Hengelo zoekt de nuance Bedrijfsrelaties en Financiële Advisering uIk voel me een duizendpoot Bedrijfsrelaties die bij het Segment Financiële Advisering horen Financiële Advisering 9 Het lijkt logisch: een zakelijke klant is gelijktijdig een particuliere klant. Toch zijn de verschil len en overeenkomsten tussen de zakenman of -vrouw en de particuliere klant lang niet altijd even duidelijk. Want, bij welk segment hoort zo'n klant thuis? Is dat Financiële Advisering, de Bedirijvenadviesgroep of Relatiebeheer? Over de dilemma's van het optimaal adviseren van bedrijfsrelaties en de manier waarop Rabobank Hengelo dat aanpakt. Een hedrijfsrelatie kan thuis horen in het Segment Relatie beheer, de Bedrijvenadvies- groep of Financiële Advisering. Dat is afhankelijk van de complexiteit van zijn financie ring en het te beleggen vermo gen van de klant. Een klant met een eenvoudige financie ring -de richtlijn is minder dan 3.50.000,- - en minder dan 100.000,- te beleggen ver mogen hoort thuis bij de Bedrij venadviesgroep. Een klant bij wie het accent ligt op een complexe financieringsbehoefte -de richtlijn hiervan is meer dan 350.000,- - hoort bij Relatie beheer. Ligt het accent van de klantbehoefte op vermogens beheer -de richtlijn hiervoor is een te beleggen vermogen van meer dan 100.000,- - dan hoort de relatie bij het Segment Financiële Advisering. Zo is dat ook beschreven in de Segmentwijzer Financiële Advisering. Ook klanten die hun bedrijf beëindigen of overdragen, horen bij het Segment Financiële Advi sering, evenals vrije beroeps beoefenaren en Directeuren- Grootaandeelhouders. Liquiditeitenmanagement Een ander verhaal zijn bedrij ven zonder financieringsbe hoefte en met een grote cash flow. Deze ondernemingen hebben vaak doorlopend een creditpositie van meer dan 100.000,-. Desondanks horen ze niet bij het Segment Financiële Advisering, maar is het beter hen onder te brengen bij Relatiebeheer. De belang rijkste behoeften van deze klanten liggen namelijk niet in de beleggingssfeer, maar vooral in liquiditeitenmanagement, betalingsverkeer, onder steuning in het buitenland en dergelijke. Bancaire behoefte bepaalt wie adviseert Die grenzen liggen niet bij iedere bank zo scherp. Senior Accountmanager Sjors Overgoor van Rabobank Hengelo, werkzaam binnen het Segment Financiële Advisering, zegt hierover: "Een bedrijf of vermogende particulier vraagt in principe dezelfde benadering. Beide willen een persoonlijk en des kundig aanspreekpunt. De aard van de bancaire klantbehoefte bepaalt de gewenste deskundigheid. Wij kijken dus naar de per soonlijke situatie van de klant. Op welk terrein van onze dienstverlening liggen zijn pri oriteiten: bij financieringen of bij liquiditeitenbeheer. Zijn bankadviseur dient op dat terrein een goede gesprekspartner te zijn. En dan kan het best zijn, dat ik als financieel adviseur een klant met een veel groter bedrijfsfinanciering dan 350.000,- in mijn account heb." Als voorbeeld noemt hij een holding met een zeer groot eigen vermogen en werkmaatschappijen, die een hogere bedrijfsfinanciering hebben dan drieëneenhalve ton. "Het is de hoofdmoot van de bancaire behoefte die in hoge mate bepaalt wie de klant adviseert: de Relatiebeheerder, de Bedrijvenadviseur of de Financieel Adviseur. In het geval van de holding met werkmaatschappijen is het criterium consolidatie van het vermogen van die holding, door dat onder meer te beleggen. Daarom is dat bedrijf onder gebracht bij de Financieel Adviseur". Referentiekader voor optimaal bankieren Voor Rabobank Hengelo is deze werkwijze overigens niet iets van het laatste jaar. "In '89 kwamen we tot de conclusie dat we weliswaar een kredietcoöperatie zijn, maar ook aandacht moesten besteden aan de inkoop van geld, de funding. Zakelijke relaties met een wat groter vermogen hebben we toen al ondergebracht bij één relatiebeheerder. Een bijko mend voordeel is, dat de meeste klanten dat zeer op prijs stellen. Ze doen zaken met één persoon, bouwen er een vertrouwensrelatie mee op en krijgen een consistent advies voor zowel hun zake lijk als privé-vermogen," aldus Overgoor. "Bij het opstellen van ons beleidsplan 1993/1998 hebben we dit gehandhaafd. De klant staat centraal, niet het bankprodukt. Visie '98 sloot daar overigens naadloos op aan." Overgoor ziet Visie '98 als een referen tiekader voor optimaal ban kieren, maar is van mening dat er niet te star mee moet worden omgegaan. "Met enige nuancering -op Alle bedrijfsrelaties met een debet-obligo kleiner dan 350.000,- en met een structureel te beleggen vermogen, groter dan 100.000,-. Bedrijfsbeëindigers en -overdragers. Directeuren-Grootaandeelhouders. Vrije beroepsbeoefenaars.

Rabobank Bronnenarchief

Rabo Weekblad | 1995 | | pagina 9