Anders omgaan met renterisico
Proef met nieuwe manier van werken
Management
m
Er komt een nieuwe werkwijze om renterisico te beheersen. Dit artikel gaat in op het hoe en
waarom. De BVC-Management heeft onlangs positief geadviseerd over de verdere ontwikke
ling ervan en over het inlassen van een proefimplementatie.
We vroegen aan Jaap Koene
van Planning Control wat
er mis is aan de manier waarop
tot nu toe werd gewerkt:
"In de huidige rentetypische
balans wordt uitgegaan van de
oorspronkelijke rentefixatie-
periode van de onderliggende
balansposten. In het verleden
kon dat om administratief-
technische redenen niet
anders. Hiermee wordt echter
een flinke meetfout gemaakt:
in het kader van renterisicobe-
heersing is de resterende rente-
fixatieperiode van belang."
Liefst één geïntegreerde
vervalkalender
Hij legt uit dat er op dit
moment sprake is van drie
aparte vervalkalenders voor
lenen, sparen en verzekerd
sparen (Interpolis): "Voor de
banker's bank produkten,
zoals bijvoorbeeld renteruil, is
op dit moment nog geen ver
valkalender beschikbaar.
Bovendien sluiten de beschik
bare kalenders qua indeling en
lay-out niet goed op elkaar
aan. Het zou veel beter zijn als
er sprake was van één geïnte
greerde vervalkalender voor
de vastrentende uitzettingen
en middelen."
Op dit moment wordt vooral
op één grootheid gestuurd: het
transformatieniveau vastren-
tend:
"Dit is te beperkt en te indi
rect. Te beperkt, omdat het
managen van renterisico meer
facetten kent, die niet zijn te
vangen in één maatstaf.
Te indirect, omdat geen direct
verband wordt gelegd met
tastbare grootheden zoals bij-
]aap Koene, hoofd Instrumentontwikkeling Planning en Control WAB.
voorbeeld de maximaal te
derven rente-opbrengsten of
de hoogte van het eigen ver
mogen."
Het fundament van de
nieuwe werkwijze
De nieuwe manier van werken
heft deze tekortkomingen op.
De gegevens komen uit de sys
temen (Lenen (ALN), Sparen
(ASP), Interpolis en banker's
bank-produkten (Atlas)).
Die gegevens worden vervol
gens op basis van resterende
rentefixatietermijnen bijeen
gebracht.
Koene vertelt: "Per bank
wordt hiermee een nieuwe
rentetypische balans en een
bijbehorende geïntegreerde
vervalkalender samengesteld.
Dat is het fundament van het
nieuwe systeem. Op grond
van de geïntegreerde vervalka
lender kan de bank de renteri-
sicopositie per tijdsinterval
aflezen en zo nodig maatrege
len treffen, zoals bijvoorbeeld
het afsluiten van een rente-
ruil."
Samenhang tussen
stuurgrootheden
Koene wijst er er nog eens
nadrukkelijk op dat renteri
sico verschillende facetten
heeft:
"Er is op dit moment nog
geen direct verband gelegd
met herkenbare financiële
grootheden.
Om dat gemis op te heffen
zijn bovenop de vervalkalen
der enkele stuurgrootheden
met de normering gedefi
nieerd. Die kunnen het
management helpen om zicht
te houden op de renterisicopo-
sitie van de bank."
De stuurgrootheden vormen
een samenhangend geheel en
gaan uit van twee belangrijke,
elkaar aanvullende principes.
Koene legt uit wat de essentie
is van die twee groepen
stuurgrootheden:
"Stuurgrootheden gericht op
de lange (6 tot en met 10 jaar)
en de zeer lange termijn
(langer dan 10 jaar) weer
spiegelen dat het risico van
slechte lange uitzettingen moet
worden begrensd.
En stuurgrootheden gericht op
de korte termijn (tot 2 jaar
vanaf nu) voorkomen heftige
fluctuaties in het bedrijfsresul
taat.
Bij de normering gaan we
ervan uit dat er bij een bank