preis vraag Welgeteld 1730 mensen die zich in Ra- bobank-verband voor de verkoop van va kantiereizen inzetten hebben een kansje gewaagd in de prijsvraag die touropera tors jaarlijks uitbroeden om de wederver koper te testen op diens kennis van de diverse reisprogramma's. Ondanks de vele listen die in de wedstrijdvragen in gebouwd zaten, overtrof ook nu het aan tal foutloze inzendingen (118) in ruime mate het getal van de beschikbare prij zen (37). Na loting die om de integriteit te waarborgen plaatsvond onder super visie van de accountantsdienst bij de Centrale Rabobank kwamen onderstaan de collega's na loting als de gelukkigen uit de bus: mej. A. Bakkenes (Apel doorn), A. Maas (Luyksgestel), mej. A. v. Tuyl (Zaltbommel), E. Verheul (Ammer- zoden), H. Schipper (Dalen-Coevorden), C. Timmer (Zaltbommel), mevr. C. d. Rooy-v.d. Broek (Baliekas Eindhoven), B. Berends (Zutphen), mej. J. Gravendeel (Oud-Beijerland), mevr. Koens-Bell (Eindhoven-N.), A. Blankenstijn (Bun schoten-Spakenburg), mevr. H. Kos- ters-Jansen (Dalen-Coevorden), J. Kriek- jes (Slagharen), E. Maasdam (Numans- dorp), A. Scherpenzeel (Apeldoorn), W. d. Waal (Baliekas Eindhoven), mej. T. d. Jong (Gouda), L. Straver (Laren N.H.), mej. N. Veen (Hoornaar), mej. G. Heling (Dalen-Coevorden), mej. M. v. Dooren (Goirle), mej. J. v. Woensel (Kaatsheu vel), mevr. M. d. Groot-Overbeek (Oude water), M. Severin (Raalte), mej. H. v. Tuyl (Haatten), L. Baaten (Oud-Gastel), G. v. Leeuwen (Almen-Harfsen), W. Sneep (Haatten), mevr. M. d. Blijker-d. Jong (Gouda), mej. M. Lippens (Oud-Beijerland), H. Hulscher (Ammerzo- den), R. Visscher (Geldermalsen), mej. B. Regelink (Almen-Harfsen), mej. D. An- tens (Oud-Gastel), mevr. A. Scherpen zeel (Elden), A. Witteveen (Apeldoorn), J. v. Mill (Eindhoven-Z.). Enkele uitschieters onder de beschikbare prijzen: Een tweepersoons reis van 1 week naarCeylon (gewonnen door J. Kriekjes uit Slagharen), twee 15-daagse reizen voor 2 personen naar Griekenland (winnaars H. Schipper uit Coevorden en mevr. Koens uit Eindhoven). Collega J. v. Mill, werkzaam bij de bank in Eindho ven-Zuid, kreeg een reis van 8 dagen naar Moskou en Leningrad toebedeeld. Als Vereniging Personeel van Raboban- ken zijn we uiteraard steeds geïnteres seerd in ontwikkelingen die ons als per soneelsleden ten goede kunnen komen. Vandaar dat we met veel belangstelling kennis hebben genomen van de nieuwe opzet die de cursus 'Opleiding toekom stig leidinggevenden bij de aangesloten banken' heeft gekregen.* Werden in het verleden de cursisten hoofdzakelijk gerecruteerd uit mensen van buiten de organisatie, in de nieuwe opzet van deze cursus worden mede- werk(st)ers van de aangesloten banken in de gelegenheid gesteld opgeleid te worden tot toekomstig staffunctionaris. Als reden voor deze wijziging wordt naar voren gebracht dat deze nieuwe opzet voor de medewerk(st)ers bij de aange sloten banken een bijdrage kan zijn aan het doorstromingsbeleid zowel binnen de eigen bank als binnen de totale Rabo- bankorganisatie. Alhoewel we het met deze uitgangsstel ling volledig eens kunnen zijn, zouden we toch graag enige kritische kantteke ningen willen maken bij de voorgestelde realisering van de plannen; zonder daar bij afbreuk te willen doen aan de goede bedoelingen. De meeste moeite hebben we met de hoge toelatingseisen voor deze cursus. Zij die een opleiding op HAVO-niveau hebben, daarna een algemene vaktech nische opleiding hebben genoten tot en met het MBA-niveau, vervolgens een volledige NIBE-bankopleiding achter de rug hebben en ook nog de nodige bank- ervaring bezitten en dan inmiddels toch nog geen afdelingshoofd zijn, gelieve nu op fe staan. We vermoeden dat er dat niet veel zullen zijn. Degenen die wel zijn opgestaan raden we aan de vacaturegids nauwlettend in de gaten te houden, want met die opleiding zult u bij heel wat Rabobanken als staffunctionaris van har te welkom zijn. Veel liever hadden we gezien dat deze cursus zich zou richten op die mede- werk(st)ers die b.v. met een MAVO- of HAVO-opleiding en een PD- of MBA-di- ploma werkzaam zijn als bureauhoofd of beheerder op een plaatselijke bank en t.z.t. een functie als afdelingshoofd am biëren. Zo'n opleiding sluit naar onze mening veel beter aan bij de behoefte en de mo gelijkheden van de adspirant cursisten. Een NIBE-opleiding zou daarbij een goed onderdeel kunnen vormen binnen de nieuwe opleiding. Een tweede punt waar we nogal tegen aanhikken, betreft het feit dat de direc teur van de plaatselijke bank, waar de adspirant-cursist werkzaam is, deze ge schikt moet achten om te zijner tijd een functie als afdelingshoofd te gaan ver vullen. De mogelijkheid om aan de studie deel te nemen wordt daarmee volledig afhan kelijk gemaakt van de medewerking van de plaatselijke besturen, die dan boven dien ook nog eens alle kosten voor hun rekening dienen te nemen. Laten we nuchter blijven, welke directeur gaat nu zijn medewerk(st)er stimuleren om aan zo'n cursus deel te nemen: a Hij mist hem of haar tijdens de oplei dingsperiode tenminste een dag per week; b Alle kosten komen voor rekening van de bank waar de cursist werkzaam is; c Als de cursist zijn diploma behaald heeft, zal hij hem of haar zeer waar schijnlijk kwijt raken, tenzij hij toevallig op dat moment een passende vacature heeft. Tel uit je winst! Nee, de kosten zouden naar onze mening uit de 'algemene middelen' betaald moe ten worden en de inschrijving zou in principe voor iedereen die aan die toela tingseisen voldoet mogelijk moeten zijn. (Waarbij een goed advies van de betref fende directeur natuurlijk nooit weg is!) Tenslotte missen we in de nieuwe opzet een meer algemeen plan t.a.v. het totale doorstromingsbeleid binnen de Rabo- bankorganisatie. De directie van een plaatselijke bank kent meestal slechts de behoefte en de mogelijkheden bij zijn ei gen bank, of in het gunstigste geval die bij Rabobanken in zijn directe omgeving. Voor het overige is men aangewezen op het wekelijks vacatureblaadje. Aan de andere kant kunnen we ons slecht voor stellen dat een districtsdiregteur of per- soneelsadviseur bij een plaatselijke bank binnenstapt met de mededeling dat mijnheer P. of mejuffrouw X. bij zijn bank vastgeroest zit en nodig eens moet deel nemen aan het doorstromingsproces. We vermoeden dat die directeur niet erg gelukkig zal zijn met die mededeling. Trouwens hoe zou die districtsdirecteur moeten weten dat de bewuste functio naris op een andere bank in een andere functie veel beter tot zijn of haar recht zou komen? Uit het aantal aanmeldingen voor de nieuwe cursus zal weldra blijken of we te pessimistisch zijn geweest. Mocht dat niet het geval zijn, dan hopen we dat deze kanttekeningen mogen bijdragen tot een nadere studie en een duidelijk beleidsplan t.a.v. opleiding en doorstro ming binnen de totale Rabobankorgani- satie. Hans Koet (hoofdbestuurslid VPR) Zie ook artikel op pagina 28-29 van dit blad. VPR Hoofdstraat54 Hoogeloon

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1977 | | pagina 30