■3IHE
i
w
w
1
2
3
4
7
8
9
10
2
8
3
5 6
9
11 12
6 5
12 111
4
10
13
14
15
16
19
20
21
22
14
20
15
17 18
21
23 24
18 17
24 23
16
22
Piekeren Peinzen
V
Magische vierkanten
Horizontaal en verticaal dienen dezelfde woorden te
worden ingevuld. In enkele hokjes van deze puzzel
staan twee cijfers. Het eerste cijfer heeft betrekking
op het woord dat horizontaal moet worden ingevuld,
en het tweede cijfer duidt het verticale woord aan.
1. kleur
2. bloeiwijze
3. slee
4. handvat
5. muzieknoot
6. strafwerktuig
7. dagblad
8. meisjesnaam
9. water in Noord-
Brabant
10. zacht
11. en dergelijke
12. een zekere
13. zitstok voor kippen
14. lofdicht
15. water in Friesland
16. openbaar vervoer
middel
17. persoonlijk voor
naamwoord
18. maand
19. looplat
20. ogenblik
21. lengtemaat
22. bende
23. muzieknoot
24. aanwijzend voor
naamwoord
PT1
LkLJ
PT1
LkXi J
PT7
PT1
LjXlJ
PT1
LuXf J
Raboband-lezers die voor 15 september
hun oplossing van de drie prijspuzzels op
deze pagina foutloos inzenden aan het
Redactiesecretariaat van Raboband (Be-
neluxlaan 33, Utrecht), dingen mee naar
een drietal boekenbonnen.
Onderstaande puzzelaars werd na loting
een exemplaar toebedeeld van de won-
derpennen die de inzet vormden van
Piekeren Peinzen in het juninummer:
Jo Nieuwenampsen, Hooislagen 6,
Lochem
J. Imthorn van Delft, Burgemeester
Lotsystraat 3, Valkenburg (Z.H.)
De heer T. Claessens, Oosterthienweg
12, Oostrum.
Rondedans
Rond de cijfers dienen - in de richting van de wijzers
van de klok - woorden van vier letters te worden inge
vuld. De eerste letter van ieder woord komt steeds in
het vakje boven het cijfer te staan.
i.
gele kleurstof
14.
nauwe
2.
lust
15.
delen van de dag
3.
landbouwer
16.
regel
4.
waterbalspel
17.
rivier in Duitsland
5.
verdragsorganisatie
18.
voeg
6.
stekelvarken
19.
hoffeest
7.
uniek
20.
echtgenoot
8.
lusthof
21.
spijsverterings
9.
tekst met melodie
kanaal
10.
kledingstuk
22.
vulkaan
11.
struisachtige vogel
23.
mestvocht
12.
hetzelfde
24.
verbond
13.
zwemvogel
25.
vogel
Spreekwoorden
Bij deze puzzel kunnen wij van onze
kant met weinig woorden volstaan.
In de cirkels staan drie spreekwoorden.
In iedere cirkel een. U kunt de spreek
woorden vinden door - na de letters
van een vakje te hebben opgeschreven -
twee, vier of zes vakjes over te slaan,
en dan de volgende letter(s) op te schrij
ven. Vervolgens gaat u weer eenzelfde
aantal vakjes verder en schrijft dan weel
de letter(s) op. Zo gaat u door tot u
alle letters hebt gehad. Dan ontdekt u
vanzelf welk spreekwoord wordt be
doeld.
Met de beide andere cirkels doet u pre
cies hetzelfde.
