Rabobank voor
Canadese
dollars
Amerikaanse dollarkoers: braver dan BUI en Bob
Uit het dal...
■m
I
Deze oktober UpDate kijkt terug op de afgelopen maand. Belangrijke gebeurtenissen in en om de Rabobank.
De Nederlandse economie presteert goed. Dat
is de conclusie van de Stafgroep Economisch
Onderzoek in het derde kwartaalbericht van dit
jaar. De particuliere consumptie toont een ste
vige groei en de industriële productie klimt
sneller uit haar dal dan verwacht. Met de werk
gelegenheid gaat het ook prima De Rabobank
voorspelt dan ook een groei van het bruto bin
nenlands product van 2,5 procent in 1995 en
2,75 procent in 1997. De Stafgroep is er vrijwel
zeker van dat Nederland in 1999 tot de kop
groep van de EMU zal behoren.
F We
Hoewel de Rabobank veel geld
uitleent aan haar klanten, leent
de bank zelf ook geld. Want ook
daar wordt op verdiend. In sep
tember emitteerde de bank
een lening van 100 miljoen Ca
nadese dollar op de internatio
nale kapitaalmarkt. Kopers van
deze stukken lenen hun geld
uit gedurende een looptijd van
ruim zesjaaren ontvangen als
vergoeding een coupon (rente)
van 7 procent per jaar. Wel be
talen de investeerders een
klein percentage aan adminis
tratiekosten aan de Rabobank,
zodat het uiteindelijke rende
ment over zes jaar komt op
6,63 procent. Het slijten van de
stukken gaat van een leien
dakje/Investeerders steken
graag geld in de Rabobank
vanwege haar tripleA status.
Dat geeft een groot vertrou
wen', argumenteert medewer
ker Funding and Structures
Katja Kammer van de dealing
room bij de Rabobank. Deze af
deling is verantwoordelijk voor
onder meer de uitgifte van de
Canadese dollarlening. Mede-
syndicaatsleider,de Japanse
bank Daiwa Europe in Londen,
werkt hierin samen met de Ra
bobank. Daiwa is verantwoor
delijk voor het marktonder
zoek, waaruit bleek dat er
ruimte is voor een Canadese
dollarlening. Kammer ver-
klaart:'Veel oude candollarle-
ningen lopen deze maand af.
Investeerders krijgen dat geld
plus de rente terug, en zo ont
staat er weer behoefte aan een
nieuwe lening.'
In het verleden hebben de Amerikaanse presi
dentsverkiezingen weieens tot heftige koersreac-
tics op de financiële markten geleid. Als stelre
gel gold hierbij dat een overwinning van het
Republikeinse kamp tot koerswinsten leidde,
terwijl een Democratische overwinning juist
een mineurstemming teweeg bracht.
Wat valt er deze keer te verwachten?
In vergelijking met Ne
derland waar de kiezers
via de wat stoffige spot
jes van Zendtijd voor Politie
ke Partijen op de hoogte
worden gesteld van de ver
schillende partijprogram
ma's, zijn de presidentsver
kiezingen van Amerika één
groot mediaspektakel. Publi
citeit -ongeacht de inhoud
van de boodschap- levert
stemmen op, zoals de beide
partijconventies eerder dit
jaar weer hebben uitgewe
zen.Zo stond de 72-jarige
Republikeinse uitdager Bob
Dole tot de partijconventie in
San Diego met meer dan 20
procentpunt achter in de ver
schillende peilingen. Vier
dagen van show en enter
tainment -met steroptredens
van Nancy Reagan en ex-ge-
neraal Collin Powell- lieten
deze achterstand slinken tot
minder dan 10%. Lang heeft
de Republikeinse partij ech
ter niet op deze terreinwinst
kunnen teren, want na de
Democratische conventie in
Chicago was de achterstand
van Dole op de zittende pre
sident Bill Clinton weer op
gelopen tot meer dan 15 pro-
cent. Nog nooit eerder is een
kandidaat er in geslaagd een
dergelijke grote achterstand
in minder dan twee maan
den in te lopen. De kansen
voor Dole zien er dan ook
niet al te gunstig uit, zodat
de kans op schrikreacties op
de financiële markten even
eens niet erg groot lijkt te
zijn.
Maar stel nou eens dat de
verkiezingsstrijd toch nog
spannend zou gaan worden:
zou de oude stelregel dan
nog opgaan? Het omgekeer
de lijkt deze keer eerder het
geval.
In een poging zijn achters
tand op Clinton enigszins
goed te maken heeft Dole
toegezegd de inkomstenbe
lasting aanzienlijk te zullen
verlagen. Bij eerste beschou
wing lijkt dit goed nieuws
voor de Amerikaanse bevol
king en het bedrijfsleven,
omdat lagere belastingen
zullen leiden tot meer con
sumptie, hogere groei en een
lagere werkloosheid. Dole
verwijst daarbij bovendien
naar het succes-de kosten
van de oplopende overheids
schuld worden hierbij angst
vallig verzwegen-van zijn
Republikeinse voorganger
Reagan, die in de jaren'80
met een aanzienlijke belas
tingverlaging de noodlijden
de economie een steuntje in
de rug gaf. Toch is het sterk
de vraag of het recept van
toen ook deze keer zal hel
pen. Een belangrijk verschil
met de jaren'80 is dat de
werkloosheid indertijd boven
de 10% lag, waar momenteel
nog slechts ongeveer 5% van
de beroepsbevolking als
werkzoekende ingeschreven
staat. Zelfs zonder een belas
tingverlaging is het gevaar
van oplopende loonkosten
momenteel al ruimschoots
aanwezig, zodat een extra
bestedingsimpuls naar alle
waarschijnlijkheid voorna
melijk tot een stijging van de
inflatie zal leiden.
Clinton daarentegen kan wij
zen op de gestage daling van
het overheidstekort de afge
lopen vier jaar, terwijl daar
naast zijn voorstellen tot las-
tenverlichten veel minder ver
gaan, waardoor ook het in
flatierisico beperkt is. Boven
dien is de banengroei gedu
rende Clinton's ambtsperiode
indrukwekkend geweest en
hebben de Amerikaanse be
leggers gouden tijden door
gemaakt: de Dow Jones
index is in 4 jaar tijd met
80% in waarde gestegen. De
angst voor een Democraat in
het Witte Huis heeft hiermee
duidelijk aan kracht verloren.
Al met al lijkt het onwaar
schijnlijk dat de presidents
verkiezingen tot al te veel re
acties op de financiële mark
ten zullen leiden, zeker niet
als Clinton-zoals nu ver
wacht mag worden- de ver
kiezingen zal winnen.
Lukas Daalder is econoom
bij de Stafgroep Economisch
Onderzoek