Steenwijk
kan niet
zonder bank
op wielen
11
Een Rabobank met een werkgebied
van 400 vierkante kilometer dat zich
uitstrekt over zes gemeenten, terwijl
er ook nog eens drie provincies mee
zijn gemoeid?
Menigeen zal het niet voor mogelijk
houden. Toch bestaat ze wel degelijk,
deze waarachtig niet alledaagse
situatie. Inclusief de diverse proble
men die eruit voortvloeien treffen we
ze aan in Steenwijk, waar de Rabo
bank buiten het hoofdkantoor niet
alleen draait met zeven bijkantoren
en twee zittingskantoren, maar waar
daarnaast ook nog eens een rijdend
bijkantoor operationeel is. In de loop
van een week kiest deze bank-op-
wielen standplaats op nog eens acht
verschillende lokaties. Een en ander
betekent dat er wekelijks net een
halve dag beschikbaar blijft voor het
(motorisch) onderhoud van de mo
biele bank.
Drie provincies
Het operatiegebied van de Rabo
bank Steenwijk ligt binnen de ge
meenten IJsselham, Brederwiede,
Steenwijk, Weststellingwerf, Vledder
en Havelte. Om de zaak nog wat
kleurrijker te maken: ze liggen langs
de grenzen van Friesland, Drente en
Overijssel. Het is een werkgebied
met 35.000 inwoners. En om de zaak
helemaal te brengen tot de juiste,
duizelingwekkende proporties: ze
wonen verspreid over liefst 32 plaat
sen, te weten: Steenwijk, Kallenkote,
Onna, Zuidveen, Eesveen, Giethoorn,
Steenwijkerwold, Willemsoord,
Wapserveen, Wetering, Scheerwolde,
Nijensleek, Steggerda, Vinkenga,
Peperga, De Blesse, Blesdijke, De
Hoeve, Kuinre, Blankenham, Ossen-
zijl, Kalenberg, Oldemarkt, Paaslo,
Tuk, Noordwolde, Frederiksoord,
Wilhelminaoord, Blokzijl, Muggen
beet, Dwarsgracht en Nederland
Afgezien van het service-aspect
vloeien er voor een karakteristieke
bank als Steenwijk nog wel andere
complicaties voort uit het gegeven
dat ze tot stand kwam doordat vijf
banken (Steenwijk, Steenwijkerwold,
Giethoorn, Steggerda en Oldemarkt)
op 1 januari 1974 'bijeen kropen'
zoals een woordvoerder het treffend
zegt. Er moest, om maar eens een
minuscuul voorbeeldje te noemen,
zelfs een vaste pendeldienst in het
leven geroepen worden voor de be
zorging van post tussen de verschil
lende kantoren.
Praatavonden
Toen de banken elkaar het ja-woord
gaven doemde meteen ook de vraag
op hoe in vredesnaam het contact
met de leden bewaard diende te
blijven nu er onder meer voortaan
slechts één algemene vergadering in
plaats van de gebruikelijke vijf 'alge
menen' plaats zou gaan vinden. De
geringe bevolkingsdichtheid, ge
voegd bij de uitgestrektheid van het
gebied, deden het ergste vrezen.
Uiteindelijk heeft men er in Steenwijk
toch iets op gevonden. Teneinde het
contact met de regio te behouden
werd besloten om los van de offi
ciële algemene vergadering een
reeks contactavonden voor de 2800
leden te beleggen. Het voorbije jaar
kwam men tot een serie van zeven:
van Kuinre tot Wapserveen en van
Giethoorn tot Steggerda.
De interesse voor de praatavonden
wisselde sterk. Lieten de leden in
Giethoorn nagenoeg allemaal op
zich wachten, elders kon wel van een
redelijke opkomst gesproken wor
den. In totaal beliep de toeloop circa
honderd man, waarbij het opvallend
was dat er met name in Kuinre en
Oldemarkt nogal wat jongeren van de
partij waren. De gebruikelijke uit
eenzetting over de jaarcijfers en de
algemene gang van zaken bij de bank
buiten beschouwing gelaten, boden
de bijeenkomsten volop gelegenheid
tot het inwinnen van allerhande in
formatie over het bankgebeuren. De
bankafgevaardigden op de praat-
avonden kwamen wederom tot de
ontdekking dat degenen die van de
partij waren het contact ook echt op
prijs stelden.
Wel besloot men zich intern te gaan
beraden op welke wijze de toeloop
als zodanig misschien nog op te
voeren valt.