te kruipen, een beetje hoogte te nemen om als een speelse en luchthartige vlinder onszelf, medemensen en wereld eens vanuit een geheel andere invalshoek te bezien, tot heil van onze geest, hart en bloedvaten. Vakantiehouden kan men zoals Godfried Bomans het eens prozaïsch neerzette: met een pijp en een boek in het struikge was van je tuin kruipen en daar alle ge daas en geraas langs je kouwe kleren la ten afglijden terwijl een ander zich liever in het zweet sjouwt in de bloedhete rim boe van Brazilië. Tussen die uitersten ligt een veld van mogelijkheden waarboven de zon van Rafaele in elk geval onafgebroken staat te blinken. Het is maar een kwestie van willen zien en ervaren. Daarom u allemaal een buono viaggio en een goede vakantie toegewenst! P. Verschoof

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1977 | | pagina 5