Eerste herinneringen Ergens begint het: hoe zien die eerste herinnerin gen aan de Rabobank of één van haar voor gangers eruit? Vanzelfsprekend is het werk op de banken in de loop der jaren ingrijpend veranderd 3 "Toen ik bij Raiffeisen ging werken, op de Kromme Nieuwe Gracht hier in Utrecht, wist ik niks van het bankwe zen. Mijn moeder heeft me op het spoor gezet. Zij werkte als huishoud ster bij heer Visser, een directeur van Raiffeisen, en ze heeft me bij hem geïntroduceerd. Ik weet nog, ik had op mijn eindexamenlijst Mulo-A een vier voor godsdienst en dat voor een misdienaar. Bovendien was heer Vis ser goed katholiek dus ik dacht: dat wordt niks. Maar tijdens het sollicita tiegesprek wuifde hij die vier weg: 'Die is vergeven', zei hij, 'je doet in de kerk altijd zo je best'." (Joop Jongeri- us, Personeelszaken Rabobank Neder land, met VUT). "Van mijn jeugd herinner ik me dat mijn vader er haast nooit was. Alleen 's zondags maar door de week lagen wij al op bed als hij thuiskwam. Ik heb 'm wel eens gezegd dat ik, nu hij gepensioneerd is, meer plezier aan hem beleef dan toen ik klein was. Hij had het niet alleen druk met de bank maar zat ook in allerlei besturen, ver enigingen en vrijwilligerswerk." (Anita van Riezen-Beumer, reisadvi seur Rabobank Hoogeveen, waar vader Roelof jarenlang directeur is ge weest). Anita staat samen met twee lingbroertje Roland als kleuter op de coverfoto. "Bij ons thuis was vroeger alles met de bank verweven. Het hele gezin deed mee. Je moest bijvoorbeeld kaartjes rondbrengen voor de verga- Vlnr. AnitaHerman, Roelof, Dick en Robert Beumer. deringen van de Raad van Toezicht en van het Bestuur. We kregen ze regel matig over de vloer en dan rook het hele huis naar de sigaren. Als het te benauwd werd, ging er een luikje open naar de slaapkamer boven en daar lag ik..." (Hein Bakker, terugtre dend directeur bank Roelofarends- "Vanaf de eerste dag dat ik bij de Boerenleenbank in Meerssen werkte, werd ik geconfronteerd met het feit dat zij anders was dan gewone ban ken. Dat kwam met name door de toenmalige directeur, A. Ghijsen. Die man, hij leeft nog, stond zo midden in de gemeenschap, dat merkte je ook in de dagelijkse gang van zaken op de bank. Het beïnvloedde de sfeer en heeft mij ook geïnspireerd in mijn la tere loopbaan. Werken voor de Rabo bank is voor mij niet alleen een broodwinning, absoluut niet." (Ben Bartholomeus, directeur van de Rabo bank Pey-Posterholt). "Soms kwam pa opgetogen thuis met de mededeling dat hij weer zoveel nieuwe spaarbankboekjes had uitgege ven. Nee, daar verdiende hij niet méér door maar het was goed voor de zaak, zo'n man was het. Vanaf mijn twaalf de raakte ik zelf meer betrokken bij het werk op de bank. Als aanvulling op mijn zakgeld mocht ik de rekening afschriften - toen nog dagafschriften - bezorgen. Het lokale tarief van de PTT was toen zeven cent en ik kon het wel voor een cent of vijf doen, dan had de bank er ook nog een voordeel tje van. Sterke herinneringen heb ik aan de bouw van de nieuwe bank. Elke keer als ik uit school kwam, reed ik langs de bouwplaats om vervolgens thuis verslag uit te brengen." (Wout Dreschler, adjunct-directeur van Hard- inxveld-Giessendam). Emile Elling met op de duozit zijn broer Martin. "Toen ik in oktober 1974 in Roosendaal begon, werkten we op de administratieafde ling nog handmatig. Met behulp van Kienz- lemachines, een soort typemachines, deden we de input en de out put van de rekening houders. Rekening nummer intikken, om schrijving - 033 bijvoorbeeld stond voor kasopname - en aan de andere kant het bedrag. Aan het eind van de dag moest je dan nog de stroken nalo pen, vaak terwijl de postwagen al voor de deur stond. Het was wel eens een race tegen de klok. Soms kreeg je de volgende dag een strook terug. Zat je de halve zo niet de hele dag te zoe ken waar de fout zat, een enkele keer zelfs verscheidene dagen." (Emile El ling, Helpdesk Rabobank Internation al). "Ik ken nog de tijd van het 'rollen' van kwartjes en dubbeltjes, de jaren vijftig en zestig. Ook hielp ik als kind graag mee met het 'koppen' van bank biljetten, dat vond ik erg leuk.Maar er is zoveel veranderd, de automatisering kwam op gang. Toen ik in 1975 mijn vader opvolgde, was je diploma SPD bij wijze van spreken het belangrijkste voor je als directeur. Later kwamen daar zaken bij als personele ontwik keling en management. Dat was toch een hele omschakeling. Je zou eigen lijk kunnen zeggen dat alleen de titel directeur hetzelfde is gebleven. Maar de inhoud van het werk is totaal ver anderd. Vroeger was er één persoon die wist hoe je een lening moest af sluiten en dat was ik. Nu is er één die niet weet hoe dat moet en ook dat ben ik." (Kuun de Boer, directeur van de bank Rijn en Wouden). "Vader was deels kassier, deels zaakvoerder van de Boerenbond, op maandag eierinpakker, verder loco burgemeester en daarnaast ook nog boer. Dat kon in zijn tijd - hij was kassier van 1918 tot 1958 en veel meer dan tien klanten per dag had-ie niet. Toen ik het van hem overnam, was de bank net begonnen met zittin gen in het dorp, om naast boeren ook de burgerij te trekken. Daarmee begon de grote groei en zelf had ik er

Rabobank Bronnenarchief

blad 'RaboMagazine' | 1997 | | pagina 4