'Een lastige
en geweldige
baan'
Vanuit mijn kamer op de eerste etage zie
ik hem komen: lang, kaarsrecht, donker
grijze wollen jas, een hoedje waaronder
ik een kalend hoofd weet. Luttele ogen
blikken later zit hij tegenover mij - dis
trictsdirecteur Pieter B. B. Ideler- 54 jaar
oud, vol humor, begenadigd spreker.
Een sigaret, Ria brengt koffie, een bab
beltje over het weer, over de film King
Kong, waarheen hij is geweest op 5
januari, zijn verjaardag.
De eerste vraag. U bent een steenbok.
Een introverte klimmer, die stug vol
houdt tot de top is bereikt. Gelooft u in
astrologie en klopt de steenbokbe
schrijving bij u?
Ja, ik geloof, dat het tijdstip van de
geboorte, of eigenlijk meer het tijdstip
van de conceptie van een mens, mede
bepalend is voor zijn aard, zijn karakter.
Ik ben een Christen, en heb derhalve wel
mijn bezwaren tegen het credo, dat som
migen van de astrologie maken. Maar
dat er veel te generaliserend over
geschreven wordt blijkt al uit het steen
bokvoorbeeld. Ik ben uitgesproken extra
vert en ik ben ook nooit een streber
geweest. Ik heb aan de bovenkant van
veel facetten van het leven willen zitten,
en ik heb dat ook wel bereikt - bij sport,
bij mijn studieresultaten. Zelden was ik
nummer een; ik verlangde dat ook niet
zo. Maar middelmatigheid accepteer ik
niet.
Niet bij mezelf en niet bij anderen. Ik
vind, dat het uiterste er uit gehaald moet
worden. (Kijkt peinzend, wat veront
schuldigend haast.) Weetje, middel
matigheid is zo kleurloos, en dat irriteert
me.
Toch heeft u met middelmatige men
sen te maken in uw beroep.
Ja, uiteraard. Ik ontmoet veel mensen,
vogels van diverse pluimage, maar dat
maakt alles juist zo boeiend. Ik heb een
baan, die benijdenswaardig is. Veel, erg
veel contacten met mensen, die niet
altijd even gemakkelijk zijn. Nee, het
westen is zeker niet de gemakkelijkste
kant van het land, maar ik vind het wel
de leukste kant. Je wordt niet als een
superwezen beschouwd, maar als een
man, die je tegenvuur moet geven. Ik
vind dat hartverwarmend, lastig en ver
rijkend tegelijk.
Redactieraadslid Zuur in gesprek met
een districtsdirecteur
Wat is precies uw taak?
De Centrale Bank moet begrijpelijk blij
ven voor de lokale banken; op de plaat
selijke banken heerste het gevoel, dat de
afstand met de Centrale Bank te groot
werd. De districtsdirecteur was het com
municatiekanaal, waarlangs informatie
werd gegeven en waardoor het waarom
van sommige besluiten werd verklaard.
Omgekeerd staat er een even grote taak
tegenover.
De Centrale Bank kon niet op de hoogte
zijn van alles wat leefde bij de plaatse
lijke banken. Ik deponeerde een en ander
bij de Centrale Bank met de opmerking:
doe er wat mee. Dit is wat leeft in de
regio. Deze oertaak begint nu wat te
evolueren. Hij is van lieverlee op het ter
rein van de begeleiding bij het manage
ment gekomen. De banken worden
geconfronteerd met vraagstukken over
accommodatie, personeelsmanagement,
het leiding geven, er komen meer regels
omtrent solvabiliteit en liquiditeit.
Ik tracht in overleg met besturen en
directeuren te praten over 'waar gaan
we nou eigenlijk heen - hoe laten we de
zaak zo goed mogelijk draaien'.
U gaat dus duidelijk de kant van de
accountantsdienst op.
Nee, er is een wezenlijk verschil. Er
komen in mijn werk inderdaad meer cij
fers op tafel dan enige jaren terug. Maar
de accountantsdienst kijkt of alles juist is
geboekt, bestudeert de organisatorische
opzet en ik probeer deze cijfers en hun
bevindingen als hulpmiddel te gebruiken
bij de vraag, hoe we het verder gaan
doen. Ik ben veel liever met mensen
bezig dan met cijfers, maar ik zie duide
lijk in, dat ik er niet buiten kan.
U ziet uzelf als vertrouwensman bij de
banken?
Ik wil dat zijn. Het is een uitdaging voor
mij. Ik zit wel moeilijk, want er is geen
enkele beslissingsbevoegdheid, ik zit niet
in de lijnconstructie.
Ik moet door persoonlijk optreden trach
ten te overtuigen. Al werkende sta je als
districtsdirecteur veel dichter bij de loka
le bank dan bij de Centrale Bank.
Natuurlijk worden regels door mij uit
gedragen, maar als blijkt dat in een spe
ciaal geval een regel niet toe te passen
is, dan vind ik dat de Centrale Bank daar
op gewezen moet worden. Deze ruimte
heb ik nodig.
Ik vind het toch wel wat beperkt. Ik
kan me een betere inhoud van de func
tie voorstellen.
Ik ook. Ik vind ook niet, dat ik optimaal
functioneer, afgezien van het feit, dat ik
al geruime tijd twee districten bestrijk.
(Naast het eigen district Haarlem wordt
in het district Rotterdam waargenomen.)
Ik geloof, dat de besluitvorming in onze
organisatie wat dichter bij de lokale ban
ken zou moeten liggen - de kolos CB is
zo ver weg. Er zijn veel zaken, waarin je
gekend wordt en waarin gelijk een
beslissing genomen zou kunnen worden.
Dit is nog altijd niet mogelijk, en de
directeuren van de aangesloten banken
weten dat. Het gevaar bestaat, dat de
banken voor veel zaken rechtstreeks de
Centrale Bank benaderen; ze weten niet
exact waar ze moeten zijn of wie ze
moeten hebben en o, dat werkt zo ver
warrend.
Als het anders geregeld zou zijn, zou het
geheel beter functioneren en zou de
functie van districtsdirecteur ook wat
minder wazig worden. Voor de banken
zou het zonder twijfel veel prettiger zijn.
Maar het zou voor u wel veel moeilij
ker worden.
Stellig. Maar verantwoordelijkheden
moet je durven nemen. Natuurlijk zullen
er dan fouten worden gemaakt, maar dat
risico moet je nemen. Als je dat niet
durft, ben je niet voor zo'n functie
geschikt. Het hoort er bij.
Net als op een plaatselijke bank een
directeur wel eens een stupiditeit uit
haalt, zal ik dat als districtsdirecteur
doen; dat is niet zo erg. Wim Kan zegt zo
treffend 'uithuilen en opnieuw beginnen'.
Dat geldt stellig ook voor mijn baan. Ik
zie daar ook niet tegenop; wat ik niet te
pruimen vind is, om eens een voorbeeld
te geven, dat een van mijn taken is het
coördineren van allerlei adviezen aan de
plaatselijke banken. Maar hoe moet ik
dat in vredesnaam doen?
Iedere afdeling bij de Centrale Bank staat
open voor de lokale banken, en dikwijls
is een zaak al kant en klaar voor ik
ergens van af weet. Ja, ik geloof stellig,
dat het beter is om de zaak regionaal te
bekijken.
Je kunt ook differentiatie toepassen. De
ene bank is de andere bank niet. De een
bereidt vrijwel alles zelf voor, bekijkt de
zaak aan alle kanten, terwijl de ander bij-