i in
VDR Postbus 318, Den Bosch
raboband
tweemaandelijks orgaan jaargang 3, nummer 1
voor het personeel februari 1977
van de Rabobanken
Redactieraad:
mr. Jan R. Haverkamp, voorzitter*
(Centrale Rabobank)
drs. Jan G. A. Dorresteyn, plv. voorzitter
(Centrale Rabobank)
Ilse W. de Baay (Zutphen)
Ben J. M, M. Bartholomeus (Pey-Mariahoop)
Tryntsje de Boer (Sneek)
Henk Christians (Leens)
Jan H. Derene (Oud-Gastel)
Ed J. H. M. Hulsbosch (Valkenswaard)*
Christoph E. ten Houte de Lange (Zeist)
Janny Venema (Stadskanaal)
Huibert Zuur (Gouda)*
leden hoofdredactie
Redactie
Wim G. M. Aerts
Bureauredactie:
Karei de Mol
Redactieadres:
Redactiestaf,
p/a Beneluxlaan 33,
Utrecht
telefoon (030) 36 23 96
of 36 28 94
Abonnementen
administratie:
telefoon (030) 36 26 91
Vormgeving
Herman Jonkman
Ed van Spall
Fotografie
Wim G. M. Aerts
Tekeningen:
Herman Jonkman
Arend v. Dam
Druk:
Hoonte-Hoiland,
Utrecht
(G)een baan voor het leven!?
Steeds meer raak ik ervan overtuigd, dat
je een functie slechts mag vervullen zo
lang je met plezier je werk kunt doen.
Natuurlijk heeft elke baan zijn ups en
downs, heeft elk werk zijn mee- en zijn
tegenvallers.
Ook is de ene dag de andere niet.
En niet alle dagen zijn je medewerkers, je
bestuur en je collega's allen even vrien
delijk. Zij hebben met recht hun humeur!
Maar ik heb het mijne ook en zelf heb ik
daar het minst last van.
Je kunt ook wel eens met het verkeerde
been uit bed stappen. Je moet wel eens
meer zorgen van thuis meenemen dan je
eigenlijk wel zou willen. Soms kun je ze
nu eenmaal wat moeilijk van je af schud
den, of kun je ze onvoldoende kwijt aan
degene die ze met je zou moeten delen.
Maar toch: over het algemeen begin ik
elke dag met plezier aan het werk dat er
al ligt en dat op me afkomt.
Over mijn salaris hoef ik me niet druk te
irIai#3iMlH
maken. Mijn gezin en ik komen aardig
rond en niemand komt iets tekort.
En toch?
Toch kan ik mij heel goed voorstellen,
dat het anders kan liggen. Dat je geen
plezier meer hebt in het werk van alle
dag. Dat je er tegenopziet de dag te be
ginnen. Dat je verlangt naar de vrijdag
avond en dat op zondagmiddag de buik
pijn zich weer meldt.
Maar dan is er wel wat mis.
Hoewel?
Het inkomen is goed. Het gezin komt
niets tekort. Daar zijn de primaire en se
cundaire arbeidsvoorwaarden goed voor.
Ja, dat dacht je!
Je vrouw en je kinderen en ook jijzelf, jul
lie leven niet van brood alleen. Plezier in
het werk betekent ook plezier thuis.
Niemand zal dit beter kunnen en liever
willen bevestigen dan hij die het plezier
in zijn werk kwijt is.
Onplezierig werk is onbetaalbaarl
Immers, het chagrijn van de inbrenger is
met geen geld te verzoeten! M.a.w. geld
verzoet de arbeid niet! I
Status en stand hebben dan veel van
hun betekenis verloren. Zij wegen mis
schien wel nooit op tegen welzijn.
Jitgave
Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank b.a.
De kostwinner moet dan eens bedenken
of hij niet toe is aan een andere functie in
de bankorganisatie. Een nieuwe, een die
hem weer past.
Een veel voorkomend feilen in een orga
nisatie is de bevordering tot incompeten
tie. De organisatie lijdt schade van het
op de tenen lopen van haar medewer
kers, maar die schade weegt lang niet op
tegen het lijden dat daardoor gezinnen
wordt aangedaan.
Iemand die hoogtevrees heeft mag nooit
te hoog klimmen, op welke ladder dan
ook. Weliswaar is hoogtevrees psychia
trisch te verhelpen, maar zonder specia
list gaat het ook. En gezonder. En mense
lijker.
Ik heb dan het oog op de helpende hand
die, in sommige gevallen, de Centrale
Bank zal kunnen toesteken, maar liever
zou het me zijn, veel liever, dat ik meer
zou kunnen rekenen op de hulp die mijn
zusterbanken uit onze organisatie kun
nen bieden.
Een collega, een medewerker die het niet
meer ziet zitten, die min of meer vastge
lopen is, zou de kans moeten krijgen het
ergens anders in onze organisatie nog
eens te proberen. Hij heeft misschien
wel recht op een nieuwe start. Het pro
bleem is dat anderen bereid moeten zijn
hem die nieuwe kans, die nieuwe start te
gunnen en te bieden.
Het lijkt er in onze prestatie-maatschap-
pij wel eens op, dat bevordering en stij
ging in de arbeidsorganisatie een groot
goed voor de medewerker betekenen.
Laten we echter niet vergeten, dat een
stapje-terug vaak een heilzame werking
heeft.
Maar het is dan wel de omgeving, het
zijn de mensen die hieraan wrangheid
hechten. Zo wordt het de collega of de
medewerker die afziet van promotie of
die plaatsmaakt voor een ander bijna on
mogelijk gemaakt terug te treden. Im
mers het zijn de mensen die hem kleiner
maken, kleineren en degraderen.
H. J. J. Reintjes