22 1 en met 15 jaar betalen hier 2 gulden; de prijs voor volwassenen bedraagt f 4,25 terwijl voor de auto een toegangsprijs van 4 gulden verschuldigd is. Maar wat ben je kwijt als je een dierenpark bezoekt of in de bioscoop een film gaat zien? Be grijp me goed, ik wil die mensen daar niet slecht maken. Ik weet maar al te goed, zij hebben het óók nodig I De en trees vormen twee derde van ons inko menstotaal. De rest moet komen uit de verpachting, van het jachtrecht, van twee restaurants, van de houtverkoop, en nog enkele zaken. Te gemakkelijk zien de mensen ons als hebzuchtige tolgaar ders en verliezen ze uit het oog hoeveel iedere bezoeker hier geboden wordt. Buiten de veelbezochte wildkansel, het bezoekerscentrum, een beeldenpark, het observatiebos en het jachtslot St.-Hu- bertus waar ministers, staatssecretaris sen, ambassadeurs en andere hoge func tionarissen kunnen logeren of confere ren, moet dan vanzelfsprekend niet in de laatste plaats gedacht worden aan het rijksmuseum Kröller-Müller met zijn on schatbare kunstcollecties. Wilt u wel ge loven dat ik die stevige entreegelden maar wat fijn en goed vind? Duinker: Dat vraagt toch minstens een wat nadere toelichting. vMdR: Vaak word ik verkeerd begrepen op dit punt, inderdaad. Maar wilt u wel geloven dat je met dit systeem verzekerd bent van een selectie in je publiek? Met 'selectie' bedoel ik hier geen dure of dub bele namen, verre van dat. Maar als ie mand - grofweg gezegd - geen donder geeft om de natuur, dan peinst hij er toch zeker niet over hier zoveel geld neer te tellen. Bezoekers die je krijgt, meer dan een half miljoen op jaarbasis en van de meest uiteenlopende nationaliteiten waarbij Nederlanders 80 vertegen woordigen, zijn in ieder geval geïnteres- seera natuurpubliek of kunstminnaars. Dat het allemaal kenners zijn wil ik daar mee niet zeggen. Duinker: Hoe staat het met de vernie lingen die worden aangericht? vMdR: Vernielde borden, verdraaide rich ting aanwijzers - eerlijk waar, dat is ex ceptie. Ook met andere beschadigingen valt het doorgaans wel mee. Geen reden tot verontrusting. Het uitgraven van zeld zame planten komt nauwelijks voor. Ik schrijf het-alweer-toe aan die loket ten voorde kaartjesverkoop. Mensen die helemaal niets voelen voor de natuur krijg je hier eenvoudig niet. Dat maakt het beheer wel een stuk plezieriger. Onze bezoekers durven we dan ook een enor me vrijheid te geven. Ze mogen haast overal rondstruinen, ook buiten wegen en paden. Slechts een paar rustgebieden voor het wild zijn streng taboe maar dat motiveren we daar nog eens nadrukke lijk. We mogen echt niet klagen, afgezien de 150 witte fietsen die we sinds 1974 het publiek gratis beschikbaar stellen. Een deel ervan heeft veel te verduren. Na sommige weekends zijn er wel eens 60 a 70 van die karretjes in reparatie. Duinker: Zijn er gegevens bekend over de motieven voor een bezoek aan het park? vMdR: Een studente van de Wageningse Landbouwhogeschool heeft daar inder tijd eens een onderzoek naar gedaan. Je constateert uit die enquête in het alge meen honger naar kennis. Waarbij de fauna meer aanspreekt dan de flora. Het grof wild komt er met een heel hoog per centage uit. Dat men in deze harde, nuchtere wereld nog zo romantisch is dit leuk te vinden. Het streelt me wel. Men sen genieten op vele manieren, in allerlei gradaties. Heel oppervlakkig of heel diepgaand. Het gebeurt wel dat mensen me na een hele dag zwerven diep teleur gesteld aanklampen om te vertellen dat ze niets gezien hebben van het roodwild, van het reewild, van de wilde zwijnen of van de moeflons; (de laatste zijn volledig geacclimatiseerd ofschoon ze van oor sprong in zuidelijker gebieden thuis ho ren). Gelukkig maar, zeg ik dan steeds. Hetgeen altijd weer een reactie van stomme verbazing teweeg brengt. Tja, het is hier geen dierenpark. En evenmin hebben we het wild aan een touwtje. Duinker: Je moet geluk hebben, maar daarnaast geduld. En niet zo weinig ook. vMdR: Ruiters zien veel wild over het al gemeen. Het wild registreert de paarde- lucht wel, maar dat is geen reden voor onrust. Kennelijk heeft het wild de mens als verlengstuk van dat paard niet in de gaten. Veel tevergeefse wildexcursies zijn terug te voeren tot onverstandig op treden van de bezoekers. Er worden siga retjes gerookt, er wordt gelachen, ge praat. Men draagt opzichtige kleding, en wat al niet meer. Soms hoor je: ginds staat een hert, en dan staat er in werke lijkheid een heel roedelHeel wat men sen zijn er blind voor. Mensen die aanleg hebben en dat gaan trainen, kunnen uit groeien tot enorme waarnemers. Je hebt er die werkelijk niets ontgaat. Maar het blijft een gave. Bij mensen die weinig buiten komen kun je ze net zo goed aan treffen als bij geboren natuurvorsers. Ze kunnen hier hun hart ophalen. Iedere dag van het jaar, ieder uur van de dag is de natuur van De Hoge Veluwe in bewe ging. D r-y-i r-» -f oor-,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1977 | | pagina 28