i
m
Jan Louis
Spoormaker:
Slagvaardigheid
bij Robeco 'enor
me verrijking'
functie bood extra vrijheid'
mt jKj-
Optimale inzetbaarheid
Jan Louis Spoormaker was lid
van de regiodirectie Bergen op
Zoom. Op zijn 46e werd hij gevraagd
door IRIS, een joint venture van Ra
bobank en Robeco. Hij is er nu bijna
vier jaar hoofd Opleiding en Consul
tancy van Rabo BeleggingsAdvies,
een Robeco-afdeling die alleen voor
de Rabobanken werkt.
"Deze stap heeft mijn ogen geo
pend. Ik zie het nog altijd als een
enorme verrijking. In de eerste
wjrnmmm
Werken op z'n Rotterdams."
plaats ging ik daadwerkelijk lei
ding geven. Daarnaast kreeg ik te
maken met een nieuw product en
een andere vorm van dienstverle
ning. Ook belangrijk voor je ont
wikkeling is dat je met een andere
cultuur in aanraking komt. Robeco
lijkt een club van academici en
grijze pakken; zelfs als de mussen
van het dak vallen, gaat het jasje
niet uit. Het is de buitenkant. De
lijnen zijn er korter, je kunt slag
vaardiger werken, echt op zijn
Rotterdams. En iedere deur staat
er open. Nee, spijt heb ik nooit
gehad. Altijd in hetzelfde wereldje
blijven hangen betekent stilstand.
Of ik mezelf ooit nog terug zie
keren? Ik sluit niets uit, de bank
blijft me boeien en trekken."
voor automatisering, een nieuwe
baan, andere werkplekken, nieuwe
roosters. Het is een houding, mensen
moeten leren hoe uitdagend een ver
andering kan zijn. En hoe vaker je
van functie verandert, hoe normaler
het wordt. Hoewel ik me kan voor
stellen dat een medewerker van 45
jaar niet zit te springen om een nieu
we baan. Bij hem kan ik me de koud
watervrees voorstellen. Het aspect
mobiliteit moet trouwens niet over
dreven worden. Van niemand vragen
we alles. En commerciële mensen bij
lokale banken willen nog wel eens té
snel van baan of werkplek verande
ren. Terwijl de klanten gebaat zijn bij
continuïteit en een vertrouwd aan
spreekpunt."
meenschap, waarin iedereen elkaar kent."Dat
heeft zijn voordelen" zegt Wadman."Zeker omdat
ik er jaren woon. Je weet wat er leeft onder de
mensen."
"De financiële consequenties speelden natuur
lijk een rol. Toch waren ze niet doorslaggevend. Ik
vond het belangrijker dat ik kon gaan werken in
mijn naaste omgeving." Hij raadt iedereen aan die
een soortgelijke kans geboden krijgt, de stap te
nemen. Ongeacht de leeftijd:"Ik denk zelfs dat in
mijn geval de leeftijd juist een hele functionele
rol speelt. Ik merk dat de mensen gemakkelijker
openheid in zaken geven. En dat is voor een kan
toormanager toch nuttig."
Kapitaalvernietiging "Managers klagen
soms over medewerkers die naar een
andere Rabobank vertrekken. Maar
veranderen van baan en specialisme is
geen kapitaalvernietiging. Van de
bazen mag je solidariteit met de orga
nisatie verwachten, veel mensen blij
ven voor Rabobank behouden. Bo
vendien is het aan iedere chef om
samen met de medewerker te kijken
naar scholing en naar een nieuwe, uit
dagende functie. En zijn mensen écht
waardevol voor je bank, dan moet je
ze belonen en de ruimte geven. Het
geen niet wegneemt dat mensen met
capaciteiten toch niet hun hele leven
op één lokale bank blijven werken.
Die zoeken sowieso naar meer verant
woordelijkheden."
"Of ik nog een hartewens heb? Ja,
ik wil voorkomen dat mobiliteit en
scholing als verplichtingen overko
men. De chef moet de voorwaarden
creëren. Hij coacht en stimuleert. En
begin niet zo maar aan een opleiding.
Kijk samen naar wat je er in de prak
tijk mee kunt."
Optimale inzet
baarheid, begin
jaren '70. Reclame
maken voor een in
terne cursus van de
Raiffeisen-Boeren-
leenbank.
Mobiliteit binnen en buiten de organisatie,
1997
(Rabobank Nederland, inclusief Rabofacet, en de
lokale Rabobanken)
vanuit vanuit
lokale Rabobank
banken Nederland
vertrek naar
6.5
1.0
binnen de organisatie
vertrek naar
6.9
5.9
buiten de organisatie
totaal verloop
13.4
6.9
Vermeld zijn verlooppercentages, dat wil zeggen
het verloop als percentage van de bezetting per
1-1-1997.
Diplomaniveau 1997
(Rabobank Nederland, inclusief Rabofacet, en de
lokale Rabobanken)
Los van de cijfermatige momentopname over
1997 is het zinvol om na te gaan hoe het diploma
niveau zich ontwikkelt. De Periodieke Opiniepei
ling Identiteit en Arbeidsklimaat (Popia) leert dat
het aandeel lbo-ers en mbo-ers de afgelopen drie
jaar daalt. Logischerwijs stijgt het aandeel hbo-ers
en wo-ers (van 27 procent naar 30 procent).
Bij de aangesloten banken is het aandeel mede
werkers met een diploma op lbo- of mbo-niveau
hoger (75 procent) dan bij de totale Rabobank-or-
ganisatie. Voor Rabobank Nederland blijkt dat er
de afgelopen driejaar vooral een toename is ge
weest van het aantal wo-ers. Het aantal hbo-ers en
mbo-ers daalde licht.
23,1% _jg J.
lbo-diplomaniveau
mbo-diploma niveau
hbo-diploma niveau
l wo-diplomaniveau