Vadertje Staat gaat zelf met pensioen Veel jongeren vragen zich af: 'Is er later voor mij nog wel AOW?' Het antwoord op die vraag is nog niet te geven. Wel staat vast dat de Staat der Nederlanden steeds minder een verzorgingsstaat wordt. Burgers worden in hoge mate weer verantwoordelijk voor hun eigen voorzieningen. We maakten al voor het verslagjaar kennis met het WAO-gat. Wie er zeker van wil zijn dat hij bij arbeidsongeschiktheid nog genoeg geld krijgt om van te leven, moet zich bijverzekeren. Ook de discussie over het voortbestaan van de AOW is niet nieuw. Wel wordt steeds duidelijker dat dit staatspensioen, dat de basis vormt voor iedere pensioenvoorziening, in de een of andere vorm moet blijven bestaan. Hoe de AOW dan betaalbaar moet blijven als in het jaar 2015 eenderde deel van de hele bevolking boven de 65 jaar is, is een vraagstuk waarvoor nog geen sluitende oplossing is gevonden. Wijzigingen in de AOW In het verslagjaar werden de volgende wijzigingen aangebracht in de AOW: -De regeling voor samenwonende AOW-gerechtigde bloedverwanten (broers en zusters) is vervallen. Volgens deze regeling hadden zij elk recht op een alleenstaandenuitkering van 70 procent van het minimumloon. Deze bedraagt nu nog slechts 50 procent. De regeling is op 1 januari 1996 ingegaan en geldt alleen voor nieuwe gevallen; -De uitkering bij overlijden is beperkt tot één maand; -De toeslag voor AOW'ers met een partner die jonger is dan 65 jaar, wordt met ingang van 2015 voor nieuwe gevallen afgeschaft.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'RaboMagazine' | 1996 | | pagina 20