D s s i e r Over de arbeidsmarkt van de toekomst OMANFONER De Rabobank huurt steeds meer tijdelijke krachten in. Deze ten dens wint aan kracht. Werkgevers en werknemers spelen daarmee in op de snel wisselende marktont wikkelingen en het werkaanbod. Mevr.'Dhr Adres Plaats Kantoor Werkzaamheden beélndigd Ta tactureren door Janet van Dijk ussen 1993 en 1997 stegen de uitgaven van de Rabobankor- ganisatie als geheel voor uit zendkrachten en gedetacheerden van minimaal 35 miljoen gulden tot naar schatting 76 miljoen gulden, een jaar lijkse stijging van 10 tot 15 procent. Deze bedragen gelden alleen voor de bureaus Adecco, Start, Randstad, Ve- dior/ASB en Manpower waarmee de organisatie mantelovereenkomsten sloot. Bovendien groeit de groep werknemers met een tijdelijk contract: in 1996 steeg het aantal met 5,5 pro cent tot een totaal van 14 procent van het personeel. Van de 2.150 nieuwko mers kreeg vorig jaar 80 procent een tijdelijk contract. Karei van Vugt, hoofd P O Consult voor het Werkgebied Aange sloten Banken (WAB), noemt drie oor zaken voor de toevlucht tot tijdelijk personeel. Ten eerste is er de commer cialiseringsslag in het kader van Visie '98, waardoor de vraag naar 'frontof- fice'-personeel plotseling steeg. Verder ligt het tempo van de automatisering bij Rabobank Nederland lager dan verwacht, waardoor mensen langer nodig zijn. Ook stimuleert het kosten reductieprogramma EDAB de flex- trend, omdat sommige banken daar door met een zeer krappe bezetting zitten en dus genoodzaakt zijn tijde lijk personeel voor de pieken in te huren. Toekomst onvoorspelbaar Factoren als zwangerschapsverlof of opleiding van het personeel kosten ook werktijd. Zo zijn er bij de afdeling Cliënten Advies van de Rabobank Hoogeveen enkele vrouwen met verlof, terwijl er ook nog eens tien medewerkers het zoge noemde meao-traject volgen. Dat houdt in dat ze een halve dag per week op school zitten in plaats van op de bank. Omdat de openingstijden er zijn verruimd tot 43 uur én het perso neel 36 uur per week is gaan werken, is er dus meer menskracht nodig. Voor dergelijke problemen van tij delijke aard trekt segmentmanager Elsa Vos van Cliënten Advies bij deze Drentse bank geen nieuwe vaste krachten aan. Het is tenslotte niet zeker hoeveel mensen zij over een paar jaar op de afdeling nodig heeft. Bovendien is het niet uitgesloten dat er in de toekomst door de verdere au tomatisering en de invoering van het bankhalconcept werkzaamheden ver dwijnen. Vreemd is het dus niet dat van de tweeënveertig mensen op haar afdeling er zeven werken op tijdelijke basis, van wie zes uitzendkrachten. "Maar dat aantal varieert per dag". Vos zou niet meer zonder kunnen. 'Volgzaam' Nadelen zijn er ook. Uit zendkrachten komen op het moment dat de nood het hoogst is, maar moe ten wel ingewerkt worden. En daar is dan nauwelijks tijd voor. Bovendien hebben ze onder meer hierdoor vaak een kennisachterstand. Vos: "Het is misschien niet zo aardig om te zeggen, maar ik vind uitzendkrachten over het algemeen erg volgzaam. Op zich is

Rabobank Bronnenarchief

blad 'RaboMagazine' | 1997 | | pagina 9