Pioniers TN HET SPIONNETJE Je kunt niet in het verleden leven; we hebben trouwens al genoeg met het he den te stellen. En toch, zo af en toe denk je wel eens aan die vrouwen, die voor ons geleefd hebben en wat die allemaal gepresteerd hebben. Veel duidelijker dan welk boek ook geeft het vrouwenblad uit de vorige eeuw een beeld van het dagelijks leven van de vrouw. Alles waarover ze zich zorgen maakte, de kleine en grote pro blemen, ze schreef er over in haar vrou wenblad. Er zijn uit de vorige eeuw niet zo heel veel veel tijdschriften voor de vrouw overgebleven. Hier en daar kan men in archieven en bibliotheken nog wel te recht, maar wie zelf een verzameling wil aanleggen moet wel over veel speur zin en volharding beschikken. Wat is het oudste Nederlandse vrouwen blad? Ik denk dat het moeilijk met zeker heid te zeggen is doordat er zo weinig van bewaard gebleven is. In ieder geval is het wel bekend dat er al in 1740 in ons land een blad verscheen, dat speciaal voor de vrouw bestemd was. Het ver scheen in het Frans en kreeg de mooie naam 'Amusement du Beau Sexe'. Maar wat was nu het eerste blad, dat in de Nederlandse taal uitkwam? Voor zo ver mij bekend is het 'Kabinet van Mode en Smaak' met gekleurde modebijlagen. Het kwam in 1792 uit en werd uitgege ven door A. Loosjes Pzn. in Haarlem. De onderwerpen, waaraan in deze eer stelingen aandacht werd besteed, zijn niet altijd van enorm belang. Mode en schoonheidsverzorging hadden ook toen al volop de belangstelling van de lezeressen. Hoe zie ik er uit is een vraag, die ook de vrouw in vroeger dagen zich gesteld heeft. De vrouw was vroeger gauwer oud. Een vrouw van veertig was 'op leeftijd'. Toch heeft ook die vrouw in 1792 er over gepiekerd wat ze er aan kon doen als ze al jong grijs werd of als ze een kleur haar had, die haar niet zo erg aan stond. Daarom zal ze het laatste nieuws uit Engeland vast wel met belangstelling gelezen hebben. 'Hier is een poeder uitgekomen, door hetwelke men grijze, ja roode hairen op het hoofd naar willekeur bruin of zwart kan verwen, en wel zonder het gering ste gevaar om de hairen te verliezen of de gezondheid te beschaadigen. De ko- leur is standvastig en blijft duurzaam aan het hair, dat er eens mee geverwd is; de nieuwe uit den huid opwassende hairen, bij voorbeeld de roode, veroor- zaaken dat dit verwern moet herhaald worden.' GoedMieMiitediil^wa^elangnil^oor Mien 4 Holthuizen de vrouw van 1792, maar als we denken dat de vrouw, die voor ons leefde alleen maar geïnteresseerd was in haar uiterlijk en haar huishouding, dan vergissen we ons. Misschien kreeg ze niet de moge lijkheid om veel naar buiten te treden, laten we onszelf niet wijs maken dat die vrouwen van toen 'suffe doetjes' waren, die alleen maar de rol van lieflijke we derhelft van de man speelden. Ze kon zich al knap kwaad maken over allerlei misstanden. In datzelfde jaar 1792 werd de vrouw in haar eigen blad geconfronteerd met de ellende van de stierengevechten in Spanje. Het is niet meer na te gaan of het artikel 'Stiergevegten' ook werkelijk door een vrouw geschreven is, al zou je dat uit de stijl wel kunnen opmaken, maar het werd in ieder geval wel in het blad voor de vrouw opgenomen. Een fel protest, dat helaas niet zoveel resultaat heeft gehad want nog altijd verlustigen vele 'olél'-schreeuwende toeschouwers zich aan het walgelijke 'spel' van de stierengevechten. 'Ja, schoon ik duizend jaaren leefde en alle dagen mijn geest pijnigde, zoude ik nog niet begrijpen kunnen hoe men iets aan- lokkends, iets aangenaams in deze schrikkelijke gevegten zoude kunnen vinden. Een mensch moet van steen zijn, wien de traanen niet in de oogen komen, wanneer hij twaalf of vijftien verraade- lijke moorden ziet, welke in koelen bloede een ongelukkig dier dooden, het welk gekneveld aan den hals en door een band aan den neus in zijne verdedi ging verhinderd wordt.' Wie het hele artikel leest, voelt een merkwaardig soort verbondenheid met de vrouw van toen, die protesteerde te gen gruwelijkheden, waarmee wij bijna tweehonderd jaar later nog leven. Kijk, dat is wat ik bedoel. Die vrouwen bladen brengen je heel intens in contact met toestanden, waarover de vrouw uit die tijd nadacht en die door geen histo rische verhandeling of een later geschre ven tijdsbeeld te vervangen is. Zelfs een eenvoudig 'ingezonden stuk' kan een noodkreet zijn, die tot ons overkomt uit dat verleden. In 1807 verscheen er een nieuw Neder lands vrouwenblad op de markt, 'Ele- gantia'. Wat het eerst opvalt is het hoge peil van het blad De vrouw uit die dagen mag dan erg veel waarde hebben gehecht aan mode, omgangsvormen en andere uiter lijkheden, haar belangstelling ging ook heel wat dieper dan deze buitenkant zaken. Natuurlijk moeten we er wel rekening mee houden dat het vrouwenblad in die dagen alleen door vrouwen 'in de aan zienlijke stand' gelezen werd. De volks vrouw had wel wat anders aan haar hoofd, had er geen geld voor en kon waarschijnlijk niet lezen. 'Elegantia' noemt zich dan ook 'een tijdschrift van mode, luxe en smaak voor Dames'. Belangrijker is dat 'Elegantia' een fel artikel publiceerde over 'sterflijsten en bekendmakingen van overledenen in de couranten'. De schrijfster protesteert tegen de vaak gruwelijke bijzonderheden over iemands ziekte en sterven, die in overlijdensadvertenties bekend werden gemaakt. In een tijd, dat de kraamvrouwenkoorts nog zoveel slachtoffers maakte, veront rustte het haar dat zwangere vrouwen regelmatig lazen onder welke ellendige omstandigheden andere jonge vrouwen, die hun baby al ter wereld hadden ge bracht, gestorven waren. 'Want bij me nige zwangere b.v. waren maanden noo- dig om het bij de tijding van den dood eener kraamvrouw opgewekt denkbeeld van een ongelukkige verlossing uit het hoofd te praten. Bij sommigen is dit niet eens mogelijk. Wat heeft het ook voor zin,' vraagt de schrijfster zich af, 'dat een man bij de bekendmaking van het overlijden van zijn vrouw publiceert: zij stierf onder de hevigste pijnen.' Terecht pleit de schrijfster van het arti kel voor het weglaten van deze bijzon derheden. Haar noodkreet heeft inder daad weerklank gevonden want al kort daarna werd bij Algemene Verordening op 3 april 1807 bepaald 'op boete (t.w. 25,-) door de courantier te verbeuren zullen geen geboorte- of doodsadverten- tiën in de couranten geplaatst worden waarin melding gemaakt is van de moei lijkheid der verlossing, van de oorzaak des doods of andere omstandigheden, die vóór of na de verlossing mogten heb ben plaats gehad.' Een belangrijke beslissing, die we nu helemaal uit het oog verloren hebben, maar die nog doorwerkt tot op de dag van vandaag en we mogen er toch wel ons petje voor afnemen dat die vrouwen dat toen voor elkaar gekregen hebben.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Raboband' | 1976 | | pagina 18