Sleutels achter slot 24 san Het in gebruik nemen van een nieuw bankkantoor verloopt doorgaans niet vlekkeloos. Duizend en meer dingen vra gen aandacht, honderd en een zaken kunnen fout gaan. De direct betrokkenen zijn slechts van een ding overtuigd: men komt handen en ogen tekort. In Stap horst was het al niet anders gesteld toen daar aan de Bergerslag een in alle op zichten representatief onderkomen zijn voltooiing naderde. Met man en macht werd er gesjouwd, gedraafd en ingericht tot het verlossende moment dat de 'ope ratie verhuiswagen' als beëindigd kon worden beschouwd. Fluks het tijdslot op de fonkelnieuwe kluis voor het eerst echt in bedrijf gesteld, en dan met z'n allen genieten van een meer dan verdiende rust. Dat dachten de noeste werkers althans. Want wie schetst hun verbazing toen in geen velden of wegen de sleutel bos te bekennen viel waarmee het eigenlijke bankgebouw afgesloten dien de te worden. Hoe men ook zocht en speurde, de complete steutelbos bleef foetsie. De uiteindelijke ontknoping van het mysterie maakte de gezichten er niet vrolijker op. Er kwam aan het licht dat de aannemer uit voorzorg de verzameling sleutels maar zolang had opgeborgen in de - op dat ogenblik hermetisch afgeslo ten - kluis. Goede raad was duur. Het zag er naar uit, dat de Staphorster nieuwbouw op de valreep toch nog een extra slapeloze nacht zou gaan kosten. Niemand durfde het risico te aanvaarden dat de kantoorinventaris een nacht lang voor het grijpen zou staan bij eventueel ongewenst bezoek. Maar de personeels leden Henk Vosseberg en Hans Pastoor brachten uitkomst door manmoedig aan te bieden dat zij eventueel wel genegen zouden zijn de nacht door te brengen in het onafgesloten kantoor. In de gegeven omstandigheden leek dat een voor de hand liggende oplossing. Er werden in derhaast twee veldbedden opgeschar reld benevens een partijtje dekens en wat proviand voor de gelegen heids-nachtwakers. Het werd geen moeilijke wacht. Zonder ook maar een incident van de geringste omvang ver streken de nachtelijke uren en brak het tijdstip aan dat de felbegeerde sleutels weer binnen bereik kwamen van de belanghebbenden. Het is erg verleidelijk om als kolommen- schrijver op de vlakte te blijven waar het de inhoud van het geschrevene betreft en je te bepalen tot zaken die zo weinig mogelijk scherpe tegenstellingen oproe pen. Kritiek wordt de auteur daarmee bespaard en dat komt de gemoedsrust ten goede. Toch wil ik deze gulden regel maar eens terzijde schuiven en me op wat gladder ijs wagen. De aanleiding betrof een brief van een aantal personeelsleden aan het bestuur van de VPR waarin de schrijvers (schrijf sters) zich verbolgen afvroegen, waarom de vereniging nog steeds (9-3-1977) geen informatie aan haar leden had ver strekt over de gang van zaken rond de CAO-onderhandelingen voor het bank bedrijf; daarmede veronderstellend dat het bestuur van de vereniging meer zou weten dan de leden in den lande. Gelukkig kan ik de lezer met de hand op het hart verzekeren dat ook het bestuur op dat moment niet méér wist, dan wat de nieuwsmedia over de onderhandelin gen hadden medegedeeld. Nu is dat VPR Hoofdstraat 54 Hoogeloon gebrek aan directe informatie bij het bestuur niet zo vreemd, als u bedenkt dat onze vereniging geen partner is in het CAO-overleg tussen werknemers en werkgevers en zich daar ook niet laat vertegenwoordigen. Dat zelfde geldt echter ook voor de plaatselijke banken als werkgevers. Voor de aangesloten banken bestaat namelijk geen CAO en ieder bestuur bepaalt in principe zelf standig de primaire en secundaire ar beidsvoorwaarden. De Centrale Bank (sinds kort zelf wel partner in het cen traal overleg als werkgever voor haar eigen personeel) verstrekt daarbij de adviezen. De praktijk leert overigens dat de overgrote meerderheid van de aan gesloten banken deze adviezen onver kort overneemt. Bij de oprichting van de vereniging is het wel of niet gaan meepraten over het tot stand komen van de arbeidsvoorwaar den uitvoerig aan de orde geweest in de informatieve bijeenkomsten binnen alle kringen. De wens van de meerderheid moest namelijk bepalend worden voor de vaststélling van de statuten. In meer derheid kwam toen naar voren dat men er wel over wilde meepraten, maar er werd een beperking aan verbonden die met zich meebracht dat dé vereniging geen vakbond mocht worden (niet dui delijk is daarbij gebleken of men daarbij de naam als zodanig bedoelde of het in houdelijke ervan Aangezien het kersvers benoemde bestuur zich daarbij niet realiseerde dat dit in feite een tegenstrijdigheid inhield, richtte zij zich naar deze wens en nam het 'meepraten' over de arbeidsvoor waarden wel op in haar doelstellingen, maar zette zich in de praktijk buiten spel door in een perscommuniqué mee te delen dat zij over samenwerking met de vakbonden voorlopig niet wenste te pra ten. De uitnodiging van de Centrale Bank (met name de Commissie Arbeidsvoor waarden Directeuren) om zitting te nemen in de nieuw gevormde Commis sie Algemeen Sociaal Beleid Raboban- ken (een adviescollege t.b.v. de Raad van Beheer, waarin verder zitting hebben een afvaardiging namens de plaatselijke besturen en de directeuren) sloot daar om prachtig aan bij de tot dan gevolgde koers van het bestuur van de VPR. Paral lel aan deze ontwikkeling kwamen ech ter steeds meer verzoeken van leden aan het bestuur om juist op het terrein van de arbeidsvoorwaarden een actiever beleid te gaan voeren en sneller met in formatie te komen. Een beleid dat dus duidelijk aanstuurt op meer medezeg genschap. Gezien het vorenstaande zouden we dan ook kunnen zeggen dat we op een twee sprong zijn aangeland. Of we houden ons aan de opdracht van het eerste uur, inhoudende dat we slechts 'intern' op de hoogte willen blijven, of we zullen een vorm moeten zien te vinden (een CAO voor de aangesloten banken?) waarin direct meepraten mogelijk is. De komen de maanden zullen daarom voor de ver eniging waarschijnlijk een belangrijke periode worden. Ik zei het al in de aanhef; ik begeef me op glad ijs. Het hoofdbestuur van de ver eniging zal echter met belangstelling kennis nemen van uw reacties en dat kan de duidelijkheid hopelijk ten goede komen. Hans Koet (hoofdbestuurslid VPR)

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1977 | | pagina 30