mmvé
Het hemelbed
ploeg Janssen haalde Parijs en werd
in datzelfde jaar gelijk maar derde bij
de wereldkampioenschappen op de
weg. De bekroning van een sober le
ven, rijkelijk gelardeerd met opoffe
ringen. De renner met moraal (dage
lijks een training van zes uur 's och
tends tot vier uur 's middags) ging
later als ploegleider amateurs begelei
den. Zorgen voor de uitrusting, wed
strijden, alles. Aardig wat van de we
reld heeft hij zo gezien. Veel mensen
vonden het komisch, maar het deerde
hem volstrekt niet om na zo'n luister
rijke trip meteen weer terug te moeten
naar de stilte van zijn werkplaats.
Het moedige voorbeeld van Sjefke
vond plaatselijke navolgers in man
nen als Harry Steevens, Jan Nolten
en Arie den Hartog.
Maar behalve op sportief gebied staat
de plaats ook in cultureel opzicht
haar mannetje. Het streekmuseum her
bergt kostbare restanten van band-
keramiek, 6300 jaar oud en opgegra
ven in Elsloo zelf. De uitstalling om
vat verder een macht in onbruik ge
raakte gereedschappen, gebruiksvoor
werpen, kledingstukken en antiek
meubilair uit de streek. In een adem
met al dit schoons moet de naam ge
noemd worden van Sjang Peters, de
gepensioneerde overwegwachter van
Elsloo. Om de eenzaamheid van nach
telijke uren in zijn 'beHiuuske' wat te
breken, studeerde deze 'barrierentou-
dreejer' moeizaam in geleerde geschie
denisboeken. Het verzamelen van oud
heid begon in 1959. Wat werd meege
geven voor'de stichting' kwam ook
zonder mankeren in het museum te
recht, zoals de gevers proefondervin
delijk vast konden stellen. Sjang wist
de wonderlijkste zaken los te praten.
Sjang Peters, man van de oudheid
Een kapitaal hemelbed bemachtigde
hij in ruil voor een modern opklapbed.
Aan cultuur buiten het museum be
staat in Elsloo evenmin gebrek. Stap
café De Punt binnen, en je treft er de
schilderende kastelein Corvan den
Akker aan. Als ex-middenstander wil
de hij wat om handen hebben toen
overdag steeds minder mijnwerkers
hun pilsje kwamen halen. Het palet
bracht uitkomst. Langs alle wanden
hangt werk van eigen makelij. De ma
ker voelt zich persoonlijk nog niet
eens een amateur, allerlei bekronin
gen ten spijt. Een compliment over de
onmiskenbare kwaliteit van een aan
tal doeken wuift hij weg. 'Mensen kij
ken naar het resultaat, maar niet naar
de manier van werken. Ik leer moei
zaam. Voor elk streepje moet ik vech
ten. Anderen zie ik veel mooier schil
deren; ik ben nog nergens.' Hij onder
breekt zijn werk. Een paar dorstige
klanten eisen aandacht. De schilders
ezel, pontificaal in de gelagkamer,
blijft bedrijfsklaar staan, Het gesprek
gaat over het komende toernooi der
Lage Landen, Het wordt de zilveren
aflevering van dit geduchte treffen
tussen toneelclubs uit Nederland en
België. Het initiatief voor de jaarlijkse
manifestatie stamt uit een plaats waar
de eigen toneelclub veelbetekenend
Pallieter heet. Haar naam? Elsloo.