Dé sforaé^wé^érs
Hoe
popi
de bank?
vinden wij zelf
O
zelf
Jaarlijkse Popia-onderzoek levert stof tot overdenking
Is de Rabobank een snelle, moderne en
slagvaardige bank? Of is zij eerder dege
lijk, betrouwbaar en een tikje provinci
aals? Aan de hand van een aantal uitkom
sten uit het jaarlijkse onderzoek naar wat
Rabobankmedewerkers vinden van hun
bank, kruisen vier collega's de degens.
door Dick van de
ScHRAAF
p verzoek van RaboMagazi-
ne traden naast Peter de
Munck Mortier van de Staf-
groep Corporate Communicatie en
Jos Looyestijri van de afdeling Re
search en Development van het Direc
toraat Personeel, die Popia 1997 sa
menstelden, Jan Molenaar, algemeen
directeur van Rabobank Helmond en
Ivo van Bilsen, consultant manage
ment ontwikkeling, aan voor een dis
cussie. Zij worden kortheidshalve met
hun voornamen aangeduid.
Peter: "Wat ik opvallend vind is
dat het beeld dat de medewerkers van
de Rabobank hebben, zich de laatste
jaren positief ontwikkelt. Een paar
jaar geleden was dat beeld een stuk
minder - door alle reorganisaties
zaten we minder lekker in ons vel -
maar nu gaat het weer goed. Dat zie
je vooral ook bij de hogere echelons
bij de lokale banken. We hebben weer
meer zelfvertrouwen gekregen."
Jan: "Nou, dat zie ik toch anders.
We vinden onszelf een betrouwbare,
fatsoenlijke en eerlijke bank. Maar
kijk je naar zaken als modern, slag
vaardig, toonaangevend, dan vind ik
de uitkomst bedroevend. In 1993 vond
58 procent van de ondervraagden dat
we vooruitstrevend zijn. In 1997 was
dat 60 procent. Bij de vraag of we In
ternationaal zijn is de score zelfs ge
zakt van 61 procent naar 54 procent.
Zo positief vind ik dat allemaal niet."
Nuanceren pETER: Jk wj] Jat joch nu_
anceren. Als ik kijk hoe we scoren op
Jan Mo enaar
Jos Looyestijn
Ivo van Bilsen
Peter de Munck Mortier
het punt van dienstverlening, zeker
aan particulieren, dan doen we dat
naar ons eigen gevoel prima. Maar er
blijven zeker punten die verbetering
behoeven."
jAN:"Bij particulieren hoef je niet
internationaal, slagvaardig en toon
aangevend te zijn, bij het bedrijfsleven
wel. En daar missen we dus de boot.
Wat ik erg vind, is dat we dat niet al
leen zelf vinden - zoals blijkt uit dit
onderzoek - maar de grote bedrijven
ook. Er ligt zo'n deken van vriende
lijkheid over ons, dat het contrapro
ductief werkt op bedrijfsgebied."
Peter: "Daar ben ik het volstrekt
niet mee eens. Een goed, integer
imago is een kostbaar bezit. En als je
lacunes hebt, moet je daaraan wer
ken. Ik ben dus duidelijk minder som
ber dan Jan."
Ivo: "In de beleving van onze men
sen doen we het wel heel goed voor
het MKB."
Peter: "Binnen de organisatie heb
ben wij het gevoel dat onze prijsstel
ling voor bedrijfsfinancieringen in de
loop van de tijd minder aantrekkelijk
is geworden. Zo denken we er dus
zelf over. Klanten zien dat niet zo. Uit
onderzoek onder klanten blijkt dat
ons prijsimago bij hen op hetzelfde
peil is gebleven."
Jos: "Je moet een verschil maken
tussen wat je doet, zeg maar de dienst
verlening die je feitelijk biedt, en wat
je uitstraalt. Objectief bezien presteren
wij niet slechter dan andere banken."
Peter: "Maar wél zien we dat an
dere banken hun achterstand op ons
inlopen en vaak selectieve prijscon
currentie toepassen. Bij de lokale ban
ken merkt men dat doordat niet altijd
alle offertes meer worden gereali
seerd. Daaruit kan een gevoel ont
staan dat we minder presteren."
Jan: "Ik blijf erbij dat men ons
zowel intern als extern minder bijde
hand vindt dan ING en ABN AMRO.
Met name als het gaat om het bedie
nen van grote bedrijven en het leveren
van ingewikkelde financiële produc
ten."
Professionaliteit IvQ. "Daar zit zeker
wat in. Een tijd terug las ik een on
derzoek onder treasurers, de financië
le kopstukken van grote bedrijven.
Die mensen bleken aangenaam verrast
toen ze ontdekten wat de Rabobank
allemaal te bieden heeft. Het viel ze
enorm mee. Met andere woorden: tot
dat moment hadden ze een beeld van