Agenda Invloed van de EURO op mijn werk De EURO stimuleert bedrijvigheid in de EMU De euro: hoe ziet die munt eruit? Girale EURO vanaf 1999 De operatie be gint. De euro wordt vanaf 1999 gebruikt op de fi nanciële markten, zoals de valuta-, geld- en kapitaal markt. Nieuwe staatsleningen worden in euro uitgegeven en de ECB voert haar monetaire beleid in euro's. Voor veel parti culiere klanten zal er nog niet veel veranderen: de meeste bankre keningen zullen in guldens bestaan tot 2002. Wisseloperatie in 2002 Je jjent betrokken bij de grote omwisseling van de contante guldens, kwartjes, stuivers, dubbeltjes en biljetten in euro-geld in de eerste zes maanden van 2002. Veel klanten komen daarvoor naar de bank. Je kunt rekenen op een stijging van het aantal transacties aan de balie. Rond deze tijd zullen de bankrekeningen worden omgezet van gul den in euro. Nieuwe produkten vanaf 1999 Vanaf ggg zu( je betrokken zijn bij de ver koop van de nieuwe produkten in euro van de Rabobank. Je kunt dan denken aan bijvoorbeeld spaarrekeningen, beleggingsproducten, levensverzekeringen en hypotheken. In 1999 en 2000 zal het aantal euro-produkten gestaag groeien, maar verkoopt de Rabobank ook nog steeds gulden-produkten. Na juli 2002 verkoopje uitsluitend euro-produkten. Zodra daarover meer informatie voor han den is, ontvang je deze. Klant je |<unt rekenen op vragen over de nieuwe munt. De euro komt er op zijn vroegst in 1999. Onze klanten willen nu al weten wat hen straks te wachten staat. Dat kunnen bedrijven en particuliere klanten zijn. informatie voor antwoord op de meest nijpende vragen bestaat informatiemateriaal. Voor de particuliere cliënt is er de bijgesloten folder "U en de euro" Als de klant meer informatie wil, kun je de brochures"De EMU uitge diept" en "EMU en het Bankwezen" opvragen bij de Stafgroep Economisch Onderzoek van Rabobank Nederland. 4 Het tekort op de jaarlijkse be groting van de overheid is maxi maal drie procent van het BBP. 5 De rente op de kapitaalmarkt mag niet meer dan twee procent hoger zijn dan het rentetarief in de drie EU-lidstaten met de laagste inflatie. 'Gezonde'lidstaten In ]995 voldeden al leen Luxemburg en Ierland aan alle eisen. Begin 1998 bekijken alle lidsta ten hun economische stand van zaken over 1997. Niet alle criteria zijn even belangrijk. Voor de overheidsschuld blijkt ruimte voor een minder strenge uitleg. Duitsland, Frankrijk, Neder land, België, Oostenrijk en misschien Finland doen waarschijnlijk ook mee aan de EMU vanaf 1999. Geen EURO zonder EMU Aüe lidstaten van de Europese Unie hebben het EMU- verdrag ondertekend in Maastricht in 1992. Daarin staat dat alle landen toe treden tot de EMU, als zij daar econo misch toe in staat zijn. Alleen Dene marken en het Verenigd Koninkrijk stellen deze beslissing uit tot 1998. De vorming van de EMU is een politiek proces. Vóór 1999 moeten er in be langrijke landen nog verkiezingen plaatsvinden. Er is een kleine kans dat de EMU niet doorgaat. De Franse en Duitse deelname zullen de doorslag geven voor de start van de EMU en in voering van de euro in 1999. Het is ondenkbaar dat de EMU zonder een van die twee landen van start gaat. Sommige landen willen geen EURO [)ene_ marken en het Verenigd Koninkrijk beslissen in 1998 pas of ze aan de EMU willen meedoen en de euro wil len invoeren. Zij stelden dit besluit uit op nationale, politieke gronden. Sommige landen mogen nog geen EURO Spanje, Italië, Portugal, Zweden en Griekenland zouden de euro wel graag willen invoeren. Maar hun econo mieën beantwoorden nog lang niet aan de voorwaarden. Zodra deze lan den wel aan de vijf eisen voldoen mogen ze alsnog toetreden. Zekerheid Bedrijven binnen de EMU kunnen in het algemeen profiteren van het verdwijnen van de schommelingen in de onderlinge wisselkoersen in Europa. Doorzichtig ]viet de invoering van een gemeenschappelijke munt wordt de Europese markt veel doorzichtiger. Meerconcurentie Dat stjmuleert de con currentie van het bedrijfsleven. Alle euromunten en biljetten krijgen een gemeenschappelijke Europese vorm. Het is zo goed als zeker, dat op één zijde van de munten en biljetten een nationaal symbool komt te staan. Een tulp zou bijvoorbeeld een leuke herkenning kunnen zijn voor een Nederlands eurobiljet. Op de Nederlandse euromunten komt waarschijnlijk een afbeelding van de Koningin. Het is uiteraard wel zo, dat je met een euro met een Nederlands ken merk ook in de andere EMU-landen kunt betalen. Gevaar yoor zwakkere ondernemingen brengt dit natuurlijk ook de nodige gevaren met zich mee. Lage inflatie p)e jcans op waardeverlies van de gemeenschappelijke munt door inflatie is klein, omdat de ECB vanaf 1999 zal streven naar een harde euro. Lage rente p)e [ag£ jnf]at:je en Je afwe zigheid van wisselkoersrisico zullen ervoor zorgen dat de rentetarieven in de hele EMU ongeveer op hetzelfde lage niveau zullen uitkomen. Voor be drijven en consumenten in Nederland en Duitsland verandert dat niet zo veel. Daar is de rente momenteel al laag. Voor andere landen betekent dit wel een forse vooruitgang. 13

Rabobank Bronnenarchief

blad 'RaboMagazine' | 1996 | | pagina 13