Gerard Polhuis Elizabeth de Vaal (1950) woont en werkt in Den Haag. 1952) woont en werkt in Amsterdam. Ooit waren kunst en leven één, maar dat is zo lang geleden dat we het zijn vergeten. Inmiddels speelt kunst zich af in een eigen wereld met eigen wetten. Ge lukkig zijn er steeds kunstenaars die de voor schriften tarten en zich niets aantrekken van het idee dat een kunstwerk aan bepaalde eisen moet voldoen, Gerard Polhuis is een van hen.Ten dele berusten zijn beeldele menten op herkenbare zaken: een sokkel met grote urn, een buigend mannetje met op zijn hoofd een tol waaraan twee zilveren lepels hangen, een zaadbol van een klaproos, een wereldbol en een engel. Zijn het symbolen van iets, beduiden ze meer dan dat we her kennen, of zijn het clichés die uit louter leukigheid bij elkaar zijn gezet? Dit laatste niet, dat is zeker. Uit ouder werk blijkt dat Polhuis gefascineerd is door de combinatie beeld - werkelijkheid en door het conflict tussen het uiterst persoonlijke en het algemeen geldende. De engel en de zaadbol, het mannetje en de urn zijn niet zo onschuldig als ze lijken te zijn."Ik ben op zoek naar een aantal eigen vormen die ik bij elkaar kan plaatsen voor een verhaal','zegt Polhuis in een catalogus van het Utrechtse Centraal Museum. 'Inde tussentijd' in fluorescerend fel lichtblauw en 'Bijna volle maan'in donker en zwaar ultramarijn, bestaan uit zijn sym booltaal. Hun heldere donkere silhouetten steken scherp aftegen de lichtere achter grond. In 'Bijna volle maan' is de ronde schijf al bovenin aangeknabbeld door het donker. In de kraters staan de figuren bijeen. Beeldassociaties verleiden de kijker tot een spel zonder einde waardoor uiteindelijk de betekenis - het verhaal - van de silhouetten verdwijnt en de vorm, de compositie, over blijft. Bij Gerard Polhuis ligt de aanleiding al tijd in de werkelijkheid, daar zijn de bronnen. Met hun restanten moet de toeschouwer het kunstwerk ontcijferen. Bijna volle maart', zt efdruk 70 bij 50 cm. v. 'In de tussentijd'zeefdruk 70 bij 50 cm. Is een bureauhoofd het hoofd van een bureau, of de baas van een afde ling? Ziet hij er uit als een dorre boon, of is het een kek glimmend persoon? In ieder geval is de mul tiple van keramiek in mooi glanzend rood, hier en daar een spikkeltje zwart, goud en grijs een appetijtelijke vorm voor op het bureau. De vette glazuur noopt tot aanra- 'Burohoofd'keramiek 22 bij 11 bij 7 cm. ken, de strakke letters van het diep in de klei ge drukte woord'burohoofd'moeten nog meer gevoeld dan gezien worden. haar werk. Ook bij haar dekt de titel niet al tijd de inhoud, maar duidt hij eerder een facet aan. Het is een mogelijkheid uit een aantal keuzes dat gemaakt kan worden. "Schilderen naar de waarneming is altijd weer rustgevend. Dan kun je je concentre ren. Vanuit die rust worden dingen helder',' zegt De Vaal. Ze benoemt haar onderwerp, het is herkenbaar. De wijze waarop het werk is gemaakt is zichtbaar, net als verwijzingen naar eigen (ouder) werk, of andere buiten de kunst vallende inspiratiebronnen als bonen en bemiddelaars. Al deze helderheid speelt mee in de dubbelzinnigheid: het'Bu- rohoofd' is toch een smakelijke boon, mooi van vorm en kleur. 1987'op twee kleine andere. De Vaal werkt vaak in series. De bonen doken vorig jaar tij dens een tentoonstelling bij de Amsterdam se Wetering Galerie voor het eerst op als schilderijen. Daarbij hingen ook portretten waaruit de gezichten waren weggelaten. De lege hoofden bezaten namen zoals 'Zorgconsulenten'en 'Unithoofden', titels die ver weg staan van de wereld van de kunst, net zoals 'Bemiddelaars'. Elizabeth de Vaal werkt een thema op verschillende manieren uit. Jaren geleden schilderde ze arena's die ook op zwevende of drijvende autobanden leken. De dubbel zinnigheid in vorm en titel is belangrijk in Is dit nu kunst en dan ook nog zo'n zeef druk met het 'Burohoofd'op twee hersen- achtigeboonvormen?'Bemiddelaars'staat op een linker kaartje en 'sep 1997' en 'aug 'Bemiddelaars', zeefdruk 76 bij 56,5 cm.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'RaboMagazine' | 1997 | | pagina 10