Hoogtepunten
Rabobankploeg presteert boven verwachting
De Rabobank-wielerploeg nadert het
einde van een succesvol eerste
seizoen dat meer belooft voor de
toekomst. De voorbereidingen voor
een nieuwjaar met meer successen
zijn in volle gang. Een tussenbalans.
Er schuilt gevaar achter het
succes
laamnrlairlaa
Meezitten en in beeld rijden was al
mooi genoeg in het eerste jaar van de
Rabobankploeg. Hoofddirectievoor
zitter Herman Wijffels zei het zelf bij
de presentatie van de ploeg, met een
bescheidenheid die de wielerinsiders
verbaasde. Extra verbazend was wat
er vervolgens gebeurde. De ploeg
boekte meer succes dan verwacht
werd. Daarnaast werden goede vor
deringen gemaakt met de realisering
van de plannen voor de wielerjeugd
van Nederland.
van de vaderlandse wielerpers: tv-
commentator Jean Nelissen. Als erva
ren waarnemer heeft hij toch ook zijn
bedenkingen voor de toekomst.
Nelissen: "Het optreden in de
Ronde van Frankrijk vond ik verade
mend. De Nederlandse mid-twintigers
hebben met hun aanvallende rijden
een goede stap naar de toekomst ge
daan. Het heeft me verbaasd dat de
Rabo-ploeg zo snel tot een blok is ge
smeed. Meestal duurt dat langer. Het
is te wijten aan de karakters van de
betrokken renners en de psychologi
sche specie van de ploegleiders.
Mijn grote zorg is dat deze ontwik
keling weer een halt wordt toegeroe
pen door het aantrekken van bui
tenlanders, zowel bij TVM als bij de
Rabobank. Daardoor worden de mid-
twintigers in fasen gedwongen om
voor die buitenlanders te rijden.
Boogerd, Nelissen, Den Bakker, Blijle-
vens, Dekker en Voskamp, juist dat
soort jongens vormt het blok dat om
hoog moet. Als je die in een dienende
rol manoeuvreert gaat het weer
slecht.
'Een multinational als Panasonic
kon het niet schelen welke nationali
teit een renner had. Als ze maar won
nen. Nu hebben we eindelijk twee
voor al te grote euforie: 'We zijn nog
niet uit het dal. Dat is flauwekul.
Maar er zijn lichtpunten. Je ziet dat
het kan, er is potentie. Daarnaast
gaat het goed met de opbouw van de
junioren- en amateurploegen. Natuur
lijk komen er reacties als: ze halen
m'n renners weg. Die uitstraling wil
len we niet hebben. Anderzijds trekt
de rest zich ook aan ons op. Een beet
je arrogant zou ik willen zeggen: wij
zijn de nieuwe norm voor het Neder
landse fietsen. We willen het niet do
mineren. Dat zou te ver gaan. Ik heb
respect voor wat Foreldorado/Golff
doet. Met TVM hebben we een ge
zonde sportieve concurrentie. Wij
moeten wel zichtbaar zijn, maar er
moeten niet alleen Raborenners in
Nederland rondrijden.'
Nestor Jean Nelissen:
Geen sneren meer in de krant, geen
sombere commentaren op radio en te
levisie. Ook voor de vaderlandse
sportjournalistiek is 1996 een verheu
gend jaar geworden. Genoeg reden
tot vreugde
ook voor
de nestor
Gert Sluis is als
hoofd Marketing en
Gommunicatie belast
met de wielerzaken van
de Ralobank. Dik te
vreden zegt hij: 'Het
begon al goed met de
veldrijders. Richard
Groenendaal werd
Nederlands kampioen
en Adri van der Poel
wereldkampioen. Met de profploeg
ging het daarna heen en weer. Sören-
sen en Van Bon wonnen etappes in de
Tirreno-Adriatico. Daarna zakte het
wat weg. In de pers was de reactie al
snel: is het Raboplan mislukt? Maar
je kruipt niet zomaar uit een dal. We
vroegen om meer geduld. De Tour de
France had een fantastische opening
in Den Bosch. Dat heeft het vuur bij
de renners aangestoken. Nelissen
vloog erin, Boogerd en Sörensen
wonnen etappes. Het heeft voor ge
weldig veel publiciteit gezorgd.'
Geen euforie Geheel in de geest van
het bedrijf is hij vertrouwd met
winstcijfers. Toch hoedt Sluis zich