via zo'n baliecursus ook te brengen
tot goed functioneren. Meer en meer
ontstaat er een tendens waarbij de
leerstof uit de leslokalen wordt ge
zien als bijvoeding. Men tracht
banken nauwer en nauwerte betrek
ken bij de cursussen. Altijd zal er op
de bank zelf gesleuteld moeten wor
den aan de vergaarde kennis, waar
door een afstemming op de concrete
werksituatie ontstaat.
Want iedere cursus is per definitie
gedoemd niet exact aan te sluiten bij
de plaatselijke werkpraktijk. De op
leidingsfunctionarissen zijn eerlijk
genoeg om te erkennen dat hun werk
heel wat paradoxale situaties met
zich meebrengt. Het vermogen tot
relativeren komt hen daarbij vaak
uitstekend van pas. De gegevens en
informaties waarmee ze rekening
hebben te houden zijn niet alleen
talrijk maar ze vormen ook een op
het eerste gezicht onontwarbare
kluwen. Dat zich bij het ontrafelen
ervan weieens problemen voordoen,
behoeft geen betoog. Daar is aller
eerst de kwestie van de cursus
behoefte. Aan houvast ontbreekt het
niet geheel en al; er zijn gesprekken
met cursusdeelnemers en ook langs
andere wegen komen er aanwij
zingen binnen. Zo hoort men dan -
om een voorbeeld te noemen - dat er
behoefte bestaat aan meer assuran
tiekennis bij het personeel dan via
de baliecursus gebodenwordt. Het
vergt voorzieningen. Uiteindelijk
echter blijft een zeker gok-element
bestaan. Daar is de ruiterlijke con
statering: wij kennen onze markt
slechts globaal en we lanceren van
tijd tot tijd een nieuw artikel zonder
exact te weten hoeveel vraag ernaar
is. Hoe moeilijk het aanbieden van
pasklare oplossingen is, leert het
simpele voorbeeld van een balie-
bediende.
Gesprekken met diverse banken over
het thema wat zo'n man of vrouw
moet presteren leveren geen vast
omlijnd profiel op. Achter dat ene
begrip gaan - zo leert de praktijk-
wei een vijftal verschillende functies
en een verscheidenheid aan werk
methoden schuil. Via onderzoek en
interviews probeert men - zo goed
mogelijk de veilige middenweg be
wandelend - tot een aanvaardbare en
te hanteren oplossing te geraken.
Maar al te goed weet men dat er
desondanks van tijd tot tijd cursisten
huiswaarts keren met een zeker ge
voel van onbehagen als ze zich in
gemoede afvragen wat zij persoonlijk
tijdens zo'n reeks studiebijeenkom
sten hebben opgestoken. Zelfs weer
klinkt hier en daar wel eens inciden
teel een hartgrondig 'waardeloos'.
Daar staan ook reacties tegenover
van deelnemers die zich afvragen of
ze inderdaad op de thuisbasis ge
legenheid zullen krijgen het geleerde
in praktijk te brengen.
Een punt van - niet altijd gerecht
vaardigde - kritiek betreft de wacht
tijden waarmee aspirant-cursisten
zich geconfronteerd zien. Het spreekt
voor zich dat men gegadigden voor
een introductiecursus geen jaar lang
op hun beurt kan laten wachten.
Voor een aantal cursussen zal enige
wachttijd niettemin onvermijdelijk
zijn, zeker waar het de regionaal ge
spreide cursussen betreft. Factoren
die een rol spelen zijn de groeps
grootte, het tijdstip van aanmelding
en het docentenapparaat dat on
mogelijk afgestemd kan zijn op het
steeds wisselende aanbod.
Aan de regionale cursusopzet wordt
erg veel aandacht en zorg geschon
ken om de reistijden voor cursisten
redelijk te houden.
Het zijn vooral de kritische geluiden
betreffende de cursisinhoud die
maken dat de opleidingsfunctionaris
sen met een meer dan normale
belangstelling uitzien naar de resul
taten van de functieclassificatie voor
aangesloten banken. Men verwacht
hoogst nuttige informatie te ontlenen
aan de functiebeschrijvingen welke in
dit kader gemaakt worden. Tot zo
lang zit er weinig anders op dan te
werken met een cursusinhoud die
noodgedwongen soms heel wat te
wensen overlaat doorzijn algemeen
heid.
Ook hierin kan een oorzaak liggen bij
eventuele missers op het inschrij
vingsfront. Via een voortdurend
bijschaven van de cursussen -
telkens wanneer wordt gesignaleerd
dat bepaalde vaardigheden tekort
schieten - wordt geprobeerd het be
geleidt ngswerk duidelijker af te
stemmen op de behoeften. Inter
views met praktijkmensen en stukjes
onderzoek moeten op hun beurt ook
de onderwijsmensen dichter brengen
tot het doel: hun cursuswerk nog
meer fundament geven.